De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van
uw kenmerk
ons kenmerk
VVA. 2002/2860
datum
13-09-2002
onderwerp
Voortgang I&R
TRC 2002/7591
bijlagen
Geachte Voorzitter,
In vervolg op de voortgangsrapportage over Identificatie en Registratie (I&R) van dieren van 28 februari 2002 (kenmerk VVA. 2002/613), en mede naar aanleiding van het verzoek van de vaste commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en Visserij van 5 september jl. informeer ik u hierbij over de voortgang omtrent I&R. In de laatste voortgangsrapportage heeft de toenmalige minister van LNV u bericht dat het medebewind inzake I&R voor runderen, varkens en schapen & geiten per 1 januari 2002 is beëindigd en dat een groot deel van de ontvlechting van het I&R-systeem voor runderen is gerealiseerd. Met betrekking tot de nieuwbouw is melding gemaakt van een lopend harmonisatieonderzoek. Inmiddels is de ontvlechting van het I&R-systeem voor runderen volledig afgerond en is de ontvlechting van de I&R-systemen voor de andere diersoorten flink gevorderd. Het harmonisatieonderzoek ten behoeve van de nieuwbouw van het I&R-stelsel is in maart jl. afgerond en de volgende stappen zijn gezet in het kader van het nieuwbouwtraject, te weten de informatieanalyse en een onderzoek naar de haalbaarheid van elektronische identificatiemiddelen. In deze brief informeer ik u over de laatste stand van zaken met betrekking tot het I&R-project.
datum
13-09-2002
kenmerk
VVA. 2002/2860
bijlage
Ontvlechting I&R-runderen, -schapen en geiten, -varkens en
UBN-uitgifte
I&R-Runderen
In de voortgangsrapportage van 28 februari jl. is gemeld dat het
personeel van de Stichting Beheer Uitvoering taken I&R-Bureau Runderen
medio 2002 zal worden ondergebracht bij het ministerie van LNV. Ik kan
u meedelen dat het personeel van eerdergenoemde stichting per 1 juli
jl. in dienst is getreden van het ministerie van LNV, en wel bij het
I&R-Bureau LNV van de Dienst Basisregistraties. Daarmee is de weg vrij
om de Stichting Beheer Uitvoering taken I&R-Runderen binnenkort te
liquideren.
Hiermee is de ontvlechting van taken, bevoegdheden en
verantwoordelijkheden op het gebied van I&R-runderen een feit. Dit
geldt ook voor de ontvlechting van de informatiestromen, systemen en
de database met I&R-data, waarover met de Gezondheidsdienst voor
Dieren overeenkomsten zijn afgesloten. Deze overeenkomsten met de GD
zijn gesloten voor de periode tot het moment van in productie nemen
van een nieuw door LNV te ontwikkelen I&R-systeem voor runderen.
I&R-schapen en geiten, I&R-varkens/RVL en UBN-uitgifte
Met het oog op de registratie van de op de bedrijven per 1 januari
2003 aanwezige schapen en geiten als ook een tijdige
oormerkverstrekking voor het nieuwe lammerseizoen wordt de uitvoering
van I&R-schapen en geiten per 1 oktober 2002 ondergebracht bij het
I&R-Bureau LNV.
Verder is met de GD afgesproken dat LNV de uitgifte van Unieke
Bedrijfsnummers (UBN's) voor runderen, varkens en schapen & geiten met
ingang van 1 januari 2003 eveneens zelf ter hand gaat nemen. Daarbij
zal rekening worden gehouden met de belangen van de GD waar het
betreft het kunnen beschikken over data ten behoeve van de uitvoering
van programma's van de GD. De uitgifte en het beheer van UBN's zal
eveneens worden ondergebracht bij het I&R-Bureau LNV.
Ik ben voornemens de werkzaamheden voor I&R-varkens en de Regeling
Varkensleveringen (RVL) ook in 2003 te laten plaatsvinden bij de GD.
Hierover vindt thans overleg plaats met de GD.
Beschikbaar stellen van gegevens
Vanuit de bestaande I&R-systemen worden aan verschillende partijen
(zoals veehouders, slachterijen, PVE, Gezondheidsdienst voor Dieren en
CR-Delta) informatie verstrekt.
De informatie zal uitsluitend worden geleverd aan partijen, die
daartoe wettelijk zijn geautoriseerd, dan wel door de houder van
dieren zijn gemachtigd de informatie te ontvangen.
