10 september 2002

Persbericht

ALMANIJ

Halfjaarresultaten per 30 juni 2002

Sterke toename van het exploitatieresultaat

Hogere kredietkosten en hogere waardecorrecties op effecten

Voor de eerste jaarhelft van 2002 realiseert de Almanij Groep een nettowinst van 423 miljoen EUR.

Tegenover de eerste zes maanden van 2001 is dat 6% lager. Het exploitatieresultaat daarentegen stijgt met 29%. Hogere voorzieningen voor kredietdossiers, hogere waardecorrecties op effecten, lagere uitzonderlijke resultaten en toegenomen belastingen drukken op de nettowinst. In het licht van de huidige moeilijke marktomstandigheden wordt dat als een goed resultaat beschouwd.

FINANCIELE KERNPUNTEN

Eerste jaarhelft van 2002


* Exploitatieresultaat neemt toe met 29% tegenover de eerste zes maanden van 2001 dankzij de positieve effecten van het expansiebeleid, de gunstige ontwikkeling van de rente-inkomsten en van de premie-ontvangsten leven, de sterke technische performantie van het schadebedrijf en de ommekeer bij Agfa-Gevaert.


* Kostendruk bankbedrijf evolueert gunstig van 70,6% over de eerste zes maanden van 2001 en van 70,7% over gans 2001 naar 66,9% over de eerste jaarhelft van 2002. Deze verbetering is de resultante van de hogere opbrengsten en een strikte kostenbeheersing.


* Waardecorrecties op kredieten en effecten liggen merkelijk hoger dan in eerste helft van 2001 als gevolg van de verzwakte economie en de beursmalaise.


* Nettowinst daalt met 6% tot 423 miljoen EUR. De winst per aandeel bedraagt 2,16 EUR, een daling met eveneens 6%.


* De ROE evolueert van 13% voor de eerste zes maanden van 2001 en van 10,9% voor gans 2001 naar 11,8% voor de eerste zes maanden van 2002.


* Solvabiliteit van het bank- en verzekeringsbedrijf blijft zeer solide. De Tier-1 ratio van KBC Bank en KBL bedroeg respectievelijk 8,8% en 7,7%. De solvabiliteitsratio van de verzekeraar nam nog verder toe tot 325%.


* Het eigen vermogen per aandeel is toegenomen van 36 EUR eind 2001 tot 38,2 EUR eind juni 2002.


* Per 30 juni 2002 bedraagt de geschatte nettoactiefwaarde van het Almanij-aandeel, berekend op basis van de beurskoersen van de aandelen in portefeuille, 56,6 EUR tegenover 50,1 EUR eind 2001.

Tweede kwartaal 2002


* Het exploitatieresultaat van het tweede kwartaal 2002 is op één na het beste van de voorbije zes kwartalen. Tegenover het referentiekwartaal van 2001 is er een toename met 63%. Tegenover het vorige kwartaal is er een lichte daling met 4,5%.


* De voorzieningen voor kredieten zijn nog steeds relatief hoog, doch minder dan in het eerste kwartaal van 2002 en merkelijk minder dan de piek die werd bereikt in het vierde kwartaal van 2001.


* Door de toestand op de beurzen dienden aanzienlijke waardecorrecties op effecten geboekt te worden, fors hoger dan in het eerste kwartaal van 2002 en in het referentiekwartaal van 2001.


* Het tweede kwartaal sluit af met een nettowinst van 199 miljoen EUR of
1,02 EUR per aandeel. Dat is een daling met 11% tegenover het zeer goede eerste kwartaal van 2002 doch een stijging met 20% tegenover het tweede kwartaal van 2001.

Kerncijfers

(1) KBC Bank en Kredietbank SA Luxembourgeoise (KBL)


2. KBC Verzekeringen

3. Gevaert

4. Almafin en de holdingactiviteiten van Almanij, Kredietcorp en KBC Holding

5. Berekend op het gemiddelde uitstaande eigen vermogen (toestand eind december 2001 + toestand eind juni 2002 na aftrek van een proratadividend)/2. Eind 2001 werd het Fonds voor Algemene Bankrisico's overgeboekt naar de reserves. De ROE van de 1H 01 werd herberekend alsof deze overboeking retroactief was gebeurd.
6. Betaalde goodwill op acquisities door het bank- en verzekeringsbedrijf vanaf 1999 tot eind 2001 is onmiddellijk volledig in mindering van het eigen vermogen gebracht. De ROE op basis van een activering van de goodwill en afschrijving ervan over 20 jaar zou 8,8% bedragen voor het eerste halfjaar van 2002 (9,5% voor het eerste halfjaar van 2001)

STRATEGISCHE ONTWIKKELINGEN TIJDENS DE EERSTE JAARHELFT VAN 2002

KBC


* In België verloopt de realisatie van de fusie volgens plan. Het aantal bankkantoren is sinds de start verminderd met 430. De IT-integratie van de cliëntenrekeningen is voor 81% voltooid. De geplande vermindering met 1.650 personeelsleden tegen 2004 is reeds voor één derde gerealiseerd. Het bankverzekeringsconcept blijft succesvol. Tegenover eind 2001 steeg de cross-sellingratio nog met 1,5 procentpunt tot bijna 37%. Bovendien is meer dan 90% van het premievolume Leven gerealiseerd via het banknetwerk tegenover 84% eind 2001. Deze goede cijfers moeten onder meer gerelateerd worden aan de zeer succesvolle verkoop van de tak-21-producten.


