Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Persbericht 02/073

Ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid Directie
Communicatie

10 juni 2002

Nr. 02/073

Bijstandsuitkeringen, IOAW- en IOAZ-grondslagen en WIK-uitkeringen per 1 juli 2002

De bijstandsuitkeringen, de IOAW- en IOAZ-grondslagen en de uitkeringen op grond van de Wet inkomensvoorziening kunstenaars (WIK) worden per 1 juli 2002 verhoogd. Dit is het gevolg van de aanpassing van het wettelijk minimumloon en de sociale uitkeringen aan de ontwikkeling van de lonen. Het netto bijstandsbedrag voor gehuwden en ongehuwd samenwonenden gaat per 1 juli 2002 met 14,38 per maand omhoog.

De Algemene bijstandswet kent landelijke normbedragen voor mensen van 21 tot 65 jaar, voor mensen die 65 jaar of ouder zijn, voor gehuwden of ongehuwd samenwonenden, alleenstaande ouders en alleenstaanden. Voor elk van deze groepen geldt een apart bedrag. Voor gehuwden en ongehuwd samenwonenden tussen de 21 en 65 jaar is dat 100 procent van het netto minimumloon, voor alleenstaande ouders tussen de 21 en 65 jaar 70 procent en voor alleenstaanden tussen de 21 en 65 jaar 50 procent. Het uitgangspunt bij de norm voor deze categorieën alleenstaande ouders en alleenstaanden is dat de (woon-) kosten met anderen kunnen worden gedeeld. Is dat niet of slechts gedeeltelijk het geval, dan kan de gemeente een toeslag geven van maximaal 20 procent van het netto minimumloon. De normbedragen voor mensen van 65 jaar of ouder zijn gelijk aan de netto AOW-bedragen. Voor hen geldt geen aparte toeslagenregeling.

Sinds 1 januari 2001 hebben bepaalde categorieën bijstandsgerechtigden recht op een voorlopige teruggaaf van de Belastingdienst. Deze moet door de bijstandsgerechtigde zelf worden aangevraagd. De gemeente houdt bij de bepaling van de hoogte van de bijstandsuitkering rekening met deze voorlopige teruggaaf. Het inkomen van die belanghebbende bestaat in die gevallen dus uit twee delen: een deel van de Sociale Dienst en een deel van de Belastingdienst.

Normbedragen voor mensen van 21 jaar tot 65 jaar die een uitkering krijgen op grond van de Algemene bijstandswet

bedragen in euro's

Gehuwden of ongehuwd samenwonenden

per maand

1059,59

vakantie-uitkering

54,60

totaal

1114,19

Alleenstaande ouders

per maand

741,71

vakantie-uitkering

38,22

totaal

779,93

Alleenstaanden

per maand

529,80

vakantie-uitkering

27,30

totaal

557,10

Maximale toeslag voor mensen van 21 jaar tot 65 jaar:

Alleenstaande ouders en alleenstaanden

per maand

211,92

vakantie-uitkering

10,92

totaal

222,84

Normbedragen voor mensen van 65 jaar of ouder:

Gehuwden en ongehuwd samenwonenden


- Beide partners 65 jaar of ouder

per maand

1106,13

vakantie- uitkering

56,99

totaal

1163,12


- Een partner jonger dan 65 jaar

per maand

1117,82

vakantie- uitkering

57,60

totaal

1175,42

Alleenstaande ouders

per maand

996,82

vakantie- uitkering

51,36

totaal

1048,18

Alleenstaanden

per maand

784,91

vakantie- uitkering

40,44

totaal

825,35

Normbedragen voor mensen jonger dan 21 jaar die een uitkering krijgen op grond van de Algemene bijstandswet:

Gehuwden en ongehuwd samenwonenden


- Beide partners jonger dan 21 jaar

per maand

366,19

vakantie- uitkering

18,87

totaal

385,06


- Een partner jonger dan 21 jaar

per maand

712,90

vakantie- uitkering

36,73

totaal

749,63

Alleenstaanden

per maand

183,10

vakantie- uitkering

9,43

totaal

192,53

Voor mensen jonger dan 21 jaar met een of meer kinderen die tot hun last komen, gelden hogere bedragen:

