Actueel
Rotterdam, 19 september 2002
CDA pleit voor strengere begrotingsdiscipline
Bijdrage van Frans Jozef van der Heijden
over de Viermaandsrapportage 2002
t.b.v. Raadsdebat 19 september 2002
De rapportage is laat, maar werd terug gestuurd vanwege te summiere toelichting op de cijfers. De informatie is verbeterd, maar kan (wat overschrijdingen betreft) toch meer analyse dan toelichting inhouden.
Hoe dan ook, zodra wordt gewerkt met een programmabegroting is deze wijze van rapporteren aan de Raad niet zinvol, het College zal zelf conclusies en besluiten aan Viermaands- en Achtmaandsrapportages moeten verbinden. Politiek relevant is dan alleen in hoeverre zich, binnen de beleidsvelden van de programmabegroting, politiek relevante verschuivingen voordoen en voorts hoe er overschrijdingen (of onderschijdingen) worden gesignaleerd binnen gehele beleidsvelden.
Voor wat betreft het CDA gelden daarbij de volgende normen in wat zich
laat omschrijven als strakke begrotingsdiscipline. Daarbij geldt in de
eerste plaats strenge budgetdiscipline per begroting van een dienst en
vervolgens, logischerwijze, per beleidsveld.
Overschrijdingen in de dienstbegroting, die het gevolg zijn van slecht
begroten, slecht management, of slecht participeren op ontwikkelingen,
worden uitsluitend en alleen opgevangen binnen de eigen begroting.
Waar zich externe, ernstige verstoringen voordoen, wordt gekeken in
hoeverre die in het beleidsveld kunnen worden opgevangen. Het college
doet er goed aan dat aan de Raad te melden, maar heeft de bevoegdheid
zelf maatregelen te nemen.
Wanneer deze vuistregel nu al wordt aangehouden (wat impliciet in het
voorstel gebeurt, behalve voor wat de Dienst Gemeentelijke Belastingen
Rotterdam betreft) dan wordt er terecht geen voorstel tot
begrotingswijziging gedaan voor 23 miljoen euro, zeg maar in de
categorie slecht begroten.
Wat de budgetverhoging van 38,5 miljoen euro voor een aantal
overschrijdingen betreft waarvan die voor de Dienst Belastingen,
SoZaWe en de Bestuursdienst het meest in het oog vallen is dekking,
wat de verhoging acceptabel maakt.
Maar of dat ook zo zal zijn in een veel strenger regiem, zoals door
het CDA bepleit en noodzakelijk geacht, met het oog op de grote
herverdeling van middelen in het aan te bieden Collegeprogramma, mag
dus zeer betwijfeld worden.
In dit licht is het derhalve van groot belang, scherpe analyses te
maken van overschrijdingen en niet te volstaan met toelichtingen als
daar zijn: knelpunten, ten onrechte niet in de begroting verwerkt,
hoger dan geraamd, e.d.
Twee categorieën verdienen extra aandacht: doorwerking
exploitatieresultaat 2001 en doorwerking Raads(besluiten), die
kennelijk voor verrassingen zorgen. Ik ben benieuwd hoe dat straks
uitpakt in de programmabegroting; in een strakke begrotingsdiscipline
dienen dergelijke overschrijdingen direct aan de voorkant zichtbaar en
vervolgens afgedekt te zijn.
Tenslotte: het CDA onderschrijft de opvatting van de Commissie
Middelen, dat de vakcommissies zich moeten buigen over de
overschrijdingen en onderschrijdingen in het eigen beleidsveld, omdat
juist daar meer is te zeggen over beleid, uitwerking daarvan en
vervolgens het management ter zake. De Commissie Middelen heeft daar
afstand en dient die ook te bewaren.
Het CDA is het eens met de reserveringen die worden gevraagd voor het
Ontwikkelings Bedrijf Rotterdam.