* In Centraal-Europa werd 655 miljoen EUR bijkomend geïnvesteerd. Zo werd een bijkomend belang verworven in Kredyt Bank (Polen) waardoor de participatie thans 76,46% bedraagt, verwierf ?SOB 100% van de aandelen van IPB Pojist'ovna, de vierde grootste verzekeraar in Tsjechië en werd een overeenkomst ondertekend tot verwerving van een 34% belang in de Sloveense Nova Ljubljanska Banka (NLB). NLB is marktleider in Slovenië met een marktaandeel van ongeveer 45% en telt ongeveer 1.000.000 cliënten. Onlangs verwierf KBC de volledige controle over ERGO, een Slovaakse verzekeraar met een marktaandeel van respectievelijk 4% en
1,5% voor leven en niet-leven.


KBL


* Na de acquisities in 2001 in Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en Italië verwierf KBL in de loop van het eerste halfjaar van 2002 de activiteiten van privaat bankieren van WestLB in Duitsland en werd de vermogensbeheerder Michaux Gestion in Frankrijk verworven. Er werd tevens een principeakkoord ondertekend voor de overname van een 75% belang in de Italiaanse Banca Leonardo. In Zwitserland werden de minderheidsbelangen in KBS Lugano overgenomen om vervolgens KB Suisse Genève en KBS Lugano te fuseren. Ook het minderheidsaandeel van 17,5% in BLP te Lausanne werd overgenomen.

Gevaert


* In het voorjaar bracht Almanij een succesvol openbaar bod uit op de Gevaert-aandelen welke nog niet in haar bezit waren; vervolgens werd de notering van het aandeel Gevaert geschrapt.


* Agfa-Gevaert, dat per einde juni 51% van de totale activa van Gevaert vertegenwoordigt, kon in het eerste semester de ommekeer bevestigen. Het bedrijfsresultaat vóór herstructurering steeg met 51% in vergelijking met dezelfde periode in 2001. De return op de omzet overschrijdt daarmee 10%. De nettowinst verdubbelde en de doelstellingen inzake de vermindering van het bedrijfskapitaal werden overtroffen. De omzet van de 'nieuwe digitale oplossingen' vertoonden opnieuw een sterke groei. Sinds de succesvolle herplaatsing in de loop van het tweede kwartaal van het 30%-belang van Bayer in Agfa-Gevaert is Gevaert de voornaamste referentie-aandeelhouder geworden.

Almafin


* In de afgelopen periode verhoogde Almafin haar belang in City Hotels tot 85,52 %.


* In mei bereikte Almafin een samenwerkingsovereenkomst met Touax voor de internationale ontwikkeling van de verhuur van spoorwagons.

FINANCIELE ONTWIKKELINGEN IN HET BANKBEDRIJF

Eerste jaarhelft van 2002

Een positieve ontwikkeling van de opbrengsten met vooral een toename van de rente-inkomsten en de overige opbrengsten, en een gunstige evolutie van de kosten dankzij een strikte kostenbeheersing en de positieve effecten van de in 2001 gelanceerde besparingsplannen, hebben geleid tot een substantiële verbetering van het exploitatieresultaat met 33,3%. Anderzijds bleven de voorzieningen op kredieten relatief op een hoog niveau hoewel toch lager dan in het vorige kwartaal en merkelijk lager dan de piek opgetekend in het vierde kwartaal 2001, en dienden belangrijke waardecorrecties geboekt te worden op de beleggingsportefeuille.

Bovendien werden in de eerste helft van 2002 lagere uitzonderlijke resultaten geboekt dan in de overeenkomstige periode vorig jaar toen een meerwaarde van 80,7 miljoen EUR op het Telenet-dossier in rekening werd gebracht, en stegen de belastingen met 47,5%.

Deze ontwikkelingen resulteerden in een vermindering van de nettowinst met 1,6%.

Het bankbedrijf draagt 334 miljoen EUR, of 78,9%, bij tot de nettogroepswinst van Almanij tegenover 339 miljoen EUR (-1,6%) in de eerste jaarhelft van 2001.

Tweede kwartaal 2002

In vergelijking met het tweede kwartaal van 2001 kon het bankbedrijf een uitstekend resultaat voorleggen. Het exploitatieresultaat nam toe met 78%. Hogere waardecorrecties op kredieten en beleggingseffecten en hogere belastingen resulteerden evenwel in een lagere toename van de nettowinst met 25,4%.

Overzicht

De bijdrage van de twee banken in het resultaat van het bankbedrijf evolueerde als volgt:

In miljoenen EUR          1H 01   1H 02      %

KBC Bank 300 286 -4,5

KBL 39 48 +21,5

Totaal 339 334 -1,6

Bij de evolutie van de winstbijdrage van KBL dient rekening gehouden te worden met de toename van het belang van Almanij in KBL met 9,11% tegenover 30 juni 2001 en met de verrekening van de bijdrage van de herverzekeraars van de KBL groep. Deze elementen verklaren respectievelijk 11,4 procentpunten en 6,8 procentpunten van de winststijging.

