Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

http://www.minszw.nl

MIN SZW: Toespraak staatssecretaris M. Rutte

Nr. 2002/123
26 september 2002

Embargo:
26 september 2002 tot
11.00 uur

Toespraak van staatssecretaris M. Rutte van Sociale Zaken en Werkgelegenheid bij de slotconferentie Informatie- en Servicepunt Sociale Activering op 26 september 2002 te Bussum

'Sociale activering is niet in de eerste plaats een kwestie van wetten of maatregelen. Sociale activering is vooral een andere manier van werken en nieuwe samenwerkingsverbanden aangaan. Niet langer accepteren dat mensen wegglijden in de anonimiteit van de kaartenbak of het computerbestand'. Dat zei Klaas de Vries, de voormalige minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, drie jaar geleden bij de start van het Informatie- en Servicepunt Sociale Activering.

Dat was toen het uitgangspunt. Wat mij betreft is het dat nog steeds. Geen stigma voor langdurig werklozen. Plak ze niet het etiket 'onbemiddelbaar' of 'kansloos' op. Laat ze niet uit de boot vallen. Maar help ze op weg met zinvolle maatschappelijke activiteiten. Met sociale activering. Ook voor moeilijk bemiddelbaren is het een eerste stap op de reïntegratieladder.

Uit het onderzoek dat ik vandaag aan de Tweede Kamer heb aangeboden blijkt dat sociale activering succesvol is. Veel langdurig werklozen zijn en waren bezig met zinvolle maatschappelijke activiteiten. Activiteiten die weer structuur in het leven brengen. Die tot meer sociale contacten en meer zelfvertrouwen leiden. En tot meer kansen op werk. Maatwerk is daarbij uitgangspunt. U bent er als lokale organisatie goed in geslaagd om dat maatwerk te leveren.

Maar nog niet overal en voor iedereen is sociale activering gemeengoed.

Waar ik tijdens mijn werkbezoeken de afgelopen weken van ben geschrokken is dat gemeenten toch nog veel mensen het stempel 'komt nooit meer aan de slag' geven. Ik ga er van uit dat als van deze groep echt werk wordt gemaakt, er nog heel wat aan een baan geholpen kunnen worden. Dat sociale activering tijd kost realiseer ik me terdege. Veel tijd. Maar uiteindelijk biedt het perspectief. Ook die voorbeelden ben ik tegengekomen.

Zoals de drugsverslaafde bijstandsgerechtigde die afkickt, vrijwilligerswerk gaat doen, een cursus volgt en via gesubsidieerde arbeid uiteindelijk een baan vindt.

De weg naar reguliere arbeid mag soms ook best wel een wat langere zijn. Het blijft tenslotte maatwerk. Maar ik vind het wel belangrijk dat het een vast onderdeel van het arbeidsmarktbeleid van iedere gemeente is.

In het Strategisch Akkoord hebben we modernisering van het arbeidsmarktbeleid afgesproken. Met meer ruimte voor gemeenten om werkzoekenden individueel te kunnen begeleiden. Gemeenten krijgen een groter financieel belang bij de uitvoering van de wet en we richten ons feitelijk maar op één ding: op uitstroom.

Gemeenten krijgen straks zeggenschap over één flexibel en vrij besteedbaar reïntegratiebudget. Eén budget waar al het geld in gaat. Op dat budget wordt bezuinigd. Dat gebeurt over de hele linie van het overheidsbeleid. Zo blijft er meer geld over voor scholing, zorg en verlofknip. Maar ik geef u op een briefje: met 1,7 miljard euro voor gemeentelijk arbeidsmarktbeleid kan straks meer dan met 2 miljard nu.

Want het wordt een budget waarmee geld te verdienen valt. Hoe meer mensen aan de slag komen, hoe meer geld de gemeente overhoudt. Mijn standpunt is dat mensen zo kort mogelijk in de bijstand moeten zitten en dat gemeenten zich daarnaast maximaal moeten inspannen voor degenen die wat langer van een uitkering gebruik moeten maken.

Als we afstappen van een declaratiesysteem kunnen we gaan werken met een bijstandswet die eenvoudiger is, minder regels kent, efficiënter en goedkoper is. Geen kilo's-zware-boeken met uitvoeringsregels en circulaires meer. Geen streefcijfers meer. En dan kan het niet meer voorkomen, zoals ik onlangs tot mijn stomme verbazing tijdens een werkbezoek meemaakte, dat een gemeente in de loop van het jaar met de begeleiding van een groep moeilijk bemiddelbare bijstandsgerechtigden stopt, omdat het afgesproken aantal trajecten inmiddels zou zijn gehaald.

