Gemeente Amsterdam


Speech van wethouder Oudkerk bij de afsluiting van de MegaBanenMarkt

MegaBanenMarkt afgesloten: Amsterdam koploper in daling uitkeringen

Het jaar 2001 was een rampjaar voor de Sociale Dienst Amsterdam. Vanwege de chaos werd de dienst onder toezicht geplaatst door de minister van Sociale zaken en Werkgelegenheid, kwam er een nieuwe directie en trad de betreffende wethouder af. De chaos kwam niet uit de lucht vallen, zij was het resultaat van het laten verworden van de Sociale Dienst tot een soort sociale stortkoker van politieke verwaarlozing en eindeloos reorganisatiegeloof. Vervolgens is er door het college van B&W gekozen voor rigoureuze oplossing om de dienst uit het slop te trekken: de MegaBanenMarkt (MBM). Een jaar later kunnen we concluderen dat dit een juiste beslissing is geweest. Zo is in het afgelopen jaar het aantal uitkeringen fors verminderd. Van 44.653 vorig jaar naar 39.026 dit jaar. Afgezet tegen de rest van het land laat Amsterdam een positief beeld zien in de afname van het aantal uitkeringen. Landelijk kwam de afname het afgelopen jaar uit op 1%, in Amsterdam op 13% ten opzichte van een jaar eerder. Ook is duidelijk geworden door de opschoning van de bestanden wie nu eigenlijk de cliënten van de Sociale Dienst zijn.

Het opschonen van de bestanden is van groot belang om de doelstelling van het college van B&W te halen om niemand aan de kant te laten staan.
Het college wil in deze periode het volgende bereiken:
* Fors meer mensen uit de uitkering en aan het werk. (In 2006 moeten er 16.000 mensen uit de bijstand en aan het werk).
* Meer mensen actief in de Amsterdamse samenleving. (4.000 mensen actief in vrijwilligerswerk en 4.000 aan de slag in aangepast werk).

* Afrekenen met armoede. (Het opruimen van de papierwinkel).
Na de MegaBanenMarkt:
Op het terrein van werk en inkomen zijn tal van knelpunten, obstakels, weeffouten en onlogische structuren en regeltjes. Dat geldt zowel bestuurlijk, organisatorisch als voor knelpunten op het gebied van wetten en regels. De MegaBanenMarkt heeft het voor een deel mogelijk gemaakt dat betrokken partijen meer met elkaar werken dan tegen elkaar.
Om de doelstelling van het college van B&W te bereiken moeten de goede punten van MegaBanenMarkt worden voorgezet en geïntensiveerd. Bovendien zullen alle knelpunten in de huidige structuur moeten worden opgeruimd. Dat betekent minder aandacht voor het proces en alle aandacht op het resultaat. Hiervoor zijn zeven randvoorwaarden noodzakelijk:

1. Een scherpe risicoanalyse van cliënten. Een onderscheid tussen mensen die direct of morgen aan het werk kunnen en mensen die blijvend cliënt zijn.

2. De hele keten voor werk en inkomen opnieuw inrichten en splitsen in drie producten: poortwachters - het zenuwcentrum -, toeleiders voor mensen die overbrugbare afstand hebben tot de arbeidsmarkt, en maatschappelijke participatie -dienstverlening voor hen die dat echt niet meer redden;

3. Één regie, één concern, één regisseur, die los van de uitvoering opereert. Een nieuwe uitvoerende organisatie. Geen aparte Sociale Dienst, Maatwerk en NV-Werk maar één dienst: De Dienst Werk en Inkomen. Idealiter gaan de gemeentelijke organisatie, het CWI en UWV op in een lokale uitvoeringsorganisatie. Het bestaande personeel krijgt de kansen om dat werk te doen waar ze aantoonbaar goed in zijn.

4. Belemmeringen op het gebied van wet- en regelgeving opruimen. Dat betekent ruimte om wettelijke taken van gemeente en CWI en liefst ook UWV te delegeren onder één regie en ook in de uitvoering ruimte om de dienstverlening van al die organisaties te integreren.

5. Ontschotting van de geldstromen en het bundelen ervan.
6. Een stedelijke infrastructuur voor de vraagzijde van de arbeidsmarkt; branche-initiatieven van het bedrijfsleven worden gekoppeld aan toeleidingstrajecten.

7. Meer werk maken van het tegengaan van werkloosheid. Op beleidsniveau wordt arbeidsmarktbeleid gekoppeld aan onderwijs- en jeugdbeleid. Het economisch structuurbeleid koppelen aan het arbeidsmarktbeleid.

De weg om deze punten te realiseren is hobbelig en moeilijk. Er ligt een plan klaar om in een proef (pilot) te kijken wat werkt en niet. De oud minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Willem Vermeend, is aangezocht om samen met anderen deze proef aan te sturen. Ook het bedrijfsleven en de bonden worden intensief betrokken in de plannen. De bedoeling is een tijdelijke eenheid ter uitvoering van taken van de Sociale Dienst en CWI, met een minimum aan regels en een maximum aan ontschotting. Daarbij geldt: ruimte voor alle varianten, niks is onbespreekbaar; best practice geldt. Het resultaat telt. Gideonsbenden uit de organisatie zelf gaan daarbij een grote rol spelen.

Het Kabinet:
In zijn speech op de afsluiting van de MegaBanenmarkt roept wethouder, Rob Oudkerk, het kabinet nadrukkelijk op om de ambities van de gemeente te helpen realiseren. Het kabinet vraagt aan gemeenten enerzijds om meer mensen uit de uitkering en aan het werk te helpen. Anderzijds neemt zij maatregelen die dit belemmeren zoals het bezuinigen op gesubsidieerde arbeid, het afschaffen van fiscale maatregelen en de WAO-maatregelen. Hierdoor zullen meer mensen een beroep doen op een bijstandsuitkering. Wethouder, Rob Oudkerk wil met steun van het kabinet meer sturen op het resultaat en minder op de procesverantwoording. Dus niet regels en wetten centraal maar het resultaat. Concreet betekent dit ruimte voor experimenten om te dereguleren en te ontschotten voor de hele keten die zich bezighoudt met werk en inkomen. Met duidelijk resultaatsafspraken en resultaatsfinanciering.

ESF-gelden:
Ondanks allerlei sombere rapporten is Amsterdam erin geslaagd om ¤ 35 miljoen aan ESF-gelden binnen te halen voor dekking van de kosten van de MegaBanenMarkt. In de begroting van de gemeente is een reservering opgenomen van ¤ 25 miljoen indien Amsterdam geen ESF-gelden zou ontvangen. Deze ¤ 25 miljoen kan nu worden ingezet om andere sociale ambities van de stad waar te maken.

Amsterdam, 23 september 2002 Herbert Raat


---


-

© gemeente Amsterdam - 23-09-2002