Aansluiting zal worden gezocht bij nationale en Europese
ontwikkelingen ten aanzien van het optimaliseren van het gebruik van
informatie.
Stand van zaken nieuwbouw I&R
In de vorige rapportage bent u geïnformeerd over het
harmonisatieonderzoek. De belangrijkste uitkomst van dit onderzoek was
de aanbeveling om een nieuw, zoveel mogelijk generiek I&R-stelsel te
ontwikkelen op basis van individuele identificatie en centrale
registratie van runderen, schapen, geiten en varkens en inzet van
elektronische oormerken. Daarbij is de opmerking geplaatst dat het van
de varkenssector zelf zal afhangen of daadwerkelijk zal worden
overgegaan op individuele identificatie van varkens.
Als vervolg op dit onderzoek is in maart 2001 een informatieanalyse
dieren gestart, waarbij processen en gegevens van het nieuwe
I&R-systeem in modelvorm worden uitgewerkt en de risico's en
maatregelen in het kader van de administratieve organisatie worden
beschreven. De belanghebbenden uit de sectoren zijn bij de
informatieanalyse betrokken, door middel van een Adviesgroep Runderen,
een Adviesgroep Schapen en Geiten en een Adviesgroep Varkens. De
informatieanalyse zal naar verwachting in november 2002 zijn afgerond.
Parallel aan de informatieanalyse vindt een studie plaats naar de
technische en economische haalbaarheid van de invoering van
elektronische oormerken voor de sectoren runderen, varkens en schapen
inclusief geiten. In deze studie wordt ook ingegaan op de
financieringsmogelijkheden. Verwacht wordt dat medio oktober 2002 het
onderzoeksrapport beschikbaar komt.
Nadat op basis van de informatieanalyse en de haalbaarheidsstudie
besluitvorming heeft plaatsgevonden, zal een procedure worden gestart
voor Europese aanbesteding van ontwerp en realisatie van het nieuwe
I&R-systeem en zullen additionele activiteiten in gang worden gezet om
andere onderdelen van het stelsel verder uit te werken. De
vooraankondiging voor deze aanbestedingsprocedure heeft reeds
plaatsgevonden.
Vooruitlopend op de resultaten van de informatieanalyse en het
haalbaarheidsonderzoek inzake elektronische oormerken kan ik u
mededelen dat er geen doorslaggevende redenen blijken te zijn om tot
individuele identificatie van varkens over te gaan. Deze mening wordt
gedeeld door de Adviesgroep varkens. Een en ander houdt in dat de
bestaande I&R-varkens/RVL-regeling zal worden gecontinueerd, zij het
dat aanpassingen op onderdelen daarvan niet mogen worden uitgesloten.
Gezien de resultaten van deze evaluatie ben ik bereid om met het
georganiseerde bedrijfsleven nader te overleggen over de juridische
inbedding en de uitvoering van de I&R-varkensregeling.
Naar aanleiding van recente berichtgeving in de pers dat de Landelijke
Werkgroep Professionele Schapenhouders (LWPS) heeft besloten haar
medewerking in de Adviesgroep schapen en geiten voorlopig te stoppen
omdat de conclusies met betrekking tot de definitieve koers inzake de
toepassing van individuele identificatie, registratie en melding van
dieren en dierbewegingen in het kader van de nieuwbouw I&R voor
schapen en geiten al zouden zijn vaststaan hecht ik er aan het
volgende onder uw aandacht te brengen.
De vertegenwoordiger van de LWPS heeft zijn deelname in de adviesgroep
beëindigd nadat zijn eis is afgewezen tot betaling van een
vacatievergoeding voor deelname in de adviesgroep.
Deze eis is door LNV afgewezen omdat betrokkenen in de adviesgroep
geacht werden op te treden als behartiger van een deelbelang in de
schapenhouderij. Voor dergelijke belangenbehartiging betaalt LNV
immers geen vacatievergoedingen.
De definitieve koers van de nieuwbouw van I&R met betrekking tot
schapen en geiten zal ik overigens eerst vaststellen na oplevering in
oktober van de resultaten van eerdergenoemde informatieanalyse en het
haalbaarheidsonderzoek naar de technische en economische haalbaarheid
van de invoering van electronische oormerken. Bij de vaststelling van
de definitieve koers zal ik de adviezen van de Klankbordgroep I&R en
de adviesgroep schapen en geiten zeer nadrukkelijk mee laten wegen. Ik
neem kennis van het feit dat de LWPS, zijnde 1 van de circa 10
belanghebbende organisaties die in de adviesgroep schapen en geiten
zijn vertegenwoordigd, niet langer in de adviesgroep wenst te
participeren.
