Dienst uitvoering en toezicht Energie
BESLUIT
Nummer: 101042/15
Betreft: Besluit van de directeur Dienst uitvoering en toezicht Energie tot wijziging van paragraaf
5.6 van de Netcode betreffende de verdeling van landgrensoverschrijdende
transportcapaciteit
I. AANLEIDING TOT WIJZIGING
1. Bij besluit nr. 00-074 van 16 november 2000 heeft de directeur Dienst uitvoering en toezicht
Energie (hierna: directeur DTe) op grond van artikel 36 van de Elektriciteitswet 1998 (hierna:
Ewet `98) de voorwaarden vastgesteld met betrekking tot de buitenlandtransporten. Deze zijn
neergelegd in paragraaf 5.6 van de Netcode en maken onderdeel uit van de in artikel 31,
eerste lid, onderdeel a van de Ewet '98 bedoelde voorwaarden met betrekking tot de wijze
waarop netbeheerders en afnemers alsmede netbeheerders zich jegens elkaar gedragen ten
aanzien van het uitvoeren van transport van elektriciteit over het net.
2. Bij de besluiten 100345/23 van 22 augustus 2001 en 100587/89 van 9 november 2001 is
paragraaf 5.6 van de Netcode gewijzigd.
3. Artikel 5.6.12.1 van de Netcode bepaalt dat partijen aan wie importcapaciteit is toegewezen in
de dagveiling verplicht zijn de daarover getransporteerde elektriciteit aan de Nederlandse
zijde te verhandelen via de Amsterdam Power Exchange N.V.. Er is gebleken dat deze
bepaling op een andere wijze wordt gelezen dan bedoeld. Derhalve acht de directeur DTe het
in het belang van de bevordering van de ontwikkeling van het handelsverkeer op de
elektriciteitsmarkt deze bepaling te verduidelijken en aan te vullen.
4. Tevens wil de directeur DTe de tenaamstelling van de Amsterdam Power Exchange N.V. in
artikel 5.6.12.1 wijzigen in Amsterdam Power Exchange Spotmarket B.V..
5. Op 19 juni 2002 heeft de directeur DTe ten behoeve van het bovenstaande een
ontwerpbesluit tot wijziging van artikel 5.6.12.1 van de Netcode (hierna: ontwerpbesluit) aan
de gezamenlijke netbeheerders gezonden.
II. PROCEDURE
6. Conform artikel 34, derde lid van de Ewet `98 zijn de gezamenlijke netbeheerders in staat
gesteld hun zienswijze op het ontwerpbesluit aan de directeur DTe kenbaar te maken binnen
twaalf weken na het tijdstip waarop het ontwerpbesluit op grond van artikel 32, tweede lid van
1
de Ewet `98, aan hen is gezonden. Op 5 juli 2002 heeft de directeur DTe reactie van de
gezamenlijke netbeheerders ontvangen.
7. Op de voorbereiding van het vaststellingsbesluit als bedoeld in artikel 36 van de Ewet `98
heeft de directeur DTe besloten de in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna:
Awb) geregelde procedure van toepassing te verklaren. Op grond van artikel 3:11 van de Awb
heeft het besluit van 21 juni 2002 tot en met 16 augustus 2002 ter inzage gelegen ten kantore
van de DTe. Hiervan is mededeling gedaan in de Staatscourant. Op grond van artikel 3:13 van
de Awb konden belanghebbenden hun zienswijze over het ontwerpbesluit tot en met 16
augustus 2002 naar keuze mondeling of schriftelijk naar voren brengen. Verschillende
belanghebbenden hebben naar aanleiding hiervan hun zienswijze op het ontwerpbesluit
schriftelijk naar voren gebracht.
8. De directeur DTe stelt de wijziging van de Netcode vast met inachtneming van het belang,
bedoeld in het eerste lid en met de eisen bedoeld in het tweede lid van artikel 36 van de Ewet
`98. De directeur DTe is van oordeel dat bedoelde voorwaarden de interoperabiliteit van de
netten garanderen, objectief en niet discriminerend zijn.
III. REACTIE GEZAMENLIJKE NETBEHEERDERS
9. De gezamenlijke netbeheerders hebben in hun reactie aan de directeur DTe aangegeven geen
mening te hebben ten aanzien van het onderhavige besluit, daar de netbeheerders, met
uitzondering van TenneT, geen relatie hebben met de procedures voor import, export en
transit van elektriciteit.
IV. ZIENSWIJZEN BELANGHEBBENDEN
Bestaansrecht artikel 5.6.12.1
10. Eén van de belanghebbenden stelt in haar zienswijze het bestaansrecht van het artikel 5.6.12.1
ter discussie. Derhalve wordt de directeur DTe verzocht een ander mechanisme te ontwerpen
om de met artikel 5.6.12.1 beoogde doelen te bereiken.
11. Hierover merkt de directeur DTe op dat er ten tijde van het ontwerp van besluit 0074 voor is
gekozen om partijen aan wie importcapaciteit is toegewezen op de dagveiling te verplichten
een overeenkomende hoeveelheid elektriciteit in te bieden op de Amsterdam Power Exchange
Spotmarket B.V. (hierna: APX). Het is evenwel niet het doel van dit besluit om het
bestaansrecht van artikel 5.6.12.1 nader te bezien.
