Ministerie van Algemene Zaken

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Persbericht ministerraad
31 mei 2002

Nota scenario's voor bestrijding armoedeval

Het kabinet heeft ingestemd met het voorstel van minister Vermeend van Sociale Zaken en Werkgelegenheid om een nota met vijf scenario's om de zogenoemde armoedeval verder te verkleinen, naar de Tweede Kamer te sturen. Elk scenario is erop gericht om meer mensen aan het werk te krijgen en vergt een investering van 500 miljoen euro. De nota is ook aan de informateur aangeboden.

De armoedeval treedt op als iemand zijn brutoloon ziet toenemen, maar er in besteedbaar inkomen nauwelijks op vooruit of er zelfs op achteruit gaat. Dit wordt veroorzaakt doordat men bij een inkomensstijging niet langer recht heeft op allerlei financieel gunstige inkomensafhankelijke regelingen. Bestrijding van de armoedeval is van groot belang om te bereiken dat meer uitkeringsgerechtigden een baan aanvaarden en om werkenden aan te moedigen in zichzelf te investeren door middel van scholing.

De invoering van een belastingaftrek voor werkenden - de arbeidskorting - en de belastingverlaging van vorig jaar hebben gunstige effecten gehad. In de afgelopen kabinetsperiode is ook de zogenoemde toetrederskorting ingevoerd om het verlies aan inkomensafhankelijke regelingen bij de overgang naar werk te compenseren. Door deze maatregelen is de armoedeval aanzienlijk verkleind. Toch kan de armoedeval nog steeds een drempel voor mensen (met name laaggeschoolden) zijn om aan de slag te gaan, zo blijkt uit de analyse van minister Vermeend. Alleenstaanden moeten tenminste 109% van het minimumloon gaan verdienen om erop vooruit te gaan ten opzichte van een uitkering plus aanspraken op inkomensafhankelijke regelingen. Voor paren met kinderen ligt dat zelfs op 138%.

De vijf scenario's bevatten elk een combinatie van samenhangende maatregelen. Deze maatregelen zijn onder andere: een aanzienlijke beperking of geleidelijker afbouwen van inkomensafhankelijke regelingen, het beperken van huursubsidie over de gehele linie of juist het verhogen ervan voor werkenden, invoering van een heffingsvrije voet in de Onroerendzaakbelasting (OZB), het vervangen van gemeentelijke bijstand die in principe voor alle uitkeringsgerechtigden geldt door een landelijke regeling voor langdurige minima en een verhoging van de arbeids- en combinatiekorting.

De scenario's hebben uiteenlopende effecten op de armoedeval en de koopkracht. Over het algemeen blijkt dat binnen een gegeven budget een kleinere armoedeval gepaard gaat met grotere koopkrachteffecten of een verplaatsing van de armoedeval naar de hogere inkomens. De keuze voor een scenario zal afhangen van een afweging van prioriteiten, zo stelt minister Vermeend.

RVD, 31.05.2002