Persbericht 02/115
Ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid Directie
Communicatie
18 september 2002
Nr. 02/115
Voorschot op de financiële vergoeding asbestslachtoffers
Mensen met mesothelioom (een vorm van kanker) veroorzaakt door het
werken met asbest krijgen in de toekomst een voorschot op een
eventuele financiële vergoeding. De huidige vergoeding voor
slachtoffers wordt vaak pas na hun overlijden uitbetaald. Dit komt
omdat patiënten in veel gevallen na korte tijd sterven, terwijl het
onderzoek of het slachtoffer recht heeft op deze vergoeding meestal
langer duurt.
Dit staat in een brief die staatssecretaris Rutte van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid met de evaluatie van de Regeling Tegemoetkoming
Asbestslachtoffers (TAS) naar de Tweede Kamer heeft gezonden. Het
rapport Van TAS tot vangnet voor asbestslachtoffers is uitgevoerd door
PWC Consulting en de Stichting voor Economisch Onderzoek.
De regeling biedt mensen met mesothelioom veroorzaakt door werken met
asbest een eenmalige tegemoetkoming van maximaal 15.882 euro.
Voorwaarde is dat de (ex-)werkgever niet (meer) aansprakelijk kan
worden gesteld. Het Instituut Asbestslachtoffers stelt vast of
slachtoffers in aanmerking komen voor de regeling. Als er wel een
aansprakelijke werkgever is, bemiddelt het instituut tussen het
slachtoffer en de werkgever over een schadevergoeding.
Uit de evaluatie van de tegemoetkoming voor asbestslachtoffers blijkt dat op dit moment 90 tot 95 procent van de slachtoffers overlijdt voordat een schadevergoeding van de werkgever of een tegemoetkoming op grond van de regeling wordt uitgekeerd. De belangrijkste oorzaak is dat het onderzoek naar het arbeidsverleden en de blootstelling aan asbest veel tijd kost. Mesothelioom openbaart zich pas na ongeveer dertig jaar. Het onderzoek naar het arbeidsverleden duurt gemiddeld 7,5 maanden terwijl de ziekte vaak snel fataal blijkt.
Rutte streeft ernaar dat het overgrote deel van de toekomstige asbestslachtoffers bij leven een voorschot ontvangen. Het voorschot is even groot als de huidige tegemoetkoming. Mensen met de ziekte mesothelioom kunnen voor een voorschot in aanmerking komen, als ze verklaren dat zij in het verleden met asbest hebben gewerkt. Vervolgens toetst het Instituut Asbestslachtoffers de verklaring aan de hand van een lijst met beroepen, bedrijven en sectoren waar met asbest werd gewerkt. Het slachtoffer krijgt het voorschot als hij of zij meewerkt aan het vervolgonderzoek. Hierin wordt bekeken of het slachtoffer in aanmerking komt voor schadevergoeding van de werkgever of een tegemoetkoming op grond van de regeling. Rutte streeft ernaar de aangepaste regeling op 1 januari 2003 in werking te laten treden.
Tot slot wil Rutte de financiering van het Instituut
Asbestslachtoffers structureel regelen. Op dit moment krijgt het
instituut geen vergoeding voor de kosten van het onderzoek als het
slachtoffer uiteindelijk niet in aanmerking komt voor de TAS-regeling.
Het asbestinstituut financiert deze kosten nu uit de startsubsidie die
het instituut bij haar oprichting meekreeg. Rutte wil met het
instituut en andere betrokken partijen (zoals werkgevers, werknemers
en belangenorganisaties) onderzoeken hoe het instituut kan worden
voorzien van een betere financiële basis.
---
De volgende Officiële publicatie(s) zijn gerelateerd aan
bovenstaande persbericht:
PDF publicatie Brief van staatssecretaris Rutte over de regeling
Tegemoetkoming Asbestslachtoffers (TAS)
PDF publicatie Bijlage: Rapport Van TAS tot vangnet voor
asbestslachtoffers