Actueel
Dreigende korting begroting rechtspraak in strijd met Strategisch
Akkoord
Bron: Raad voor de rechtspraak 's-Gravenhage
Datum actualiteit: 9-09-2002
De rechtspraak in ons land dreigt ernstig in de problemen te komen als
de Tweede Kamer instemt met de voorgenomen korting op de begroting. De
duur van rechtszaken zal hierdoor toenemen, waardoor er onverantwoorde
situaties ontstaan. Dit is in strijd met het Strategisch Akkoord dat
zich uitspreekt voor een snelle en voortvarende rechtspraak. Dit stelt
de Raad voor de rechtspraak in een brief die vandaag verzonden is aan
de Tweede Kamer.
De begroting voor de rechtspraak voor 2003 dreigt 90 miljoen euro
structureel te worden gekort. Een afwijking in de begroting van deze
omvang kan niet zonder consequenties blijven. Wachttijden bij
bijvoorbeeld strafzaken van meer dan een jaar zullen dan bepaald geen
uitzondering zijn.
De Raad doet een dringend beroep op de leden van de Tweede Kamer om
niet met deze bezuinigingsvoorstellen in te stemmen. Tevens verzoekt
de Raad de kamer alsnog de noodzakelijke middelen ter beschikking te
stellen ten einde de kwaliteit van de rechtspraak de komende jaren te
waarborgen.
Lees hier het afschrift van de brief van de Raad voor de rechtspraak
aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal:
Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Voorzitter
Voorzitters van de fracties
Voorzitter en leden van de vaste commissie voor Justitie
Voorzitter en leden van de commissie voor de Rijksuitgaven
Den Haag, 9 september 2002
Consequenties bezuiniging rechtspraak
De begroting Raad voor de rechtspraak 2003-2007 zal binnenkort samen
met de Justitiebegroting door de minister van Justitie worden
ingediend bij de Tweede Kamer. De Raad heeft gegronde redenen om te
verwachten dat er fors in negatieve zin wordt afgeweken van de
begroting zoals die door de Raad voor de rechtspraak is ingediend.
De Raad tilt hier buitengewoon zwaar aan. Reden waarom hij de stap zet
om met deze brief de Kamer te wijzen op de ingrijpende negatieve
consequenties die dit zal hebben voor alle partijen die betrokken zijn
bij de rechtspraak.
De begroting voor de rechtspraak 2003-2007 voorziet in een uitbreiding
van het budget van ¤ 629 miljoen met ¤ 70 miljoen
structureel in 2003. Deze uitbreiding is hard nodig ter financiering
van extra capaciteit en investeringen om een versnelling in procedures
te bewerkstelligen. Het Strategisch Akkoord spreekt zich duidelijk uit
voor een snelle en voortvarende rechtspraak. Dat betekent dat moet
worden geïnvesteerd in de rechtspraak om deze
politiek-maatschappelijke prioriteiten waar te kunnen maken. Tot grote
verbazing van de Raad voor de rechtspraak dreigt nu echter het
tegenovergestelde te gebeuren. Noodzakelijke extra middelen blijven
uit en kortingen worden - in strijd met de tekst van het Strategisch
Akkoord - ook op de rechtspraak toegepast. In plaats van een
uitbreiding met ¤ 70 miljoen dreigt nu een korting van ¤
22 miljoen!
Negatieve Consequenties
Een afwijking van de begroting in deze omvang kan niet worden
opgevangen zonder negatieve consequenties voor doorlooptijden en
werkvoorraden. De doorlooptijden zijn in de ogen van de Raad over de
hele linie op dit moment veel te lang. Vandaar de ambitie van de
rechtspraak om de gemiddelde doorlooptijd stapsgewijs terug te brengen
tot voor de burgers aanvaardbare tijden. Terecht is dit in het
Strategisch Akkoord een prioriteit, nadat al eerder de Tweede Kamer
hier aandacht voor had gevraagd.
Als nu echter in plaats van een uitbreiding sprake zal zijn van een
substantiële korting zal dit onvermijdelijk tot consequentie hebben
dat de doorlooptijden over de hele linie toenemen. In plaats van
terugdringen van de al te lange wachttijden bij strafzaken van
gemiddeld 9 maanden naar een half jaar, gaat de ontwikkeling de andere
kant op: wachttijden van een jaar of langer zullen dan bepaald geen
uitzondering zijn. Dat staat wel in schril contrast tot het
Strategisch Akkoord en tot waar de samenleving recht op heeft.
Te verwachten valt dat de instroom van zaken in aantal en complexiteit
blijft toenemen. Bij dit extra werk horen ook extra middelen. En
omgekeerd: zonder extra middelen ontstaat geen ruimte voor extra
zaken; er is nu al een zeer grote achterstand. De rechtspraak zegt dit
overigens gezien de maatschappelijke effecten met grote tegenzin. Voor
partijen betrokken bij strafzaken, o.a. jeugdstrafzaken en
geweldsdelicten, bij echtscheidings- en andere familiezaken en bij
vele andere soorten zaken die geen verder uitstel verdragen, heeft dit
immers ernstige gevolgen. Wij voorzien ook dat de afspraken met het
Openbaar Ministerie over de afdoening van zaken niet zullen kunnen
worden nagekomen. Het lijkt erop alsof onvoldoende helder is, waar de
rechtspraak op dit moment staat. Ter illustratie: alleen al bij
voorbeeld in het gerechtshof in Den Bosch is de werkvoorraad in
strafzaken inmiddels gegroeid tot 3000 zaken. Uitspraken in gewone
handelszaken laten langer dan een jaar op zich wachten. De situatie
bij andere gerechten is niet rooskleuriger. Het moment komt snel
naderbij, waarop een situatie ontstaat, die noch voor de politiek noch
voor de rechtspraak verantwoord is. Vanzelfsprekend heeft de
rechtsprekende macht oog voor de economische situatie van het land en
is de rechtsprekende macht gehouden doelmatig te werken, maar de
discrepantie tussen onze begroting en wat naar wij hebben begrepen nu
de voornemens zijn, is veel te groot.
Beroep op Tweede Kamer
Met de herziening van de rechterlijke organisatie en met de
bekostigings-AmvB voor de rechtspraak heeft de politiek bij de
rechtspraak de verwachting gewekt dat de rechtspraak in de gelegenheid
zal worden gesteld om de toegenomen werkzaamheden bij de rechtspraak
op een passende wijze te kunnen behandelen. De rechtspraak doet nu een
dringend beroep op de Tweede Kamer om de daarvoor noodzakelijke
middelen ter beschikking te stellen.
Concreet dringen wij er bij de Tweede Kamer op aan om het de
rechtspraak mogelijk te maken in 2003 te kunnen doorgaan met het
stapsgewijs realiseren van onze ambities (en die van de Kamer) op het
terrein van efficiencyvergroting en versnelling van procedures.
De rechtspraak dient in elk geval gevrijwaard te blijven van de
korting van ¤ 22 miljoen die nu dreigt te worden opgelegd. Dit
laatste is immers in lijnrechte tegenspraak met de tekst van het
Strategisch Akkoord. Een aantal ambities van de Raad kan overigens
daarmee nog steeds niet worden gerealiseerd.
Tevens verzoeken wij U het daarheen te leiden dat zo spoedig mogelijk
duidelijkheid ontstaat over het aandeel voor de rechtspraak uit de
zgn. veiligheidsenveloppe.
Hoogachtend,
De voorzitter van de Raad voor de rechtspraak
A.H. van Delden