CBS

Ruime meerderheid tevreden over taakverdeling thuis

In driekwart van de gezinnen met minstens één kind onder de 12 jaar werken beide ouders. Mannen doen meer in het huishouden naarmate de partner een grotere deeltijdbaan heeft. Als vrouwen een kleine deeltijdbaan hebben, is de taakverdeling in huishouden en zorg nauwelijks anders dan als ze geen baan hebben. Twee van de tien vrouwen met een grotere deeltijdbaan is niet echt tevreden met de verdeling van huishoudelijke taken. Dit blijkt uit de Gezinsmonitor 2000, een onderzoek onder ouders met jonge kinderen, uitgevoerd door het CBS.

Verschil van mening over taakverdeling bij grote deeltijdbaan Nog maar een kwart van de mannen in gezinnen met jonge kinderen verdient de kost alleen. De uren die ouders buitenshuis werken, gaan ten koste van de beschikbare uren in het huishouden. De taakverdeling in het huishouden is daarmee niet meer vanzelfsprekend. Naarmate vrouwen meer werken, hebben ze vaker met hun partner een verschil van mening gehad over de verdeling van huishoudelijke taken, zo blijkt uit het CBS-onderzoek. Van de vrouwen met een grote deeltijdbaan zegt 57 procent hierover wel eens een verschil van mening te hebben gehad, tegenover 39 procent van de vrouwen zonder baan. Ook waar het de zorgtaken betreft, melden vrouwen met een grotere baan vaker een verschil van mening. De taakverdeling is blijkbaar niet altijd vanzelfsprekend en vergt communicatie.

Twee van de tien vrouwen met grote deeltijdbaan niet echt tevreden De meeste vrouwen met jonge kinderen zijn tevreden met de taakverdeling thuis; één van de tien is niet echt tevreden. Van de vrouwen met een grote deeltijdbaan zijn echter twee van de tien niet echt tevreden over de bestaande verdeling van huishoudelijke taken.

Helft van vrouwen met grote deeltijdbaan doet het meest In vier van de tien gezinnen waar vrouwen een grote baan hebben, doen beide partners ongeveer evenveel aan huishoudelijke taken. In één op de tien gezinnen doen mannen het meest. In de helft van de gezinnen doen de vrouwen duidelijk meer dan hun partners.

Man gaat vaker koken en boodschappen doen
Voorzover mannen meer huishoudelijke taken verrichten, gaan ze vooral koken en boodschappen doen. Eén op de drie mannen in een gezin waarin de vrouw een grote deeltijdbaan heeft kookt regelmatig of meestal. Bij alleenverdienende mannen is dit één op de tien.

Vrouw blijft meeste zorg geven
In alle gezinstypen is de vrouw degene die de meeste tijd besteedt aan de zorg, zoals zorg voor het kind bij ziekte, naar school brengen en van school halen. Vrouwen met een kleine deeltijdbaan verschillen hierin nauwelijks van vrouwen zonder baan. In negen van de tien gezinnen blijven vrouwen het meeste doen. Als vrouwen een grote deeltijdbaan hebben, verrichten mannen iets meer zorgtaken, maar de inbreng blijft beperkt. Slechts in één van de vijf van die gezinnen is de inbreng van mannen minstens zoveel als van vrouwen.

Technische toelichting
De cijfers hebben betrekking op ouderparen met minstens één kind onder de 12 jaar. De analyse is gebaseerd op gegevens van de Gezinsmonitor 2000. Het onderzoek is gehouden onder paren van wie één der partners jonger is dan 55 jaar. Beide partners zijn geïnterviewd. De ouderparen zijn verdeeld naar het aantal uren dat beide partners per week werken:
- man heeft betaalde baan, vrouw heeft geen betaalde baan: alleenverdieners;
- man werkt 30 uur of meer en vrouw werkt 1-11 uur per week: vrouw met kleine deeltijdbaan;
- man werkt 30 uur of meer en vrouw werkt 12-29 uur per week: vrouw met grote deeltijdbaan. In het onderzoek is het aantal ouderparen waarin beide partners 30 uur of meer per week werken relatief klein. Om die reden is deze categorie, evenals de gezinnen met jonge kinderen waarbij beide partners niet werken, de vrouw meer werkt dan haar man of beide partners een deeltijdbaan hebben niet in het onderzoek betrokken. Aan de respondenten is gevraagd hoe tevreden men is met de verdeling van taken. Antwoordmogelijkheden: zeer tevreden, tevreden, niet tevreden en niet ontevreden, ontevreden, zeer ontevreden. De eerste twee categorieën zijn samengevoegd tot "tevreden", de overige tot "niet echt tevreden".

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de persdienst van het CBS. Tel. (070) 337 58 16 Fax (070) 337 59 71 E-mail: persdienst@cbs.nl

PB02-208
10 oktober 2002
9.30 uur
Centraal Bureau voor de Statistiek
Het CBS
is een dienst van
het Ministerie van
Economische Zaken
Persbericht