Er is de afgelopen tijd veel ophef geweest over de toekomst van de gesubsidieerde banen. Het kabinet is asociaal gedrag verweten. Het zou Melkertbanen om zeep helpen. Terwijl juist mijn inzet gericht is op dóórstroming van mensen in ID-banen naar reguliere arbeid. Weet u wat asociaal is? Asociaal is mensen opsluiten in gesubsidieerde banen, ze alle kansen op doorstroming ontnemen. Veel mensen op een werkervaringsplaats of ID-baan willen in feite een gewone betaalde baan. Daarom wil het kabinet van die doorstroming terecht werk maken.

De inzet is dus: eigen budgetten en maximale financiële verantwoordelijkheid voor gemeenten in 2004. Volgend jaar is een overgangsjaar, waarin gemeenten al aanzienlijk meer vrijheid krijgen. Belemmeringen om ID-banen als reïntegratieinstrument te gebruiken worden weggenomen.

Die eigen verantwoordelijkheid mag niet betekenen dat gemeenten zich vooral gaan toeleggen op makkelijk'' bemiddelbare werkzoekenden. Er zal ook aandacht moeten blijven voor de mevrouw die al twintig jaar thuis zit met pleinvrees, die succesvol van haar fobie wordt afgeholpen en terugkeert op de arbeidsmarkt.

Bijstandsgerechtigden zijn op dit moment grofgezegd in drie groepen onder te verdelen:

- mensen die min of meer direct aan het werk kunnen,
- mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt en
- mensen met een zeer grote afstand tot de arbeidsmarkt.
De eerste groep is relatief eenvoudig te bemiddelen door de Centra voor Werk en Inkomen. Voor de anderen zullen gesubsidieerde banen, leerwerktrajecten, scholing, reïntegratietrajecten en sociale activering nodig zijn. In deze mensen zullen meer tijd en kosten geïnvesteerd moeten worden.

Intensieve begeleiding en complexe trajecten zijn daarom noodzakelijk.We zijn momenteel aan het bekijken hoe ook deze mensen met een zeer grote afstand tot de arbeidsmarkt goed bediend kunnen blijven worden als gemeenten straks volledig financieel verantwoordelijk worden.

'De krachten bundelen: sociale activering nu en in de toekomst'. Zo luidt de titel van deze slotconferentie. Met ingang van 1 oktober worden de taken van het Informatie- en Servicepunt Sociale Activering beëindigd en ondergebracht bij de VNG. Ik heb er alle vertrouwen in dat ook de VNG werk blijft maken van ondersteuning van initiatieven voor sociale activering op het lokale niveau. Waarbij uiteraard op de steun van de betrokken ministeries van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport kan worden gerekend.

Ik roep hierbij gemeenten op hun creativiteit te blijven gebruiken daar waar het gaat om reïntegratie. Leer van elkaar, werk met elkaar. Ik zei het al: voor de groep moeilijk bemiddelbare werklozen in de bijstand is sociale activering een eerste stap op de reïntegratieladder. De mogelijkheden zijn legio: vrijwilligerswerk, stages, bevordering van sociale vaardigheden, training of een combinatie van dit soort activiteiten. Met de arbeidsmarkt als uiteindelijk doel. Als dat niet (direct) lukt is zelfstandige maatschappelijke participatie een tussenstop.

De handreiking die vandaag gepresenteerd wordt gaat in op de combinatie van activering en zorg. Veel uitkeringsgerechtigden hebben een complex aan problemen waarvoor een integrale aanpak noodzakelijk is. Voor veel van hen is naast of voorafgaand aan het reïntegratietraject behandeling bij een zorginstelling nodig. Dat vraagt om samenwerking tussen de verschillende instellingen in de zorg en welzijn, de sociale diensten en de gemeenten.

In de handreiking staat een aantal concrete tips hoe u dit aan kunt pakken. Hoe u die samenwerking kunt bevorderen. Waar op te letten. Ik wil graag de eerste exemplaren overhandigen en u allen veel succes en een inspirerende dag toe wensen.

Om samen werk van sociale activering te maken.


- LET OP EMBARGO -

26 sep 02 11:00