De voornaamste wijzigingen in de consolidatiekring tegenover de eerste helft van 2001 bij KBC Bank betreffen de verhoging van de deelneming in Kredyt Bank (Polen) waardoor vanaf het vierde kwartaal van 2001 de consolidatiemethode wijzigde van vermogensmutatie naar integrale consolidatie, en de fusie vanaf het derde kwartaal van 2001 van K&H Bank met ABN Amro Magyar. Deze wijzigingen resulteren in een toename van de afzonderlijke resultaatscomponenten maar hebben eerder een geringe impact op de nettowinstbijdrage door deze vennootschappen.

De voornaamste wijzigingen bij KBL sinds 30 juni 2001 betreffen de verhoging van het belang in Banco Urquijo en diverse acquisities in activiteiten van effectenhandel, vermogens- en portefeuillebeheer.

Een gedetailleerde vergelijking van de consolidatiekring is terug te vinden in bijlage.

Bruto-opbrengsten

De totale bedrijfsopbrengsten van de eerste zes maanden van 2002 bedragen 3.272 miljoen EUR en zijn daarmee 18,3% hoger dan in de overeenkomstige periode vorig jaar. Bij KBC stegen de totale bedrijfsinkomsten met 20%. Ongeveer de helft van deze stijging komt op rekening van de uitbreiding van de perimeter. Bij KBL stegen de totale opbrengsten met 4,5%.

Nettorente-inkomsten

Deze inkomsten, die 51% uitmaken van de totale opbrengsten, nemen toe met 25,2% tegenover de eerste zes maanden van 2001.

Bij KBC bedraagt de groei 28%, voor drie vierden toe te wijzen aan Centraal-Europa (wijziging consolidatiemethode Kredyt Bank (Polen), positieve valutaschommelingen van vnl. de Tsjechische munt en een eenmalige boeking naar aanleiding van de definitieve waardering van de kredietportefeuille van IPB).

Daarnaast stegen de opbrengsten van renteproducten in de dealingrooms bij KBC Bank NV. De rentemarge bij KBC Bank in België daalde tot nipt onder de 200 basispunten.

Bij KBL stegen de rente-inkomsten met 4,6%. Deze groei werd afgeremd door de financieringskosten van de recente acquisities.

Wisselbedrijf en trading

De netto-opbrengsten uit het wisselbedrijf en trading handhaven zich op het niveau van vorig jaar. Enerzijds was er een toename door de integrale consolidatie van Kredyt Bank (Polen). Anderzijds bleven de inkomsten van de dochtervennootschappen gespecialiseerd in aandelenhandel onder druk door de slechte marktomstandigheden.

De opbrengsten gerealiseerd in het tweede kwartaal groeiden wel met 22,9% tegenover het (zwakke) tweede kwartaal van 2001.

Gerealiseerde meerwaarden

De netto gerealiseerde meer- en minderwaarden op beleggingseffecten bedragen 110 miljoen EUR, ongeveer 10% meer dan in de eerste zes maanden van 2001. De meerwaarden gerealiseerd door KBC (100 miljoen EUR) handhaven zich op het niveau van de eerste zes maanden van 2001. Deze meerwaarden werden voornamelijk gerealiseerd in het eerste kwartaal van 2002 hoofdzakelijk door de verkoop van vastrentende effecten.

In de eerste zes maanden van 2002 realiseerde KBL 10 miljoen EUR aan meerwaarden tegenover slechts 1 miljoen EUR in de eerste jaarhelft van 2001.

Nettoprovisie-inkomsten

Deze bedragen 754 miljoen EUR in de eerste zes maanden van 2002 en stijgen met 10,4% tegenover de referentieperiode. De ontwikkeling van deze post over die periode is positief beïnvloed door de wijzigingen in de consolidatiekring.

De aanhoudende zwakke aandelenmarkten hebben een negatieve impact op de ontwikkeling van de provisies uit effecten en vermogensbeheer. De nettoprovisies gerealiseerd in het tweede kwartaal van 2002 zijn dan ook lager dan in de twee voorgaande kwartalen. Tegenover het zeer zwakke tweede kwartaal van 2001 stegen de provisies evenwel met 31,1%.

Ondanks het moeilijke beursklimaat daalden de activa onder beheer bij KBC slechts met 2,7% en bedroegen aldus 66,1 miljard EUR per einde juni 2002. De collectieve beleggingsfondsen vertegenwoordigen hierin 40,2 miljard EUR en dalen met 4,4% tegenover de toestand eind 2001. Deze daling is de resultante van een volumegroei met 3,5% en een waardedaling van de fondsen met gemiddeld 7,9%.

Overige bedrijfsopbrengsten

De toename van deze post met 37,3% is vooral het gevolg van de uitbreiding van de perimeter, van de groei van de leasingactiviteiten en van een (eenmalige) vergoeding uit een effectiseringsoperatie.

Bedrijfskosten

In de eerste zes maanden van 2002 stijgen de bedrijfskosten met 12,1% tot 2.189 miljoen EUR.

De toename bij KBC bedroeg 13% en komt bijna uitsluitend op rekening van de expansie in Centraal-Europa. Autonoom stegen de kosten met 1%. Bij KBC Bank NV (niet geconsolideerd) daalden de kosten in de eerste helft van 2002 met 8% tegenover de eerste helft van 2001.

Ook KBL slaagde erin de kosten te beheersen: zo daalden tijdens de eerste jaarhelft de kosten op autonome basis met 4,1%.

