Algemene Onderwijsbond


* Taalondersteuning onmisbaar bij integratie (persbericht AOb en OCNV d.d. 4 september 2002)
Taalondersteuning onmisbaar bij integratie (persbericht AOb en OCNV d.d. 4 september 2002)

Onderwijsbonden beraden zich over acties

De samenwerkende onderwijsbonden AOb, Onderwijsbond CNV, CMHF en AVS beraden zich over acties tegen de aangekondigde bezuiniging van het kabinet-Balkenende van 70 miljoen euro voor OALT (onderwijs in allochtone levende talen) per augustus 2004. De bonden constateren dat het gehele budget voor taalondersteuning zal verdwijnen terwijl taalondersteuning in het primair onderwijs een belangrijke voorwaarde voor het snel leren spreken van de Nederlandse taal en de integratie in de Nederlandse samenleving. Ook zal onderwijspersoneel zijn baan verliezen en zal de expertise in het geven van taalondersteuning worden vernietigd.

Kabinet
In het Strategisch regeerakkoord, Werken aan vertrouwen, staat dat "prioriteit moet worden gegeven aan het leren van Nederlands. Daarom wordt de regeling Onderwijs in Allochtone Levende Talen afgeschaft'. De onderwijsbonden vrezen een averechts effect van deze maatregel. Zij onderschrijven de keus van het kabinet om de prioriteit te leggen bij integratie in de samenleving en het leren van Nederlands. Maar juist door het afschaffen van de regeling OALT wordt het geven van taalondersteuning onmogelijk. Juist de inzet van in taalondersteuning gespecialiseerd onderwijspersoneel is een belangrijke randvoorwaarde om snel en goed Nederlands te leren. Het ontbreken van taalondersteuning voor deze groep leerlingen zal er juist toe leiden dat zij minder snel het Nederlands zullen beheersen.

Taalondersteuning hoofdaccent
Hoewel sinds 1998 de wet OALT van kracht is, zijn de doelstellingen van dit beleid in de loop der jaren sterk gewisseld en is er voortdurend onduidelijkheid geweest over de positie van het onderwijs in eigen taal. De afgelopen jaren is er sprake van een omslag. Sterk wordt de nadruk gelegd op taalondersteuning. Taalondersteuning wordt gezien als een belangrijke randvoorwaarde bij het snel en goed leren spreken van de Nederlandse taal. Op de onderwijsbegroting 2002 is 68 miljoen gereserveerd ten behoeve van onderwijs in allochtone levende talen. Ruim 70% van de beschikbare middelen wordt ingezet voor deze taalondersteuning. Deze middelen worden met name besteed aan formatie ten behoeve van gespecialiseerd onderwijspersoneel. Ongeveer 30% van het beschikbare bedrag wordt besteed aan cultuureducatie die buiten schooltijd plaatsvindt.
Hoge eisen worden inmiddels gesteld aan het onderwijspersoneel in taalondersteuning waarbij aanvullende scholing op gebied van taalondersteuning noodzakelijk is. Verschillende hogescholen bieden inmiddels een post-hbo cursus taalondersteuning aan. De bevoegdheidseisen voor onderwijspersoneel dat taalondersteuning geeft zijn per 1 augustus 2002 aangescherpt. Zowel de moedertaal, als het Nederlands, dienen voldoende beheerst te worden. De gezamenlijke onderwijsbonden zijn akkoord gegaan met deze aanscherping, op voorwaarde dat er een goed sociaal plan komt voor betrokkenen die (nog) niet aan bovengenoemde voorwaarden kunnen voldoen.

Zoetermeer, 4 september 2002