Gemeente Enschede

B. en W.-bericht 2002- 35

Collegevergadering van dinsdag 10 september 2002

Tegenvaller bij restauratie Synagoge

Er is extra geld nodig voor de restauratie van de befaamde Enschedese synagoge. De restauratie van dit rijksmonument is in volle gang maar een verrotte kapconstructie van de grote koepel vormt een tegenslag. De noodzakelijke extra bijdrage moet komen uit het provinciale restauratie-uitvoeringsprogramma waarin ook de gemeente Enschede participeert. Dat blijkt uit de prioriteitenlijst die B&W dinsdag voor dit programma vaststelde. Niet alleen de synagoge, ook de Grote Kerk blijft op de prioriteitenlijst staan. De Grote Kerk heeft aanvullende subsidie nodig omdat de torenspits onder de leien erger verrot bleek te zijn dan kon worden voorzien.
Nieuw op de lijst in de categorie `woonhuizen' zijn de restauratie van Huize Sonnevanck aan het Ariënsplein 2 (de vroegere burgemeesterswoning) en de villa `Zonnebeek'. In de categorie `overige' is de restauratie van het Van Heekpark opgenomen. Intussen blijft een aantal grote restauratiebeurten nog `in de wacht' staan. Het gaat dan om het aanpakken van de Jozefkerk, De Maere, de tuin van Hoge Boekel en het voormalige V&D-pand aan de Korte Hengelosestraat. Deze grote restauraties kunnen niet of slechts ten dele uit de reguliere restauratiebudgetten worden bekostigd. De restauraties worden al wel voorbereid maar er is een beroep nodig op andere fondsen of nieuwe subsidieregelingen.

Preventie-unit en cameratoezicht voor veiligheid uitgaansgebied Er moeten twee extra toezichthouders komen voor de binnenstad, die op uitgaansavonden mensen kunnen aanspreken op ongewenst gedrag. Ook moet er een proef komen met cameratoezicht op de hoek van de Stadsgravenstraat en de Bolwerkstraat. De camera's kunnen helpen bij de opsporing van overtreders en bij het vergroten van het gevoel van veiligheid onder de binnenstadbezoekers.
De extra toezichthouders en de proef met camera's zijn twee voorstellen (uit een reeks) die de 'kwaliteitskring' doet om de veiligheid in het uitgaansgebied van Enschede te vergroten. De kwaliteitskring is een overlegorgaan voor bevordering van de veiligheid in de binnenstad, waarin wordt samengewerkt tussen alle betrokken partijen: horeca, bewoners, OM, politie en gemeente. De verbeteringsvoorstellen zijn in het college van B. en W. besproken en gaan nu in de vorm van discussienota's naar de stadsdeelcommissie Centrum.
De kwaliteitskring is april vorig jaar opgericht. De voorstellen van de kring moeten uiteindelijk worden vastgelegd in een convenant 'veilig uitgaan'. Voor het eind van het jaar wil de regering van alle gemeenten met meer dan 25.000 inwoners zo'n convenant zien. Er is ook (deels) geld voor. Voor het terugdringen van het uitgaansgeweld in de binnenstad heeft Justitie 177.000 beschikbaar gesteld. Een deel daarvan ( 52.000) is al gebruikt voor het aanstellen van een taximanager, die regelend optreedt bij in- en uitstappen, en voor de plaatsing van mobiele toiletunits op zaterdagavond op de Oude Markt. Die units hebben overigens al geleid tot een duidelijke afname van het wildplassen.
Voor het resterende geld is door de kwaliteitskring al ruimschoots bestemming bedacht. De toezichthouders gaan opereren onder de naam 'preventie-unit binnenstad' (PUB). De gemeente betaalt volgens de voorstellen uit de beschikbare justitiegelden het grootste deel van de kosten ( 72.000 per jaar). De taak van de toezichthouders is escalatie voorkomen. Dat doen ze onder meer door goed bekend te raken in de uitgaanswereld en bij te houden wat er speelt.
Zo nodig treden ze op door tot kalmte te manen of mensen aan te spreken.
De PUB-medewerkers hebben geen extra bevoegdheden, maar staan wel in verbinding met andere ordehandhavers.
De kosten van de pilot met cameratoezicht bedragen 50.000 eenmalig en 25.000 per jaar. Minder kostbaar (of opgenomen als 'pm'-post) zijn voorstellen als het afspreken van een deurbeleid in horecaverband, de ontwikkeling van een monitor om de ontwikkeling van de veiligheid in het uitgaansgebied te kunnen volgen, en mogelijke proeven met handdetectors (voor metalen voorwerpen) en met groepsvervoer na sluitingstijd.
De noodzaak voor extra maatregelen blijkt uit een sterke toename van het aantal incidenten in 2001. Vaak gaat het om geweld met letsel (zonder wapen) in de nacht van zaterdag op zondag. Vooral de Oude Markt en de Stadsgravenstraat springen er in negatieve zin uit. Ook zijn er regelmatig incidenten rond de voordeur van horecagelegenheden, die zich soms verplaatsen naar elders.
Andere knelpunten zijn onder meer de locatie van taxistandplaatsen, wildplassen en glas op de grond van horecagelegenheden. De problemen zijn niet altijd even eenvoudig op te lossen. Zo liggen er ingewikkelde problemen als de overlast door verslaafden en zwervers, capaciteitsproblemen bij de politie en dilemma's rond de inzet van cameratoezicht (draagvlak, effectiviteit, privacy). Na discussie in de stadsdeelcommissie Centrum zal het college zich opnieuw buigen over de voorstellen.

