Rijksuniversiteit Groningen

Verbeteringen in behandeling schildkliertumoren mogelijk

Een schildkliertumor is een zeldzame, maar meestal goed te genezen vorm van kanker. Bij patiënten wordt eerst de gehele schildklier verwijderd, waarna een nabehandeling met radioactief jodium volgt, een soort 'inwendige bestraling'. Radioactief jodium wordt opgenomen door de eventuele overgebleven tumorcellen en straalt zo, als het ware van binnenuit, deze cellen kapot. Het nabehandelingsprotocol kan op een aantal onderdelen worden vereenvoudigd, stelt Karin van Tol in haar proefschrift. Zij ontdekte onder meer dat al na drie maanden duidelijk is of de behandeling met radioactief jodium succesvol is geweest, en dat de tussenpozen tussen de behandelingen korter kunnen zijn dan nu wordt aangehouden. Voor patiënten die genezen zijn verklaard, blijkt bovendien dat één nacontrole per jaar voldoende is. Deze nacontrole hoeft alleen te bestaan uit lichamelijk onderzoek en laboratoriumonderzoek; extra onderzoek met radioactief jodium blijkt bij deze patiënten niet bij te dragen aan een succesvolle behandeling. In een inventarisatie stelt Van Tol vast dat 87 procent van de 504 patiënten die na 1978 in het Academisch Ziekenhuis Groningen zijn behandeld, na 10 jaar nog in leven is. Bij 8,5 procent keerde de tumor terug of ontstonden uitzaaiingen.

Vervolgens bestudeerde de promovendus de waarde van de PET-scanner om uitzaaiingen of een teruggekeerde schildkliertumor op te sporen. Zij concludeert dat bij sommige patiënten een scan aanvullende informatie kan opleveren die van belang is voor de verdere behandeling. Voor patiënten met uizaaiingen in het bot is er een nieuwe vorm van behandeling beschikbaar. Hierbij wordt door middel van een radiologische techniek de bloedtoevoer naar de uitzaaiing afgesloten (embolisatie). Van Tol stelt vast dat deze nieuwe behandeling veel voordelen biedt. Zo hebben patiënten minder pijn en wordt beschadiging van de zenuwen beperkt gehouden. Daarnaast blijkt deze behandelmethode effectiever dan een behandeling met radioactief jodium alleen. /ImK

Karin van Tol (Bunnik, 1963) studeerde geneeskunde in Utrecht en voltooide haar opleiding tot internist-endocrinoloog in Groningen.Zij verrichtte haar promotieonderzoek bij de onderafdeling Endocrinologie van de afdeling Interne Geneeskunde van het Academisch Ziekenhuis Groningen, waar zij ook na haar promotie blijft werken. Het onderzoek is deels gefinancierd door de Vereniging van Academische Ziekenhuizen.

Datum en tijd

maandag 10 juni 2002, 16.00 uur

Promovendus

mw. K.M. van Tol, tel. (050)361 61 61, fax (050)361 93 08, e-mail: k.m.van.tol@int.azg.nl (werk)

Proefschrift

New insights in diagnosis and treatment of differentiated thyroid carcinoma

Promotor

prof.dr. E.G.E. de Vries

Faculteit

medische wetenschappen

Plaats

Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen

Promotie