De globale kostendruk evolueerde gunstig van 70,6% in de eerste zes maanden van 2001 en van 70,7% over gans 2001 naar 66,9% in het eerste halfjaar van 2002.

Voor het tweede kwartaal van 2002 bedragen de algemene kosten 1.122 miljoen EUR. Dit is 5,2% meer dan in het vorige kwartaal, maar 7,4% minder dan in het vierde kwartaal van 2001.

Het is belangrijk te noteren dat de personeelskosten bij KBC Bank (België) in het tweede kwartaal 2002 met 6% zijn gedaald tegenover het eerste kwartaal van 2002.

Waardecorrecties & voorzieningen 

In miljoenen EUR 1H 01 1H 02 %

Waardecorrecties kredieten 92 183

Waardecorrecties effecten 21 64

Voorzieningen andere risico's en 1 14 kosten

Nettodotatie FAB 10 0

Totaal 124 261 110,8

Waardecorrecties op kredieten

In de eerste zes maanden van 2002 bedragen de waardecorrecties op kredieten 183 miljoen EUR, ongeveer het dubbele van de overeenkomstige periode van vorig jaar. Die van het tweede kwartaal 2002 bedroegen 82 miljoen EUR, iets lager dan die van het eerste kwartaal (101 miljoen EUR), doch merkelijk lager dan die van het (zeer slechte) vierde kwartaal van 2001 (200 miljoen EUR).

Bij KBC evolueerden de voorzieningen voor kredieten van 82 miljoen EUR voor de eerste jaarhelft van 2001 naar 174 miljoen EUR in 2002. Deze evolutie is uiteraard beïnvloed door de wereldwijde moeilijke economische toestand, maar ook Polen in het bijzonder maakt moeilijke tijden door. De evolutie van deze post werd eveneens beïnvloed door een lagere nettoterugname van voorzieningen bij ?SOB in 2002.

Eind juni bedraagt de non-performing ratio 2,9%, dit is 0,1 procentpunt hoger dan per einde 2001. Deze kredieten zijn voor ongeveer 60% gedekt door specifieke voorzieningen.

In het afgelopen eerste halfjaar doteerde KBL 10 miljoen EUR aan de voorziening voor kredietrisico's. Het betreft hier grotendeels een niet toegewezen voorzichtigheidsvoorziening.

Waardecorrecties op effecten

Door de toestand op de beurzen dienden waardecorrecties voor een bedrag van 64 miljoen EUR geboekt te worden, merkelijk meer dan per einde juni 2001 (21 miljoen EUR). Die (niet-gerealiseerde) waardeverminderingen hebben bijna uitsluitend betrekking op de aandelenportefeuille.

Voorzieningen voor andere risico's en kosten

In het eerste halfjaar van 2002 voegde KBC een bedrag van 13 miljoen EUR toe aan de overige voorzieningen vooral met betrekking tot de aangekondigde herstructureringen.

Uitzonderlijke resultaten

In de eerste helft van 2002 werden uitzonderlijke resultaten gerealiseerd van 50 miljoen EUR (vnl. meerwaarde op verkoop van de deelneming in de moederholding van Clearstream International) tegenover 102 miljoen EUR in de eerste zes maanden van 2001 (waaronder een meerwaarde van 80,7 miljoen EUR op de Telenet-verrichting).

Belastingen

De belastingen nemen in de eerste jaarhelft van 2002 toe met 47,5% en de effectieve belastingdruk evolueert van 23,2% in de eerste jaarhelft van 2001 naar 31,2% in 2002. Deze toename is te verklaren door de wijziging in de samenstelling van de belastbare winst: lagere (belastingvrije) meerwaarden en hogere (niet-aftrekbare) waardeverminderingen.

Balans en solvabiliteit

Tegenover eind 2001 dalen de totale activa met 1,6% tot 241,6 miljard EUR. Die daling wordt vooral verklaard door het afstoten van de probleemkredieten van de voormalige IPB Bank die onder de overige activa geboekt stonden.

Eind juni 2002 bedraagt de kredietverlening aan de cliënteel 93,9 miljard EUR, een toename met 1,9% tegenover eind 2001. Deze volumegroei werd verwezenlijkt in de buitenlandse branches van KBC Bank en bij ?SOB. De kredietverlening in België daalde met 2% doch de marktaandelen bleven er stabiel.

Eind juni 2002 bedroegen de totale cliëntenwerkmiddelen (tegoeden en uitgegeven schuldbewijzen) 148,1 miljard EUR, een lichte stijging met 0,7% tegenover het niveau van eind 2001. De cliëntentegoeden daalden evenwel met 2,4%. Bij KBC bedroeg die daling 2,2% en deed zich vooral voor bij de kortetermijndeposito's bij de buitenlandse branches van KBC Bank. In België bleven de tegoeden stabiel en die toestand moet gezien worden in samenhang met de hoge productie van de levenproducten. Bij KBL bedroeg de daling 5,5%.

De effectenportefeuille bedraagt per einde juni 77,4 miljard EUR, een toename met 5,8% tegenover eind 2001. Eind juni 2002 bedragen de niet-gerealiseerde meerwaarden op de effectenportefeuille 922 miljoen EUR, waarvan 356,6 miljoen EUR op aandelen.