College accoord met herstructurering De Laares
Het college van B. en W. gaat accoord met de plannen voor herstructurering van De Laares. De plannen omvatten een ingrijpende vernieuwing van deze stadswijk, waarbij een op te richten private wijkontwikkelingsmaatschappij (WOM) ongeveer de helft van de huidige woningvoorraad in De Laares zal vervangen. Daarnaast komt een deel van de particuliere koopwoningen in De Laares in aanmerking voor woningverbetering. De herstructurering moet een halt toeroepen aan verdere achteruitgang van de wijk en levert een belangrijke bijdrage aan het tegengaan van scheefgroei in de Enschedese woningvoorraad. Na afloop van de herstructurering ontstaat een gedifferentieerde wijk met menging van verschillende woningtypes, prijsklassen en menging van wonen en werken. In totaal wordt er tijdens de gefaseerde uitvoering van de herstructurering (in de periode 2004-2010) voor 86 mln in De Laares geïnvesteerd. De herstructureringsplannen worden op 2 oktober besproken in de stadsdeelcommissie Centrum en gaan vervolgens naar de raad voor besluitvorming in de raadsvergadering van 7 oktober.

De Laares is een oude textielwijk nabij de binnenstad. Na de teloorgang van de textielindustrie ging ook De Laares achteruit. Veel mensen trokken weg. Uit het woonwensenonderzoek, dat in het voorjaar door de Woonbond is uitgevoerd, blijkt dat de huidige bewoners de wijk een gemiddeld rapportcijfer geven van 5,8. Vooral de veiligheid en het voorzieningenniveau in de wijk laten te wensen over. De stadsvernieuwing van de jaren tachtig heeft weinig verandert aan de sociale en economische problemen. Uit het onderzoek blijkt dat het merendeel van de bewoners de problemen onderkennen en de noodzaak zien van herstructurering.

Daarnaast zijn er ook andere geluiden. Veel mensen vinden in De Laares een betaalbare woning, gunstig gelegen ten opzichte van het centrum van Enschede. De Laares is bovendien een wijk waar mensen snel, als noabers, bij elkaar binnenlopen.

De uitdaging van de herstructurering is daarom tweeledig. Enerzijds is er de opgave om scheefheid in de sociaal-economische verhoudingen en de woningvoorraad te bestrijden, om te zorgen voor meer differentiatie in de wijk en voor goede doorstromingsmogelijkheden voor zittende bewoners. Aan de andere kant wordt het proces van herstructurering zodanig uitgevoerd, dat voldoende tijd, faciliteiten en woningen beschikbaar zijn voor goede herhuisvesting van de bewoners van de huizen die gesloopt zullen worden.

De stedenbouwkundige visie voor De Laares is gebaseerd op behoud en versterking van de woonfunctie. Doorgaand verkeer wordt geweerd. De nieuw te bouwen huizen vallen in twee categorieën: straatmilieus en tuinmilieus. De eerste groep bestaat uit woningen die een duidelijke wand langs de straat vormen en vooral uit baksteen worden opgebouwd. De woningen in de categorie tuinmilieu liggen meer verspreid, zijn minder hoog en worden gebouwd met gebruikmaking van meer natuurlijke materialen. Het schoolplein blijft, en er komt een nieuw, centraal gelegen en groen plein. De karakteristieke oost-weststraten in de wijk worden opgewaardeerd tot stedenbouwkundige dragers van De Laares. Er blijft ruimte voor kleinschalige bedrijvigheid en kantoren, detailhandel en werken aan huis. Zittende ondernemers komen bij de herstructurering in aanmerking voor begeleiding. In totaal wordt er in de wijk voor 86 mln geïnvesteerd. De gemeente stelt een krediet beschikbaar van 15,4 mln, dat grotendeels wordt betaald uit stadsvernieuwingsgeld.

