Rijksuniversiteit Groningen

14 mei 2002

Nummer 71 13 mei 2002

Vertrouwen in politiek en overheid zeer laag

In alle bevolkingslagen
Belang verkiezingsthema's
Partijkeuze
Zwevende kiezer
Alternatieven voor Lijst Pim Fortuyn
Vorig stemgedrag
Noot voor de pers

Het vertrouwen van de Nederlandse bevolking in de politiek is bijzonder laag. Zo is maar liefst 94 procent het eens met de stelling dat politici voor de verkiezingen heel veel beloven, maar dat nooit allemaal kunnen waarmaken. Daarnaast vindt 71 procent dat politici in Nederland meer bezig zijn met politieke spelletjes dan met de burgers. Ook vindt 75 procent van de Nederlanders dat de politiek te ver van de mensen af staat. De respondenten zijn ook sterk ontevreden (66 procent) over de mate waarin partijen kunnen uitleggen op welke punten zij verschillen van andere partijen.

Ook het vertrouwen in de overheid is slecht. Slechts 55 procent van de Nederlanders zegt vertrouwen te hebben in de overheid en maar iets meer dan één op de vier Nederlanders (27 procent) vindt dat de overheid in Nederland een goede controle uitoefent op wat er wel en niet mag. Tegelijk lijkt de interesse in de politiek vrij hoog (74 procent zegt geïnteresseerd te zijn in politieke onderwerpen), hoewel maar 40 procent zegt een overtuigd aanhanger te zijn van een politieke partij. Slechts 44 procent kijkt meestal naar de lijsttrekkersdebatten en 65 procent ziet duidelijke verschillen tussen de partijen. Van meer dan de helft van de respondenten (52 procent) is deze interesse gestegen met de komst van Fortuyn.

Dit zijn enkele conclusies uit een onderzoek van dr. K.J. Alsem en mw. drs. J.A. Voerman van de vakgroep Marktkunde en Marktonderzoek van de Faculteit Economie van de Rijksuniversiteit Groningen in samenwerking met marktonderzoekbureau Trendbox onder een representatieve groep van 530 Nederlanders gehouden in de week voor de moord op Pim Fortuyn. Deze resultaten geven dus de meningen en intenties van de kiezers weer kort voor de gebeurtenis op 6 mei.

In alle bevolkingslagen

Naast algemene vragen over vertrouwen in de overheid, is in het onderzoek ook specifiek gevraagd naar de afhandeling van de crises in Enschede en Volendam. Deze zijn volgens de Nederlandse kiezer niet goed afgehandeld, respectievelijk 57 procent en 45 procent van de respondenten geven dit aan. De NIOD affaire heeft het vertrouwen in de politiek evenmin verbeterd; slechts 44 procent vond aftreden het beste dat het kabinet kon doen, terwijl maar 22 procent meer vertrouwen kreeg in de politiek door dit aftreden. Dit geringe vertrouwen in politiek en overheid komt voor in alle lagen van de bevolking en hangt niet samen met opleiding of inkomen. Wel is het zo dat de oudere kiezer meer interesse heeft in de politiek (dit geldt ook voor mannen), maar daarentegen minder vertrouwen heeft in de overheid en politiek. Aanhangers van de Lijst Pim Fortuyn hebben nog minder vertrouwen in de politiek dan andere kiezers, en hebben het vertrouwen in de overheid helemaal verloren.

Belang verkiezingsthema's

Bij de keuze voor een politieke partij kunnen meerdere verkiezingsthema's een rol spelen. De belangrijkste speerpunten zijn 'bestrijding van de criminaliteit' (bij 78 procent speelt dit een grote rol in de keuze), 'onderwijs' (66 procent), 'wachttijden in de zorg' (65 procent) en 'werkgelegenheid' (54 procent). Volgens de respondenten zijn 'religie' (16 procent) en de 'lijsttrekker' (24 procent) het minst belangrijk, evenals 'immigratie' (26 procent) en 'opvang van asielzoekers' (35 procent). Dit staat in zeker contrast met de aandacht voor deze laatste twee onderwerpen in debatten. Het lage aangegeven belang van de lijsttrekker kan worden toegeschreven aan de gebruikelijke wens van mensen hun keuzes te rationaliseren. Uit veel marketingonderzoek blijken bij de keuzes voor merken (zoals partijen eigenlijk ook zijn) emotionele aspecten, zoals het merkimago (bijvoorbeeld de invloed van de lijsttrekker), een belangrijke rol te spelen.

Partijkeuze

De in dit onderzoek gestelde vragen met betrekking tot de partijkeuze zijn, gezien de gebeurtenissen van vorige week, met name als achtergrondinformatie gebruikt. 82 procent gaf aan absoluut zeker te gaan stemmen, bij 12 procent is dat waarschijnlijk, bij 3 procent onwaarschijnlijk en 3 procent wist nog niet of ze gingen stemmen. In dit onderzoek gaf 12 procent aan op de Lijst Pim Fortuyn te gaan stemmen op 15 mei (CDA 24 procent, PvdA 18 procent, VVD 16 procent, Groen Links 11 procent, D66 7 procent respectievelijk). Daarbij blijkt de aanhang van Fortuyn uit alle lagen van de bevolking te komen, hoewel deze partij vergeleken met de andere partijen meer mannen aanspreekt dan vrouwen.

Zwevende kiezer

Het is interessant om na te gaan wat de zwevende kiezer beschouwt als mogelijke partijen. Het blijkt dat deze mensen vooral de lijst van Groen Links overwegen als een mogelijke keuze. Daarnaast zijn PvdA en SP mogelijke alternatieven.

Alternatieven voor Lijst Pim Fortuyn

Een tweede interessant gegeven is welke partijen de kiezers die van plan waren te gaan stemmen op Lijst Pim Fortuyn in overweging nemen. Daartoe is in het onderzoek gevraagd welke partij men zou overwegen als de voorkeurspartij niet meer zou bestaan. Het blijkt dat dit gedeelte van de steekproef (12 procent) vooral de VVD, CDA en Leefbaar Nederland als alternatieven ziet. Er zal zeker niet gestemd worden op PvdA en Groen Links. Hieruit zou kunnen worden afgeleid dat de zo vaak genoemde 'afkeer van Paars' met name tot uiting komt in een afkeer van de PvdA. Lijst Pim Fortuyn roept zelf ook heftige reacties op, aangezien van alle respondenten 48 procent zegt zeer zeker niet te gaan stemmen op deze partij. Als tweede van partijen die zeker niet overwogen worden, eindigt de PvdA met 11 procent kiezers die zeker niet op hen zeggen te stemmen.

Vorig stemgedrag

Met betrekking tot het switchgedrag van stemmers ten opzichte van vier jaar geleden blijkt dat van de grotere partijen het CDA de trouwste aanhangers heeft (77 procent van de toenmalige CDA-stemmers zeggen nu weer op deze partij te gaan stemmen), gevolgd door Groen Links (63 procent). Bij de VVD en de PvdA liggen deze percentages op 58 procent en 55 procent. Kijken we naar het switchgedrag van kiezers naar de Lijst Pim Fortuyn, dan komen deze voor een belangrijk deel van de VVD. Ook is gekeken wat de respondenten die vier jaar geleden niet gestemd hebben, zeggen nu te gaan doen. Een overduidelijke meerderheid van deze niet-stemmers zei dit jaar op Lijst Pim Fortuyn te gaan stemmen.

Noot voor de pers

Meer informatie: dr. Karel Jan Alsem, tel. (050) 363 70 65, e-mail: k.j.alsem@eco.rug.nl (werk)