Tussenoplossing schapen en geiten
Ook is u bericht dat, vooruitlopend op het nieuwe I&R-stelsel voor
schapen en geiten dat is voorzien voor 2004, wordt gezocht naar een
mogelijke tussenoplossing in de vorm van een I&R-systeem met betere
traceringsmogelijkheden voor schapen en geiten, dat op relatief korte
termijn kan worden gerealiseerd. Onlangs zijn de resultaten van het
haalbaarheidsonderzoek naar een dergelijke tussenoplossing voor
schapen en geiten beschikbaar gekomen, waarbij is uitgegaan van een
centrale database waarin individuele dieren en hun verplaatsingen
kunnen worden geregistreerd en waarbij gebruik wordt gemaakt van de
bestaande plastic oormerken.
Uit dit onderzoek is gebleken dat deze optie nauwelijks haalbaar is in
verband met de grote administratieve lastendruk en de grote foutenkans
bij het met het oog aflezen van diernummers.
Volgens de Adviesgroep schapen en geiten, aan wie de resultaten van
het haalbaarheidsonderzoek ook zijn voorgelegd, zou een
tussenoplossing gebaseerd op elektronische oormerken meer kans kunnen
maken. Het nadeel daarvan is echter dat zulks niet op heel korte
termijn realiseerbaar is aangezien de resultaten van een onlangs
gestarte praktijkproef met elektronische oormerken voor schapen en
geiten pas in het najaar van 2003 beschikbaar komen. Mede gelet op de
overige bevindingen uit het haalbaarheidsonderzoek heb ik besloten de
aandacht te vestigen op verbetering van de bestaande I&R-regelgeving
voor schapen en geiten en extra aandacht te geven aan handhaving. Er
wordt naar gestreefd om per 1 januari 2003 de aangepaste regelgeving
in werking te laten treden en deze gepaard te laten gaan met een
passende handhaving.
Naleving I&R-voorschriften
In de vorige voortgangsrapportage bent u geïnformeerd over de stand
van zaken rond de zwevende runderen. Dit zijn runderen waarvan na een
aan het I&R-systeem gemelde afvoer geen volgende verblijfplaats in het
I&R-systeem bekend is. De reeds getroffen en nog te treffen
maatregelen ter verbetering van het meldgedrag werden genoemd.
Medio februari 2002 bedroeg het aantal zwevende runderen circa 65.000
(was begin 2001 nog ruim 270.000). Mede als gevolg van eerdergenoemde
maatregelen is het aantal zwevende runderen verder afgenomen. In
augustus 2002 was het aantal zwevende runderen verder afgenomen tot
ca. 34.000.
Om ervoor te zorgen dat de I&R-database zo goed mogelijk op orde is,
is een aantal aanvullende maatregelen in de handhavingsfeer
ontwikkeld. Zo zullen de verplaatsingsverboden die reeds in de
Regeling I&R 2002 zijn opgenomen, worden geëffectueerd wanneer
bepaalde I&R-voorschriften niet worden nageleefd. In alle gevallen zal
de veehouder in de gelegenheid worden gesteld om geconstateerde
omissies te herstellen. Blijft herstel achterwege dan zal het rund of,
afhankelijk van de overtreding, het hele bedrijf worden geblokkeerd en
krijgt de veehouder een boete opgelegd.
Om houders te stimuleren juiste gegevens te melden of foutieve
gegevens te herstellen, zullen zij periodiek overzichten met mutaties
en omissies gaan ontvangen. Ook kunnen zij de I&R-status van runderen
opvragen via het voice response systeem (VRS).
Verder wordt het voor potentiële kopers mogelijk informatie in te
winnen over aan te kopen runderen, zodat zij zich ervan kunnen
vergewissen dat de te kopen dieren vrij zijn van
verplaatsingsverboden. Deze informatie zal beschikbaar komen via VRS.
Bovendien kunnen potentiële kopers overzichten van de historie van
runderen opvragen bij het I&R-Bureau LNV.
Ik streef ernaar dit pakket van maatregelen in het vierde kwartaal van
2002 in te voeren.
De staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,
ir. B.J. Odink
---