Ministerie van Buitenlandse Zaken


---

Aan de Voorzitter van de TweedeKamerderStaten-Generaal Binnenhof4 Den Haag Directie Consulaire Zaken i.o. Afdeling Consulair-Maatschappelijke Zaken Bezuidenhoutseweg 67 Postbus 20061 2500 EB Den Haag
Datum 6 juni 2002 Behandeld drs. S.M.F.N. Kreutzer
Kenmerk CM/sk Telefoon (+31) (0)70 3484770

Blad /1 Fax (+31) (0)70 3485256

Bijlage(n) 1 E-Mail sm.kreutzer@minbuza.nl

Betreft Beantwoording vragen van het toenmalige lid Hoekema (D66) over Kamervragen over twee omgekomen Nederlanders in Srinagar (India) Zeer geachte Voorzitter,

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het toenmalige lid Hoekema (D66) over Kamervragen over twee omgekomen Nederlanders in Srinagar (India). Deze vragen werden ingezonden op 21 mei 2002 met kenmerk 2010210430.

De Minister van Buitenlandse Zaken

Antwoord van de heer Van Aartsen, Minister van Buitenlandse Zaken op vragen van het lid Hoekema (D66) over twee omgekomen Nederlanders in Srinagar (India).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van berichten dat de twee Nederlanders, die in januari jl. in Srinagar (India) zijn omgekomen, volgens een getuigenverklaring zijn geëxecuteerd door Indiase veiligheidstroepen?

Antwoord

Ja

Vraag 2

Hoe beoordeelt u deze berichten?

Vraag 3

Is het waar dat de Nederlandse ambassade in New Delhi niet op de hoogte is gesteld van een onderzoek en een rapport van de autoriteiten in Kasjmir zoals dat wel is voorgelegd aan de Indiase regering?

Vraag 4

Zo ja, waarom heeft u daartegen geen bezwaar gemaakt? Was u daarvan eerder op de hoogte?

Antwoord

De Indiase veiligheidstroepen hebben te kennen gegeven de twee Nederlanders op 13 januari 2002 te hebben doodgeschoten, naar eigen zeggen uit zelfbescherming, omdat de Nederlanders hen met messen zouden hebben aangevallen. Direct na het betreurenswaardige incident hebben de Indiase autoriteiten aangekondigd een onderzoek in te stellen naar de exacte toedracht, mede gezien de vele onbeantwoordevragen.

Naar aanleiding van de diverse, tegenstrijdige lezingen over het incident heeft de Nederlandse ambassade te New Delhi aan het Indiase ministerie van Buitenlandse Zaken formeel verzocht een nader onderzoek in te stellen naar de toedracht. De uitkomst van dat officiële onderzoek is nog niet ontvangen. Er is inmiddels rappel aangetekend bij de Indiase autoriteiten.

Vraag 5

Beschouwen de Indiase autoriteiten in respectievelijk Kasjmir en New Delhi de zaak als 'afgedaan'?

Antwoord

Ik heb vooralsnog geen reden te veronderstellen dat de Indiase autoriteiten het dossier als gesloten beschouwen.

Vraag 6

Deelt u deze mening van de Indiase autoriteiten? Zo ja, waarom? Zo neen, bent u bereid ook via druk van andere EU-lidstaten en de Verenigde Naties het onderzoek te heropenen?

Antwoord

Alvorens mij te beraden over eventuele volgende stappen wil ik vooralsnog eerst het onderzoeksrapport afwachten.


Kenmerk

Blad /1

===