Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut

Het weer nader verklaard

Noodweer in Frankrijk

Het zuiden van Frankrijk is op 8 en 9 september getroffen door zware regen- en onweersbuien.Vooral de departementen Gard, Vaucluse en Herault kregen het zwaar te verduren, waar door overstromingen en modderstromen 13 doden zijn gevallen. In een groot gebied viel uitzonderlijk veel regen: op verschillende plaatsen werd meer dan 300 mm gemeten en volgens voorlopige cijfers van de Météo France viel in Anduze binnen 24 uur 670 mm. Frankrijk heeft een bijzonder slechte zomer achter de rug met veel buien, maar vrijwel elke zomer en najaar doen zich in het zuiden van Europa situaties voor waarbij in korte tijd enorme hoeveelheden regen vallen. Ook najaar 1999 en 2000 was dat het geval, maar de meest extreme situatie dateert uit het jaar 1900. Op 28 en 29 september 1900 werden de Cevennen zwaar getroffen, waarbij in Valleraugue aan de voet van de l'Aigoual in 10 uur tijd 950 mm naar beneden kwam. Tien jaar eerder, op 20 en 21 september noteerde de waarnemer hier 828 mm in 24 uur.

Cumulatieve som van de neerslag van 12 november 1999 06 uur tot 14 november 06 uur (Bron: Météo France).

Zware buien ontstaan hier als koude lucht uit het noorden mengt met warme lucht. Het relatief warme zeewater levert de warmte en het vocht, die noodzakelijk zijn voor het onstaan van de buien. Voordat de kou dit gebied bereikt, wordt warme en vochtige lucht naar het noorden gevoerd. Bij bergketens, zoals Alpen en Pyreneeën wordt de lucht gedwongen te stijgen waardoor de buien activeren.Gewoonlijk valt de neerslag op grote hoogte in de vorm van sneeuw en bereikt het smeltwater pas later de dalen. In sommige situaties is het op grote hoogte nog warm, waardoor alle neerslag regen is. De grote hoeveelheden in korte tijd veroorzaken dan vooral in bergachtige gebieden enorme overlast, omdat de rivieren het plotseling van de berghellingen toestromende water moeilijk kunnen verwerken.

De laatste jaren zijn vaker grote hoeveelheden gevallen, die leidden tot overstromingen. In het najaar van 1958 deed zich twee keer achter elkaar (29/30 september en 3/4 oktober) zo'n toestand voor waarbij binnen 24 uur 200 tot 300 mm viel. In Vaison la Romaine in Frankrijk viel in september 1992 in 48 uur 450 millimeter, waarvan 300 mm binnen zes uur. In november 1994 kreeg de Mont Aigoual in 60 uur 411 millimeter. Nîmes kreeg op 3 oktober 1998 in 6 uur 420 mm. Op 12 en 13 november 1999 werden de gebieden van de Tarn, l'Herault, de oostelijke Pyreneëen en de Aude getroffen waarbij Lézignan ruim 600 mm in 36 uur te verwerken kreeg.

Of de opwarming van het klimaat een rol speelt is niet duidelijk. Klimaatonderzoekers weten nog weinig van extremen en regionale veranderingen. Wel blijkt uit recent onderzoek er in de neerslag in Europa de laatste jaren meer uitschieters zijn voorkomen. Hevige regenval kwam vroeger echter ook voor, maar door de verstedelijking is de samenleving kwestbaarder geworden. Het belang van adequate voorspellingen is groter dan ooit. Tussen half september en half november 1999 vond een internationale meetcampagne plaats om de voorspellingen van extreem weer en zware regen te verbeteren.


* Précipitations exceptionnelles dans le sud de la France du 11 au 14 novembre 1999 (Franstalig artikel Météo France)
* Internationale meetcampagne extreem weer in Alpengebied (Mesoscale Alpine Programme, Engelstalig , Franstalig)
* De zware regen in het Alpengebied in mei 1999
* Zware bergregens

* Modderstromen

Noodweer en rampen in het weer nader verklaard

Index het weer nader verklaard

Laatste wijziging: 10 september 2002

Vragen en reacties:
Harry Geurts, PR & Voorlichting KNMI
Copyright © KNMI