Gehuwden en ongehuwd samenwonenden


- Beide partners jonger dan 21 jaar

per maand

578,11

vakantie- uitkering

29,79

totaal

607,90


- Een partner jonger dan 21 jaar

per maand

924,82

vakantie- uitkering

47,65

totaal

972,47

Alleenstaande ouders

per maand

395,02

vakantie- uitkering

20,35

totaal

415,37

Eigen vermogen

Niet al het spaargeld behoeft te worden aangesproken, voordat men voor bijstand in aanmerking komt. Het vrij te laten vermogen is:

voor gezinnen

9.640,00

voor alleenstaanden

4.820,00

Voor mensen die een bijstandsuitkering ontvangen en een eigen huis bewonen, geldt een extra vrijlating. Bij hen wordt van het vermogen in het huis namelijk nog eens 6.807,- volledig vrijgelaten en van het meerdere de helft.

De totale vermogensvrijlating is begrensd tot 36.867,- voor gezinnen en tot 32.047,- voor alleenstaanden.

Ziekenfonds-/ ziektekostenpremie

Wie verplicht verzekerd is bij een ziekenfonds moet van zijn/haar uitkering de nominale ziekenfondspremie betalen. Wie niet verplicht verzekerd is, ontvangt bij het normbedrag een vergoeding voor de betaling van een particuliere ziektekostenverzekering, die dezelfde risico's dekt als de verplichte ziekenfondsverzekering. De vergoeding wordt verminderd met het bedrag dat een verplicht verzekerde in dezelfde omstandigheden als nominale premie aan het ziekenfonds moet betalen.

IOAW en IOAZ

De IOAW is bestemd voor oudere langdurig werklozen die 50 jaar of ouder waren op het moment dat zij werkloos werden en voor gedeeltelijk arbeidsongeschikte werklozen, ongeacht hun leeftijd. De IOAW geldt, nadat de uitkeringsperiode voor de Werkloosheidswet inclusief de vervolguitkering is verstreken.

Voor de IOAZ komen mensen van 55 jaar of ouder en gedeeltelijk arbeidsongeschikte ex-zelfstandigen (ongeacht hun leeftijd) in aanmerking die noodgedwongen hun bedrijf of beroep moeten beëindigen.

De bruto grondslag bedraagt voor:

Gehuwde en ongehuwde partners die beide 21 jaar of ouder zijn

Per maand


1.214,38


vakantie- uitkering

97,14

totaal


1.311,52


Alleenstaanden van 21 jaar of ouder met een of meer kinderen

per maand


1.095,19


vakantie- uitkering

87,61

totaal


1.182,80






Alleenstaanden


- vanaf 23 jaar

per maand


929,58


vakantie- uitkering


74,37


totaal


1.003,95



- van 22 jaar

per maand


734,88


vakantie- uitkering


58,79


totaal


793,67



- van 21 jaar

per maand


620,38


vakantie- uitkering


49,63


totaal


670,01


Voor mensen onder de 21 jaar gelden lagere bedragen. Op de grondslagen worden de bruto inkomsten uit of in verband met arbeid van de werkloze of zelfstandige en zijn of haar partner in mindering gebracht. In tegenstelling tot de bijstandswet wordt geen rekening gehouden met andere inkomsten en met vermogen. Alleen bij de IOAZ wordt van vermogens boven de 105.936,- een inkomen van 4 procent van dat meerdere verondersteld.

Wet inkomensvoorziening kunstenaars

Een uitkering op grond van de WIK bedraagt voor alleenstaande kunstenaars 70 procent van de landelijke bijstandsnorm, inclusief de maximale toeslag voor een alleenstaande. Alleenstaande ouders en gehuwden of ongehuwd samenwonenden krijgen een iets hoger percentage.

De uitkering bedraagt voor:

Alleenstaanden

Per maand


519,21


vakantie- uitkering


26,75


totaal


545,96


Alleenstaande ouders

Per maand


731,12


vakantie- uitkering


37,67


totaal


768,79


Gehuwden en ongehuwd samenwonenden

Per maand


837,08


vakantie- uitkering


43,13


totaal


880,21