Arrondissementsparket Amsterdam

Den Haag, 14 mei 2002

Drie aanhoudingen inzake taartgooien Pim Fortuyn

Op dinsdagochtend 14 mei is een drietal verdachten aangehouden op verdenking van openlijke geweldpleging, verband houdend met het gooien van taarten naar Pim Fortuyn op 14 maart 2002. Deze mensen worden niet verdacht van betrokkenheid bij de aanslag op Fortuyn. In het belang van het onderzoek en van de bescherming van de identiteit en veiligheid van de verdachten worden hierover verder geen mededelingen gedaan.

Het Openbaar Ministerie denkt nog altijd niet aan de betrokkenheid van anderen bij de aanslag op Pim Fortuyn. De politie heeft de videobeelden bekeken van een politieke bijeenkomst in Breda, in de week voor de aanslag, waarbij Fortuyn aanwezig was. Volgens getuigen zou de aangehouden verdachte bij die bijeenkomst zijn, in gezelschap van een of meerdere personen. De recherche heeft echter vastgesteld dat de man die op de beelden van het hotel te zien is, niet de verdachte is. Tot op heden heeft de verdachte nog geen verklaring afgelegd.

Het Openbaar Ministerie treedt waar mogelijk op tegen strafbare feiten die voortkomen uit het zogenaamde dieractivisme. Verder trachten politie en OM bij dit type zaken zoveel mogelijk informatie te verzamelen die kan leiden tot een beter beeld van dit type groeperingen en de leden. Naar aanleiding van een aantal incidenten (dierenbevrijdingsacties en vernielingen) in 1999 in België en Nederland is een onderzoek gehouden en vervolgens is in 2001 een bovenregionaal opsporingsteam opgericht dat zich heeft beziggehouden met de opsporing van verdachten en het verzamelen van informatie. Dit zogenaamde Escape-team is in februari 2002 opgeheven. Het bestond in het achterliggende jaar uit zo'n 12 mensen die zich - niet fulltime maar wel intensief - hebben beziggehouden met mogelijke criminele activiteiten van extremistisch dierenactivisme. Dit heeft helaas niet geleid tot vervolging van verdachten. Omdat de activiteiten van het Escapeteam niet leidden tot directe strafzaken, wordt de verzamelde informatie overgedragen aan de Binnenlandse Veiligheidsdienst en het KLPD.
Als daar aanleiding voor is, zal opnieuw een bovenregionaal of ander team worden samengesteld om concreet opsporingsonderzoek te verrichten.

Bij het Rotterdamse parket is de aangifte van de heren Spong en Hammerstein binnengekomen. De strafpleiters hebben hun aangifte gericht tegen een aantal politici, columnisten, de redactie van een dagblad en beheerders van twee websites. De aangifte wordt in Rotterdam nader bekeken.