Gemeente Baarn

Bladluisbestrijding in bomen met lieveheersbeestje

10-06-2002

Op veel plantensoorten komt in de lente en de zomer bladluis voor. Ook laanbomen hebben er last van waardoor ze veel overlast veroorzaken. De bladluis produceert namelijk een kleverige stof, de honingdauw. Deze honingdauw komt op de onder de bomen geparkeerde autos terecht of op tafels en stoelen van een terras. Omdat de bladluispopulatie zich erg snel kan opbouwen, zijn er vaak niet voldoende natuurlijke vijanden aanwezig om ervoor te zorgen dat de overlast beperkt blijft. Om de natuur een handje te helpen heeft men enkele jaren geleden bedacht om lieveheersbeestjes uit te zetten, een natuurlijke vijand van de bladluis. Deze biologische en milieuvriendelijke bestrijdingsmethode is nog nieuw en er zijn nog geen concrete resultaten bekend. Wel is gebleken dat de effectiviteit sterk afhangt van de weersomstandigheden na het uitzetten.

Proefproject in de van Kinsbergenlaan en aan de Brink Ook bij de gemeente krijgen wij regelmatig klachten over de overlast van de kleverige uitwerpselen van de bladluis. Als proef worden binnenkort larven van lieveheersbeestjes uitgezet in de lindebomen aan de van Kinsbergenlaan en in een aantal lindebomen aan de Brink.

Inheemse lieveheersbeestje
Een natuurlijke vijand van de bladluis is het lieveheersbeestje. Het soort lieveheersbeestje dat gebruikt wordt voor de biologische bestrijding van bladluis is het inheemse, tweestippelig lieveheersbeestje, de Adalia bipunctata. De reden van het uitzetten van een inheems lieveheersbeestje is dat er geen faunavervalsing kan optreden. Deze inheemse soort is aangepast aan het Nederlandse klimaat en kan uitstekend binnen ons ecosysteem leven en zich voortplanten.

Uitzetten van de larven
In juni worden de lieveheersbeestjes in het larvestadium uitgezet door de zakjes waarin ze worden aangeleverd op te hangen aan een tak in de boom. Binnen enkele uren kruipen ze uit de zakjes en gaan op zoek naar voedsel, de bladluis. Ze kunnen zon 100 luizen per dag opeten. De ontwikkeling van het lieveheersbeestje is afhankelijk van de temperatuur. Bij een dagtemperatuur van 20 graden Celsius verpoppen de larven na drie weken, weer een week later komen de volwassen lieveheersbeestjes uit. Deze lieveheersbeestjes gaan weer eieren leggen. Eén lieveheersbeestje legt ongeveer 200 eieren. Hieruit komen nieuwe larven en zo herhaalt zich de cyclus. De lieveheersbeestjes overwinteren in de bomen. Dat wil zeggen dat ze de volgende jaren ook nog actief kunnen zijn in de bomen waar ze zijn uitgezet.