De solvabiliteit blijft uitstekend. De Tier-1 ratio voor KBC en KBL bedraagt respectievelijk 8,8% en 7,7%. De CAD-ratio voor KBC en KBL bedraagt respectievelijk 14,7% en 11,9%. Deze ratio's situeren zich ongeveer op het niveau van eind 2001.

FINANCIELE ONTWIKKELINGEN IN HET VERZEKERINGSBEDRIJF

Een sterke toename van de premies in klassieke levenproducten (de zogenaamde tak-21-producten die een minimum rente garanderen), een naar omstandigheden goede verkoop van tak-23-producten en een voortdurende sterke technische performantie van het schadebedrijf - de gecombineerde ratio daalt tot beneden 100% - resulteerden in een toename van het recurrent exploitatieresultaat met 5% tegenover dezelfde periode vorig jaar.

Het verzekeringsbedrijf draagt 123 miljoen EUR, of 29,1%, bij tot de nettogroepswinst van Almanij, tegenover 114 miljoen EUR (+7,7%) in de eerste jaarhelft van 2001.

Overzicht

Kenmerkend voor het eerste halfjaar van 2002 is de opvallende groei van de netto verdiende premies met 39,7%. Deze groei was opmerkelijk bij de klassieke levenproducten (tak-21-producten), vooral de koopsommen, doch ook de verkoop van de tak-23-producten kon behoorlijk standhouden ondanks de beursmalaise.

Door de toename van de premies stegen eveneens de technische lasten (+40,2%) tegenover de eerste zes maanden van 2001.

De beleggingsopbrengsten kenden per saldo een stabiel verloop.

Door de toestand op de aandelenmarkten diende KBC Verzekeringen 174 miljoen EUR niet-gerealiseerde waardeverminderingen op de aandelenportefeuille te boeken per 30 juni 2002. Deze waardecorrecties werden evenwel geneutraliseerd door een terugneming voor hetzelfde bedrag uit de voorziening voor financiële risico's die juist tot doel heeft dergelijke marktrisico's op te vangen.

De positieve ontwikkeling van het resultaat van vennootschappen waarop vermogensmutatie wordt toegepast, is toe te schrijven aan de betere resultaten van de Poolse verzekeraar Warta en de lichte bijdrage van IPB Pojist'ovna die voor de eerste maal werd geconsolideerd.

Recurrent resultaat schadebedrijf

In de meeste takken van het schadebedrijf lijkt een einde gekomen aan de periode van premiedalingen.

In de eerste jaarhelft van 2002 namen de netto verdiende premies toe met 7% tegenover de overeenkomstige periode van 2001. Deze groei werd zowel in België (+5%) als in Centraal-Europa (+54%) gerealiseerd. Ook de herverzekering groeide met 4%.

In de voorbije periode kon het schadebedrijf bij voortduur een uitstekende technische prestatie neerzetten.

De nettoschaderatio daalde van 71,9% in het eerste halfjaar van 2001 tot 67,5% in de eerste helft van dit jaar. Dat is een verbetering met 4,4 procentpunten. Ook de kostenratio verbeterde licht met een half procentpunt en bedroeg 31,7% voor de eerste helft van 2002.

Tegenover de eerste zes maanden van 2001 daalt de gecombineerde ratio (som van de nettoschaderatio en de nettokostenratio) derhalve met 4,9 procentpunten tot 99,2% en overtreft daarmee in ruime mate de doelstelling van 103%.

Het schadebedrijf kon de eerste jaarhelft van 2002 dan ook afsluiten met een uitstekend exploitatieresultaat van 75 miljoen EUR tegenover 45 miljoen EUR voor de eerste jaarhelft van 2001. Dat is een toename van 68%.

Recurrent resultaat levenbedrijf

Ook in het tweede kwartaal van 2002 werd een sterke verkoop van de klassieke levenproducten opgetekend die nog toenam met 37% tegenover het eerste kwartaal van 2002. Het negatieve beursklimaat drijft de beleggers naar producten met een gegarandeerde rente en winstdeling. In de eerste helft van 2002 bereikte het premie-incasso van de tak-21-producten dan ook het zeer hoge niveau van 799 miljoen EUR, ruim het viervoudige van de verdiende premies in de eerste helft van 2001.

Ondanks de malaise op de beurzen hield de verkoop van de tak-23-producten, dit zijn beleggingsgerelateerde verzekeringen, behoorlijk stand in de eerste helft van dit jaar. Het premie-incasso bedroeg in deze periode 605 miljoen EUR, slechts 14,8% minder dan in de eerste jaarhelft van 2001.

In totaal namen de nettopremies leven in de eerste jaarhelft van 2002 toe met 54%.

De toename van de beheerskosten met 19,5% is het gevolg van de hogere acquisitiekosten als gevolg van de sterke premiegroei.

Het levenbedrijf sluit met een exploitatieresultaat van 93 miljoen EUR en blijft daarmee op het niveau van de overeenkomstige periode van 2001.

Recurrent niet-technisch resultaat

Het niet-technisch resultaat bedraagt 31 miljoen EUR, 21 miljoen EUR lager dan in de eerste jaarhelft van 2001 dat positief werd beïnvloed door aanzienlijke niet-gerealiseerde wisselkoersverschillen op de beleggingsportefeuille.

