Ministerie van Algemene Zaken

Ministerie van Buitenlandse Zaken
Persbericht ministerraad
20 september 2002

KABINET WIL VERANTWOORDE UITBREIDING VAN DE EUROPESE UNIE

Het kabinet heeft op voorstel van minister De Hoop Scheffer en staatssecretaris Nicolaï van Buitenlandse Zaken ingestemd met de notitie Verantwoord Uitbreiden. In de notitie wordt aangegeven dat de komende uitbreiding van de EU de belangrijkste politieke gebeurtenis is in het Europa van na de Tweede Wereldoorlog. Het is de logische consequentie van de val van de muur. De politieke en economische voordelen van uitbreiding zijn onmiskenbaar. Een uitgebreide EU wordt de grootste gezamenlijke interne markt ter wereld, die met 500 miljoen consumenten grote kansen biedt voor het Nederlandse bedrijfsleven. Uitbreiding is dan ook in het Nederlands belang.

De uitbreiding moet wel op een verantwoorde wijze tot stand komen. Ook de laatste fase van het toetredingsproces moet zorgvuldig verlopen. Dat betekent dat alleen landen kunnen toetreden die er klaar voor zijn en voldoen aan de Kopenhagen-criteria: democratie, rechtstaat, concurrerende markteconomie en het overnemen en implementeren van de Europese regels. Het kabinet wil een eigen oordeel vormen over elke kandidaat-lidstaat op basis van de rapportage van de Europese Commissie die 9 oktober aanstaande zal verschijnen. Op Nederlands aandringen verschijnt de rapportage een week eerder dan gepland. Op basis daarvan zal het kabinet zijn standpunt bepalen over de vraag welke kandidaat-lidstaten in staat zijn deel te nemen aan de laatste onderhandelingsronde. Daarover zal ook overleg met de Tweede Kamer worden gevoerd. Het besluit zal vallen bij de Europese top van 24/25 oktober 2002.

Een verantwoorde uitbreiding betekent ook dat uiterlijk bij de Europese Raad van Kopenhagen in december een houdbaar financieel kader wordt overeengekomen dat geen hypotheek legt op de financiele toekomst van de EU. Het kabinet wil dat Kopenhagen het onomkeerbare politieke beginpunt is van betekenisvolle brede hervormingen in de Europese landbouw. Dat betekent: geen uitbreiding van inkomenssteun naar nieuwe lidstaten. Indien dit echter onontkoombaar is, versterkt dit de noodzaak van versnelde uitfasering van die steun aan de oude lidstaten, waarover besloten zou moeten zijn voordat de toetreding van nieuwe lidstaten een feit is.

RVD, 20.09.2002