Ingezonden persbericht


Persbericht
14 augustus 2002

Plotselinge toename stroperij treft neushoorn

Een recente toename van het aantal Aziatische neushoorns dat het slachtoffer wordt van stroperij, laat zien dat stroperij een hardnekkige en belangrijke bedreiging blijft vormen voor de Aziatische neushoorn. Dit blijkt uit het statusrapport 'Asian Rhinos in the wild' dat het Wereld Natuur Fonds vandaag publiceert. Er leven drie soorten Aziatische neushoorns in het wild, in totaal ongeveer 2900 dieren. Minstens 86 dieren zijn in de afgelopen vier jaar het slachtoffer geworden van stropers, voornamelijk in India en Nepal. Met name in Nepal is een sterke toename van stroperij waarneembaar; tussen november 2001 en eind juli 2002 zijn in het Koninklijke Nationale Park Chitwan 28 neushoorns gedood door stropers. Indirect is dit een gevolg van de onrustige situatie in Nepal - conflicten met Maoïstische opstandelingen hebben ertoe geleid dat eind vorig jaar de noodtoestand is afgekondigd - waardoor om veiligheidsredenen het aantal wachtposten in het park is geconcentreerd. Hierdoor is een groot deel van het park onbewaakt en kunnen stropers hun gang gaan.

Stropers zijn met name uit op de hoorn van de neushoorn en andere lichaamsdelen die gebruikt worden in traditionele Oosterse medicijnen bedoeld om allerlei uiteenlopende kwalen te genezen. Stropers doden neushoorns met geweren, speren, verborgen vallen, gif of door ze te elektrokuteren met stroomdraden.

Naast de druk die de stroperij legt op Aziatische neushoorns, beschrijft het Wereld Natuur Fonds in dit nieuwe rapport hoe de drie soorten Aziatische neushoorns anno 2002 onder druk staan door houtkap en een groeiende vraag naar landbouwgrond en grond voor commerciële plantages voor palmolie, houtpulp, koffie, rubber, cacao en cashewnoten. Hierdoor verdwijnt leefgebied van de neushoorn, raakt het leefgebied gefragmenteerd èn zijn de overgebleven stukken leefgebied makkelijker toegankelijk. Dit leidt weer tot stroperij en een afname van het aantal dieren dat overblijft in de resterende fragmenten bos. Deze verkleinde populaties zijn vervolgens in toenemende mate kwetsbaar voor ziektes, inteelt en natuurlijke rampen als overstromingen.

Er zijn drie soorten Aziatische neushoorns; de Javaanse, de Sumatraanse en de Indische neushoorn. De Javaanse neushoorn is bijna uitgestorven in Vietnam, waar waarschijnlijk nog minder dan 8 neushoorns leven, en overleeft ook slechts met grote moeite in Indonesië waar nog geen 60 dieren leven. Beschermingsteams, bekostigd door ondermeer het Wereld Natuur Fonds, hebben ervoor gezorgd dat er geen Javaanse neushoorns zijn gestroopt in de afgelopen jaren maar het zeer lage aantal overgebleven dieren betekent dat natuurlijke rampen, ziektes of stroperij, deze soort makkelijk zou kunnen uitroeien. Voor de grofweg 300 Sumatraanse neushoorns die in Indonesië en Maleisië leven vormt de aanhoudende stroperij een wezenlijke bedreiging. In India en Nepal leven ongeveer 2400 Indische neushoorns, maar ook deze soort is kwetsbaar.

Het Wereld Natuur Fonds beschrijft in dit rapport ook welke successen zijn geboekt op het gebied van de bescherming van Aziatische neushoorns. Aan het begin van de vorige eeuw leefden nog slechts ongeveer 10 Indische neushoorns in het Nationale Park Kaziranga in India. Kaziranga is sinds 1908 beschermd gebied en daardoor is de populatie gegroeid tot ruim 1500 dieren vandaag de dag. In Nepal leefden in 1968 nog ongeveer 100 Indische neushoorns in de Chitwan vallei. In 1973 is hier een Nationaal Park gecreëerd en is de stroperij onder controle gebracht. Dankzij intensieve bescherming en strikte controle op naleving van wetten is deze populatie gegroeid tot ruim 600. Het Wereld Natuur Fonds heeft tussen 1986 en 2002 bijgedragen aan de verhuizing van 72 neushoorns van het Koninklijke Nationale Park Chitwan naar het Koninklijke Nationale Park Bardia in Nepal. Doel van deze verhuizingen is het creëren van een tweede levensvatbare populatie neushoorns in Nepal en het minimaliseren van neushoorn/mens conflicten in en rondom Chitwan.

"Er is zeker vooruitgang geboekt als het gaat om het veiligstellen van de toekomst van de Indische neushoorn, maar er is nog een lange weg te gaan willen we het zelfde kunnen zeggen van de andere twee soorten Aziatische neushoorns", zegt Jikkie Jonkman van het Wereld Natuur Fonds. "Dat kan alleen door te blijven investeren in het terugdringen van de vraag naar traditionele Oosterse medicijnen, anti-stroperij maatregelen en het in bedwang houden van de snelheid waarmee land wordt omgezet in landbouwgrond en plantages."


---
Informatie op internet: het Engelstalige rapport 'Asian Rhinos in the wild' en de Nederlandse vertaling van de samenvatting van het rapport zijn te downloaden op www.wnf.nl

Interviewmogelijkheden:

- Jikkie Jonkman, manager internationale soortenprojecten van het Wereld Natuur Fonds, is in Nederland beschikbaar voor interviews.· Dr. Nico van Strien, medeauteur van het rapport, verblijft momenteel in Indonesië maar is wel bereikbaar voor telefonische interviews.
- Dr. Nico van Strien is Coördinator Zuidoost-Azië voor de International Rhino Foundation en Programmamanager van de Asian Rhino Specialist Group van de IUCN.
Op aanvraag beschikbaar:

- Beeldmateriaal van de Aziatische neushoorn (zowel foto- als videomateriaal)
-Gedrukte exemplaren van het rapport 'Asian Rhinos in the wild'· Uitgebreide brochure over de in 1998 door het Wereld Natuur Fonds gelanceerde Asian Rhino and Elephant Action Strategy (AREAS).
Meer informatie: Esther Naber, persvoorlichter. Telefoon: 030-6937832, mobiel: 06-29535947, email: enaber@wwf.nl