Niet-recurrent en uitzonderlijk resultaat 

In miljoenen EUR 1H 01 1H 02 %

Gerealiseerde meerwaarden op aandelen 70 23 -67

Voorziening voor financiële risico's -57 -30 -47

13 -7 -

Voor het eerste halfjaar van 2002 bedraagt het niet-recurrent resultaat -7 miljoen EUR. Het bestaat uit niet-recurrente meerwaarden van 23 miljoen EUR en uit een toevoeging van 30 miljoen EUR aan de voorziening voor financiële risico's die als een niet-recurrente kost wordt beschouwd.

De niet-recurrente meerwaarden bevatten het surplus van de reële opbrengst boven de genormaliseerde opbrengst van de aandelenportefeuille. Deze genormaliseerde opbrengst - dividendrendement inbegrepen - bedroeg 8,87% voor het eerste halfjaar van 2002 tegenover 7,36% einde juni 2001.

Belastingen

De lage belastingen ten bedrage van 9 miljoen EUR voor de eerste zes maanden van 2002 worden verklaard door de fiscaal aftrekbare waardecorrecties op vastrentende effecten. Het eerste halfjaar van 2001 werd bovendien negatief beïnvloed door belastingen met betrekking tot voorgaande jaren.

Balans en solvabiliteit

Tegenover eind 2001 nemen de totale activa toe met 5,9% tot 13.323 miljoen EUR.

De beleggingen nemen toe met 4,7% tot 12.144 miljoen EUR. De latente niet-gerealiseerde meerwaarden nemen af met 39% tot 493 miljoen EUR.

De technische voorzieningen nemen toe met 7,7% tot 11.109 miljoen EUR, vooral die van het levenbedrijf als gevolg van het sterk toegenomen premievolume.

De voorziening voor financiële risico's daalt met 144 miljoen EUR waardoor per 30 juni 2002 het saldo nog 13 miljoen EUR bedraagt. Deze mutatie is het gevolg van enerzijds een onttrekking via het recurrent resultaat met 174 miljoen EUR ter compensatie van geboekte waardeverminderingen op de aandelenportefeuille en anderzijds een bijkomende dotatie via het niet-recurrent resultaat van 30 miljoen EUR.

De expliciete solvabiliteitsratio stijgt nog verder met 7 procentpunten van 318% einde 2001 naar 325% eind juni 2002. Het overeenkomstige solvabiliteitssurplus bereikt hierdoor 1.010 miljoen EUR.

FINANCIELE ONTWIKKELINGEN BIJ DE INVESTERINGSVENNOOTSCHAP GEVAERT

De ommekeer in de resultaten van Agfa-Gevaert, met een verdubbeling van de nettowinst, de toestand op de financiële markten waardoor meerwaarden uitbleven en waardecorrecties dienden geboekt te worden, en de specifieke gebeurtenissen bij Holzmann waardoor de boekwaarde op nul diende gebracht te worden, hebben de resultaten van de eerste helft van 2002 bepaald.

Het investeringsbedrijf levert een negatieve bijdrage van 19 miljoen EUR tot de nettogroepswinst van Almanij, tegenover een positieve bijdrage van 17 miljoen EUR in de eerste helft van 2001.

Deze resultaatsontwikkeling verklaart een daling van 8,3 procentpunten van de totale winst van Almanij. De voornaamste indicator voor de waardering van een investeringsvennootschap is evenwel de intrinsieke waarde en deze nam toe met 9,2% tegen eind 2001.

Overzicht

In de eerste helft van het jaar realiseerde Gevaert een exploitatieresultaat van 29 miljoen EUR tegenover 35 miljoen EUR in de eerste helft van vorig jaar. Deze evolutie werd evenwel beïnvloed door twee tegengestelde ontwikkelingen. Enerzijds werden geen meerwaarden gerealiseerd vermits het beursklimaat zich hiertoe niet leende. Anderzijds stegen de resultaten uit deelnemingen waarop vermogensmutatie wordt toegepast. Met name het aandeel in het resultaat van Agfa-Gevaert vóór herstructureringskosten, steeg van 8,8 miljoen EUR in de eerste zes maanden van 2001 naar 24,0 miljoen EUR in de eerste zes maanden van 2002. Amper 12 maanden na het lanceren van het Horizon-plan is het aandeel in het courant resultaat van Agfa-Gevaert al hoger dan de afschrijving van goodwill (13,3 miljoen EUR) plus het aandeel in de herstructureringskosten (9 miljoen EUR). Vanaf 2003 vallen de herstructureringskosten weg, terwijl de effecten van het Horizon-plan met bijkomende besparingen en de efficiëntieverhoging zouden moeten leiden tot verdere verbetering van het bedrijfsresultaat.

Door de recente marktontwikkelingen werden voorzichtigheidshalve waardeverminderingen geboekt voor 18 miljoen EUR op deelnemingen in venture capital fondsen, deelnemingen in technologiebedrijven en geldbeleggingen in "blue chips".

Het uitzonderlijk resultaat voor de eerste zes maanden bevat voornamelijk de in het eerste kwartaal verrichte volledige afboeking van de aandelen Philipp Holzmann. Per einde 2001 stonden deze nog gewaardeerd aan 5 EUR per aandeel.

