Ministerie van Justitie


http://www.justitie.nl

MINJUS:Georganiseerde criminaliteit heeft transitkarakter

Wiebe Alkema
070-3707225

4227.
09.10.2002

GEORGANISEERDE CRIMINALITEIT IN NEDERLAND HEEFT EEN STERK

TRANSITKARAKTER

Georganiseerde criminaliteit in Nederland heeft een sterk transitkarakter en kenmerkt zich vooral door grensoverschrijdend personen-, geld- en goederenverkeer. Plegers van georganiseerde criminaliteit zijn er niet op gericht om in Nederland een machtspositie te verwerven in bepaalde bedrijfstakken of regio's, vergelijkbaar met de 'klassieke'georganiseerde misdaad in Italië en de Verenigde Staten. De winst wordt niet behaald door op te treden als een soort alternatieve overheid, maar door middel van grensoverschrijdende illegale handel.

Ook transitcriminaliteit kan zich uiteindelijk 'nestelen' in bepaalde gebieden of in bepaalde branches (bijvoorbeeld via investeringen), maar dit is geen noodzakelijkheid. Dit concluderen onderzoekers van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) en de Vrije Universiteit in het onderzoeksrapport 'Georganiseerde criminaliteit in Nederland. Tweede rapportage op basis van de WODC-monitor'.Het rapport wordt vandaag naar de Tweede Kamer gestuurd.

Criminele netwerken
De onderzochte criminele samenwerkingsverbanden vertonen weinig overeenkomsten met het traditionele beeld van duurzame piramidale organisaties met een strenge hiërarchie, een duidelijke taakverdeling, een gedragscode en een intern sanctiesysteem. In veel gevallen is eerder sprake van criminele netwerken, waarbinnen daders in wisselende verbanden samenwerken. Binnen dit geheel fungeren bepaalde daders als hoofdrolspelers. Zij kunnen deze hoofdrol onder meer vervullen omdat zij door kennis, geld of contacten in staat zijn bruggen te slaan tussen verschillende landen, etnische groepen en/of tussen 'onderwereld'en 'bovenwereld'.Zij zijn niet alleen (relatief) onmisbaar en moeilijk vervangbaar, maar breiden ook de handelsmogelijkheden uit voor andere criminele
samenwerkingsverbanden.

Parallel-importen en corruptie
In het rapport wordt uitgebreid aandacht besteed aan de wisselwerking tussen criminele samenwerkingsverbanden en politie, justitie en douane. In verband met de conclusies van de commissie-Kalsbeek over vermeende 'parallel-importen' en de rol van corrupte overheidsfunctionarissen daarbij, wordt speciaal ingegaan op de modus operandi van groepen die cocaïne naar Nederland smokkelen. Het blijkt dat de modus operandi van de onderzochte groepen eerder is gericht op het vermijden dan op het corrumperen van effectief toezicht. De onderzoekers concluderen dat open grenzen en valse documenten ertoe bijdragen dat slechts in bepaalde situaties, met name bij de smokkel via vliegtuigen, gebruik behoeft te worden gemaakt van corruptie.

Informele geldstromen en ondergronds bankieren
De onderzoekers gaan uitvoerig in op het wisselen, verplaatsen en besteden van misdaadgeld. Het verplaatsen van misdaadgeld naar het buitenland is in veel gevallen voldoende om het vrijelijk te kunnen besteden. Daarbij wordt onder meer gebruik gemaakt van geldkoeriers, bankinstellingen, legale money transfers en ondergrondse bankiers. Deze ondergrondse bankiers maken handig gebruik van de diensten van financiële instellingen. Anders dan de term 'ondergronds'suggereert, verlopen veel van de door deze 'bankiers' verrichte geldtransacties via officiële kanalen. Ook zijn de opsporingsmogelijkheden groter dan algemeen wordt aangenomen.

De besteding van het misdaadgeld
Het onderzoek werpt voorts licht op de bestedingen en investeringen van criminele samenwerkingsverbanden. Misdaadgeld blijkt vooral te worden geïnvesteerd in onroerend goed, (dekmantel)bedrijven en horecagelegenheden. De bekendheid met een bepaalde branche (o.a. via sociale relaties) speelt hierbij een belangrijke rol. Verder blijkt uit de onderzochte zaken dat daders veelvuldig investeren in de landen van herkomst, maar ook in de landen waar zij hun criminele activiteiten verrichten.

Reactie minister Donner:
De WODC-monitor is van belang voor de bestrijding van de georganiseerde misdaad omdat het bijdraagt aan een verantwoorde en effectieve inzet van capaciteit bij politie en justitie. Zo kunnen kernteams -en later de nationale recherche- nauwkeuriger opereren. De conclusie dat de georganiseerde criminaliteit in Nederland een sterk transitkarakter heeft, leidt tot de aanbeveling zich te richten op bestaande handelslijnen. Dat vereist meer en betere controle. Niet alleen op het binnenkomende, maar ook op het uitgaande verkeer. De mogelijkheden daartoe worden op korte termijn onderzocht. Daarnaast wordt een logistieke analyse gemaakt van de werkwijze van criminele samenwerkingsverbanden. Hierdoor wordt in kaart gebracht uit welke activiteiten de bedrijfsvoering bestaat (invoer, opslag en distributie). Dit steunt de opsporing.
Verder zal bekeken worden hoe harmonisering van BTW-tarieven in de toekomst mogelijk is zodat economische prikkels voor smokkel weggenomen kunnen worden. Bovendien komt er meer aandacht voor de uitgifte en certificering van documenten. Uit het onderzoek komt naar voren dat het nog te gemakkelijk is om valse identiteitspapieren of vrachtdocumenten te krijgen.