De woningvoorraad ondergaat een flinke verandering. Ongeveer de helft van de huidige 800 woningen in de wijk wordt gesloopt. Dit zijn vooral kleine, oudere woningen met veel gebreken. Voor het overgrote deel zijn het goedkope woningen in de sociale-huursector. Voor die 400 te slopen woningen (zo'n 40 zijn al gesloopt) komen er 460 terug: 110 goedkope socialehuurwoningen, 30 goedkope koopwoningen (tot 135.000), 200 middeldure koopwoningen (gemiddeld 175.000) en 120 dure koopwoningen (gemiddeld 260.000). Na afloop van de hele herstructurering bestaat de helft van de woningen in De Laares uit goedkope woningen en de andere helft uit (middel)dure woningen. Momenteel is die verhouding nog 90:10. In de 'nieuwe' Laares staan na de herstructurering ook zo'n 80 gestapelde socialehuurwoningen die geschikt zijn voor senioren. Daarmee wordt invulling gegeven aan de groeiende behoefte aan meer seniorenwoningen. De herstructurering omvat voorts de aanpassing en vernieuwing van nagenoeg de gehele openbare ruimte in de wijk.

Een onderdeel van de herstructurering bestaat uit verbetering van de voorraad aan particuliere koophuizen. Vooral de particuliere koopwoningen in het kerngebied van De Laares zijn voor verbetering vatbaar. De koophuizen aan de rand van het gebied zijn meestal van voldoende tot goede kwaliteit. In totaal wordt er uit stadsvernieuwingsgeld 2,9 mln beschikbaar gesteld, onder meer voor cascoherstel van 82 woningen. Daarnaast wordt nog gestudeerd op maatwerkoplossingen voor verdergaande verbeteringen aan 24 koopwoningen.

De herstructurering krijgt zijn beslag in de periode van 2004 tot 2010 en wordt gefaseerd (in vijf fasen) uitgevoerd. In 2006 worden er rond de 200 woningen van Volion gesloopt. De woningen van Ons Huis blijven merendeels staan tot in elk geval 2010. Totdat er wordt begonnen met de herstructurering (in 2004) is er extra aandacht voor wijkwelzijnsvoorzieningen, voor jongeren in de wijk en voor kwetsbare groepen. Ook op het vlak van de fysieke woonomgeving zal erop worden toegezien, samen met de wijkconciërge, dat de wijk niet verder achteruitgaat.

In het hele proces van herstructurering was en is veel aandacht voor de belangen van zittende bewoners. Met de drie woningcorporaties is afgesproken dat zittende bewoners tijdens de herstructurering voorrang krijgen bij de woningtoewijzing. Daarbij hebben ze keuze uit een ruim bestand: jaarlijks komen er bij de drie woningcorporaties rond de 2.000 woningen vrij. Eén van de beschikbare faciliteiten is een bijdrage in de verhuiskosten van 4.000 voor bewoners van een gezinswoning. De lange looptijd van het plan, de geboden faciliteiten en prioriteit, alsmede de hoge doorstroming in de wijk zullen naar verwachting voldoende soelaas bieden om herhuisvesting op een geleidelijke en soepele manier te kunnen realiseren.

Voor de totale herstructurering is een wijkontwikkelingsmaatschappij (WOM) opgericht. Daarin wordt samengewerkt door de woningcorporaties Domijn, Volion en Ons Huis en door de marktpartijen Amstelland Ontwikkeling en Hegeman-Nijhuis. De WOM wordt verantwoordelijk voor de exploitatie van grond en opstallen en voor de planuitwerking en
-realisatie. De gemeente blijft uiteraard verantwoordelijk voor de ruimtelijke visie (die zal worden uitgewerkt in een bestemmingsplan, dat over enkele maanden in procedure kan worden gebracht), het woningprogramma, begeleiding van particuliere woningverbetering, coördinatie van sociale programma's en de inspraak. Voor de inbreng van de bewoners wordt onder meer intensief samengewerkt met de wijkcommissie.