Geschatte waarde

De geschatte waarde evolueerde in gunstige zin. Op 30 juni bedroeg de waarde per aandeel Gevaert 49,04 EUR, ruim 9,2% boven de waarde op 31 december 2001. Op 2 september, na zeer turbulente financiële markten, bedraagt de intrinsieke waarde nog 47,11 EUR per aandeel Gevaert of bijna 5% boven de waarde op 31 december 2001. Dit is zeer ruim boven de prestaties van de relevante beursindexen.

FINANCIELE ONTWIKKELINGEN BIJ ALMAFIN EN DE EIGEN HOLDINGACTIVITEITEN

De ontwikkeling van deze activiteiten is negatief beïnvloed door verliezen van City Hotels.

Deze activiteiten dragen in totaal -15,3 miljoen EUR bij tot de nettogroepswinst van Almanij tegenover -20,4 miljoen EUR in de eerste helft van 2001.

Bijdrage van de verschillende vennootschappen

In miljoenen       1H 01       1H 02         % 
EUR

Almafin 0,5 -9,8

Almanij -2,2 -3,3

KBC Holding -18,7 -2,6

Kredietcorp - 0,4

Totaal -20,4 -15,3 -25,1
Almafin

Almafin levert een negatieve bijdrage van 9,8 miljoen EUR en dit is uitsluitend toe te schrijven aan de

negatieve resultaten van City Hotels (10,8 miljoen EUR, waaronder een eenmalige en uitzonderlijke afschrijving van 6 miljoen EUR op de Amerikaanse activa). Bovendien steeg het belang van Almafin in City Hotels van 33,8% naar 85,5%. De samenwerking met Touax heeft reeds kort na de start een positieve bijdrage tot het resultaat geleverd. Door de huidige marktomstandigheden worden realisaties van het vastgoed uitgesteld.

Eind juni 2002 bedraagt de totale portefeuille 750 miljoen EUR, waarvan 381 miljoen EUR vastgoed, 211 miljoen EUR vrije tijd en 158 miljoen EUR hotels.

KBC Holding

De bijdrage van KBC Holding is merkelijk minder negatief, onder meer door de afbouw van de externe financiering, de daling van de interestlasten en enkele technische aanpassingen (2,4 miljoen EUR) .

EIGEN VERMOGEN

Tegenover eind december 2001 is het eigen vermogen toegenomen met 436,9 miljoen EUR tot 7.480,6 miljoen EUR.

Deze toename wordt bijna volledig verklaard door het resultaat van de eerste jaarhelft van 2002 ten belope van 423 miljoen EUR. Ter herinnering vermelden we dat de derogatie verleend door de Commissie voor het Bank- en Financiewezen om goodwill op acquisities rechtstreeks in mindering te brengen van het eigen vermogen, verviel op 31 december 2001. Goodwill op verwervingen vanaf 1 januari 2002 wordt dus voortaan geactiveerd en afgeschreven over 20 jaar.

WINSTVOORUITZICHTEN VOOR HET LOPENDE JAAR 2002

Tijdens de eerste zes maanden van 2002 was er een duidelijke verbetering van het exploitatieresultaat in de drie activiteitsgebieden. Anderzijds dienden belangrijke waardecorrecties geboekt te worden op kredieten en effecten.

Voor de tweede helft van het jaar blijft er evenwel onzekerheid omtrent de omvang van de economische herleving en de opvering van de financiële markten en hun impact op de beleggingsresultaten en de waardecorrecties. Na 30 juni gingen trouwens de aandelenkoersen fors onderuit.

Anderzijds zullen de implementatie van de strategische expansie en de genomen kostenmaatregelen geleidelijk grotere positieve effecten genereren.

In deze context verwacht het management van KBC dat het resultaat voor 2002 vergelijkbaar zal zijn met dat van 2001. KBL verwacht dat de positieve winstontwikkeling tijdens de eerste jaarhelft van 2002 verdergezet wordt in de tweede jaarhelft. Agfa-Gevaert, het voornaamste actief van Gevaert, verwacht zelfs, zonder een duurzame opleving van de economie, een verdere verbetering van de resultaten voor de tweede helft van het jaar en voor 2003.

Op basis van voornoemde gegevens en onder voorbehoud dat de economische omstandigheden en de financiële markten niet verder verslechteren, verwacht de Raad van Bestuur dat de groepswinst van Almanij voor gans 2002 vergelijkbaar tot licht beter zal zijn dan deze van 2001. Voor 2001 bedroeg de totale winst 690 miljoen EUR of 3,52 EUR per aandeel.

ACTIVITEITSONTWIKKELING ALMANIJ NV ( vennootschappelijk)

Kerncijfers

Het courant bedrijfsresultaat neemt toe met 11% als gevolg van de stijging van de dividendinkomsten die globaal toenemen met 8,8% en als gevolg van het uitblijven van een aantal eenmalige financiële kosten die wel voorkwamen in de vorige periode. In de voorbije zes maanden werden geen meerwaarden gerealiseerd. Het resultaat uit kapitaalverrichtingen in de vorige periode betrof de meerwaarde op de verkoop van de deelneming in Investco.

