VVD

23 sep 2002 -

Hoe spreken we de kiezer (weer) aan?

15-puntenplan naar aanleiding van de Ideeëndag van 21 september jl..

De Ideeëndag van de VVD op 21 september 2002 heeft uit de ideeënbundel 'Goed, Beter, Best' de onderstaande vijftien hoofdpunten voor vernieuwing opgeleverd. Op basis van deze vijftien punten zal het Hoofdbestuur concrete voorstellen aan de partij doen voor partijvernieuwing. Deze worden rond 5 oktober gepubliceerd; besluitvorming vindt plaats tijdens de Bijzondere Algemene Vergadering op 23 november 2002. Overigens worden ook de andere ideeën en verdere uitkomsten van de Ideeëndag door het Hoofdbestuur betrokken bij het maken van voorstellen voor de Buitengewone Algemene Vergadering op 23 november 2002.


1. One man, one vote
Leden moeten directe invloed op de besluitvorming in alle lagen van de VVD krijgen. Dit betekent ook individueel stemrecht in de Algemene Vergadering.


2. Optreden naar kiezers, zichtbaar in de maatschappij, nek uitsteken met maatschappelijke thema's De VVD moet luisteren naar kiezers en goed de denkbeelden van kiezers verwoorden met liberale standpunten. De VVD moet daarmee voortdurend zichtbaar zijn en laten zien dat ze de nek durft uit te steken op maatschappelijke thema's.


3. Dualisme in de partij
Discussie in een partij en met de samenleving is een teken van kracht. De VVD moet daarom niet bang zijn om het onderling oneens te zijn. Ook de partij mag politieke thema's opperen.


4. Ad hoc meedenkers
Elk kamerlid creëert met een zekere regelmaat (twee à drie keer per jaar) een ad hoc commissie (vier tot acht personen) die samen met het kamerlid nadenken over een bepaald onderwerp waarvoor het kamerlid in de kamer woordvoerder is. Zo mobiliseert een kamerlid op een efficiënte wijze denkkracht, houdt goed voeling met wat er over een bepaald onderwerp onder de leden leeft en een grotere groep leden dan nu wordt actief bij de partij betrokken. Door het kortstondige karakter onderscheidt zo'n ad hoc commissie zich van de partijcommissies.


5. Rol Teldersstichting om politieke meningsvorming te entameren De Teldersstichting heeft de rol om politieke meningsvorming te entameren. De Teldersstichting moet visie bieden, trendsettend zijn én meer in A4-tjes communiceren in plaats van in ellenlange rapporten.


6. Minder partij, meer maatschappij
VVD moet laten zien bezig te zijn met de maatschappij waarin we allemaal leven.


7. Permanente discussie
De VVD moet permanent discussiëren over politieke onderwerpen. Een verkiezingsprogramma is geen momentopname eens in de vier jaar, maar moet voortdurend worden getoetst aan de dynamiek van de samenleving.


8. Werving en selectie professionaliseren
De werving en selectie van kandidaten moet professioneler. Kandidaten moeten daadwerkelijk komen uit de doelgroepen waaruit de VVD-kiezers komen. Ze moeten herkenbaar zijn voor de achterban en maximaal drie termijnen volksvertegenwoordiger zijn.


9. Leden aan het stuur: directe verkiezing politiek leider en afschaffen kandidaatstellingscommissies Voor de verkiezingen, voor het opstellen van de kandidatenlijst, horen leden aan het stuur. Dat betekent een rechtstreekse verkiezing (one man, one vote) van de lijsttrekker, geen koehandel over plekken op de lijst meer en invloed in welke vorm dan ook van de leden op de samenstelling van lijst. In relatie tot het vorige punt betekent het: de werving en selectie om kandidaten te vínden moet professioneler, vanaf het moment dat er kandidaten zijn moet er een transparante procedure zijn waarin de leden aan het stuur zitten.


10. Opbouwen breed liberaal netwerk voor functies en benoemingen De VVD moet werk maken van een goed netwerk waardoor functies en benoemingen in politiek en samenleving door liberalen kunnen worden bekleed.


11. Lidmaatschap à la carte
Er zijn verschillen in de 'benuttingsgraad' van de leden. Niet iedereen wil op eenzelfde manier zijn commitment aangaan met de VVD. Er moeten meer vormen van lidmaatschap komen om daarop in te spelen.


12. Doelgerichte ledenwerving
In het verlengde van het ontwikkelen van nieuwe vormen van lidmaatschap ligt een doelgerichte ledenwerving. Ledenwerving moet zijn gericht op verschillende doelgroepen en wat mensen verwachten van een partij.


13. Analyse van de partijorganisatie
De partijorganisatie moet worden doorgelicht. Deze analyse helpt om inefficiënties weg te nemen én te bepalen welke onderdelen van de partij goed functioneren. De partijorganisatie moet ten dienste staan van de politieke ideologie. Kenmerken van de toekomstige organisatie moeten zijn: de leden staan centraal en meer bottom up werking. De partijorganisatie moet transpanter en duidelijker zijn.


14. Evaluatie partijbestuurders
Een goed werkende politieke partij vraagt om goede bestuurders, mensen die inspirerend en motiverend werken. Voor bestuurders moet een duidelijk profiel zijn en besturen moeten duidelijk en concreet zijn in hun (jaar)plannen ('wat gaan we met elkaar doen'). Besturen moeten ook daarop worden geëvalueerd en beoordeeld.


15. Rol van het overleg KC-voorzitters (POK) en de Partijraad herzien Het Periodiek Overleg HB-Kamercentralevoorzitters (POK) zou zich alleen moeten bezighouden met organisatorische aangelegenheden. Dat betekent dat er geen fractievoorzitters meer aanwezig zullen zijn en geen politieke aangelegenheden meer op de agenda staan. Het POK moet een eigen voorzitter uit hun midden kiezen. De Partijraad is het gremium voor discussie over politieke zaken, ook onder leiding van een eigen voorzitter.