Eind juni 2002 bedragen de totale activa 4.061 miljoen EUR, een toename met 7,2%. In de voorbije zes maanden werd voor 354 miljoen EUR geïnvesteerd in financiële vaste activa. De voornaamste investering betrof de overname van het resterend belang van 21,22% in Gevaert voor een bedrag van 263 miljoen EUR. Daartoe bracht Almanij een openbaar bod uit gevolgd door een uitkoopbod. Verder werden 789.751 gewone KBL-aandelen verworven voor een globaal bedrag van 88 miljoen EUR. Deze aankopen werden voor een gedeelte gefinancierd met beschikbare gelden op termijndeposito's waardoor de post geldbeleggingen en overige verminderde met 82 miljoen EUR.

De financiële schulden stegen met 154 miljoen EUR vooral door de uitgifte van schuldbewijzen (commercial paper) voor in totaal 146 miljoen EUR.

De daling van de overige schulden met 268 miljoen EUR is het gevolg van de betaling van de dividenden en tantièmes met betrekking tot het boekjaar 2001.

TOESTAND VAN DE PORTEFEUILLE PER 30 JUNI 2002 EN GESCHATTE WAARDE VAN HET NETTOACTIEF

Onderstaande tabel bevat de portefeuille van Almanij NV. De deelneming van 100% in Kredietcorp is opgesplitst in haar samenstellende componenten, met name Almanij-aandelen, KBL-aandelen en overige nettoactiva.

Tabellen niet goed converteerbaar. Zie het origineel http://www.euronext.com/extra...nij11092002nl.htm .

Aangehouden Deel Waardering

aantal van het totaal per 30.06.02

(in %) (in miljoenen

EUR)

KBC Bankverzekeringsholding 204.984.572 67,90 (1) 8.394,1

KBC ATO's (2) 1.750.000 15,70 71,7

KBL gewone aandelen 12.211.652 (3) 66,54 (4) 1.465,4

KBL preferente aandelen 51.460 2,61 (4) 4,7

Gevaert 25.779.600 100,00 1.264,2

Almafin 171.221 99,99 74,5

Irish Life 5.947.794 2,17 87,1

Ardatis 61.713 18,38 2,6

Eigen aandelen 229.778 0,12 (5) 9,5

Overige nettoactiva (6) -292,4

Geraamde waarde 11.081,4

Geraamde waarde per aandeel 56,59

Beurskoers 41,15

Disagio 27,28%


1. De deelneming van Almanij in het kapitaal van KBC Holding na volledige conversie van alle uitstaande ATO's bedraagt 66,04%


2. Het aantal opgegeven aandelen is het aantal aandelen na conversie


3. Hiervan zijn 10.873.675 aandelen rechtstreeks aangehouden door Almanij en 1.337.977 onrechtstreeks via Kredietcorp


4. Het aandeel van Almanij en Kredietcorp in het totale kapitaal van KBL bedraagt 60,32%. Het aandeel van de totale groep in KBL, dus met inbegrip van de belangen aangehouden door Gevaert en KBC Verzekeringen, bedraagt 67,13%. De overeenstemmende totale stemrechten in KBL bedragen 73,8%


5. Hiervan zijn 19.832 aandelen rechtstreeks aangehouden door Almanij en 209.946 aangehouden door Kredietcorp


6. De overige nettoactiva bevatten enkele kleinere deelnemingen alsook de overige vlottende activa en de uitstaande schulden van Almanij en Kredietcorp. Deze bedragen in totaal -292 miljoen EUR

De geschatte waarde van het nettoactief van Almanij per 30 juni 2002 bedraagt 11,1 miljard EUR of 56,59 EUR per aandeel. Hierin zijn de genoteerde deelnemingen opgenomen aan hun beurskoers. De niet-genoteerde deelnemingen, met name Almafin en Ardatis, zijn opgenomen op basis van de geraamde waarde.

VERSLAG VAN HET COLLEGE VAN COMMISSARISSEN

"Wij zijn overgegaan tot een beperkt nazicht van de tussentijdse geconsolideerde financiële informatie van Almanij NV per 30 juni 2002, met een balanstotaal van 256.054 miljoen EUR en een aandeel van de Groep in de winst over de periode van 423 miljoen EUR.

Ons nazicht werd uitgevoerd in overeenstemming met de controle-aanbeveling van het Instituut der Bedrijfsrevisoren in verband met het beperkt nazicht. Dit nazicht bestond voornamelijk uit de ontleding, de vergelijking en de bespreking van de financiële informatie en was dan ook minder diepgaand dan een volkomen controle van de geconsolideerde jaarrekening.

Bij dit nazicht zijn geen gegevens aan het licht gekomen die aanleiding zouden geven tot belangrijke aanpassingen aan de tussentijdse geconsolideerde financiële informatie".

Brussel, 5 september 2002

ERNST&YOUNG Bedrijfsrevisoren BCV KPMG Bedrijfsrevisoren BCV

vertegenwoordigd door vertegenwoordigd door

J.P. Romont P.P. Berger

Vennoot Vennoot

D. Vermaelen L. Van Couter

Vennoot Vennoot

FINANCIELE KALENDER 2002

Bekendmaking halfjaarresultaten 2002 10 september 2002

Analistenvergadering Londen 13 september 2002

Analistenvergadering Parijs 17 september 2002

Road show New York en Boston 7&8 oktober 2002

Bekendmaking resultaten 3e kwartaal 2002 3 december 2002

INLICHTINGEN

Dit persbericht staat ook in het Engels en het Frans op de Almanij-website: www.almanij.be.