Definitie term inbieden
12. In zienswijzen is gesteld dat de voorgestelde wijziging niet zal bijdragen aan een transparante
markt dan wel aan een verbetering van de werking van de markt. Sommigen geven aan dat dit
2
het gevolg is van het ontbreken van de definitie van inbieden. Anderen hebben expliciet of
impliciet aangegeven dat de voorgestelde wijziging pas bruikbaar is indien tegelijk ook regels
worden gesteld aan de situatie die ontstaat wanneer importbiedingen met een limietprijs niet
worden gehonoreerd op de APX.
13. De directeur DTe heeft, deze belangen afwegende, besloten een extra artikel in te voegen. Dit
artikel expliciteert dat dat deel van de in de dagveiling toegewezen importcapaciteit waarvan
de elektriciteit niet wordt verkocht op de APX vervalt aan de netbeheerder van het landelijk
hoogspanningsnet en kan derhalve door de partij aan wie het is toegewezen niet op een
andere wijze worden benut.
Bevorderen manipulatief handelen
14. In zienswijzen is gesteld dat de voorgestelde wijziging ruimte laat voor manipulatief gedrag.
Met manipulatief gedrag wordt in dit geval bedoeld het tegen een hoge prijs inbieden van
elektriciteit met als doel het niet te verkopen teneinde de capaciteit vervolgens op andere
wijze te kunnen benutten. De directeur DTe is van mening dat de invoeging van het onder
randnummer 13 genoemde artikel deze ruimte wegneemt.
IV. TOELICHTING OP HET BESLUIT
15. Het huidige artikel 5.6.12.1 van de Netcode bepaalt dat partijen aan wie importcapaciteit is
toegewezen in de dagveiling verplicht zijn de daarover getransporteerde elektriciteit aan de
Nederlandse zijde te verhandelen via de Amsterdam Power Exchange N.V.. Daarvoor is het
noodzakelijk dat er een hoeveelheid elektriciteit die overeenkomt met de hoeveelheid op de
dagveiling verkregen importcapaciteit in Nederland wordt ingeboden op de Amsterdam
Power Exchange Spotmarket B.V. (gewijzigde naam Amsterdam Power Exchange N.V.).
16. Het is gebleken dat artikel 5.6.12.1 op een andere wijze wordt gelezen dan bedoeld. Derhalve
dient artikel 5.6.12.1 van de Netcode te worden verduidelijkt. Het onderhavige besluit voorziet
in die verduidelijking.
17. Om te verhelderen dat dat deel van de in de dagveiling toegewezen importcapaciteit waarvan
de elektriciteit niet wordt verkocht op de APX niet op een andere wijze door de partij die het
heeft verkregen mag worden benut, wordt artikel 5.6.12.1b ingevoegd.
18. Tevens wordt door middel van onderhavig besluit de tenaamstelling van de Amsterdam
Power Exchange N.V. gewijzigd in Amsterdam Power Exchange Spotmarket B.V., ten gevolge
van de oprichting van een nieuwe rechtspersoon.
3
V. BESLUIT
19. De directeur DTe is van oordeel dat bovenstaande wijziging van de voorwaarden ex artikel 31,
eerste lid, onderdeel a van de Ewet '98 in overeenstemming is met het belang bedoeld in het
eerste lid van artikel 36 van de Ewet '98 en met de eisen bedoeld in het tweede lid van
voornoemd artikel.
20. Gelet op het bovenstaande, besluit de directeur DTe de formulering van artikel 5.6.12.1 van de
Netcode, met behoud van de strekking van het artikel, te wijzigen.
21. Artikel 5.6.12.1 van de Netcode wordt vernummerd tot artikel 5.6.12.1a en aangevuld met
artikel 5.6.12.1b. In artikel 5.6.12.1a worden de woorden "de daarover getransporteerde
elektriciteit aan de Nederlandse zijde te verhandelen via de Amsterdam Power Exchange N.V
(hieronder: APX)" vervangen door "een met de hoeveelheid in de dagveiling verkregen
importcapaciteit overeenstemmende hoeveelheid elektriciteit aan de Nederlandse zijde in te
bieden op de Amsterdam Power Exchange Spotmarket B.V. (hieronder: APX)". De tekst van
de artikelen zoals deze zal luiden, is opgenomen in de bij dit besluit behorende bijlage.
22. Van dit besluit wordt mededeling gedaan in de Staatscourant en het wordt gepubliceerd op
de internetpagina van DTe.
23. Ten einde partijen voldoende in de gelegenheid te stellen zich te laten informeren over het
onderhavige besluit, besluit de directeur DTe het onderhavige besluit in werking te laten
treden 2 weken na publicatie in de Staatscourant.
Den Haag, 4 oktober 2002
W.g.
Drs. J.J. de Jong
De Directeur van de Dienst uitvoering en toezicht Energie,
Tegen dit besluit kan degene, die rechtstreeks door dit besluit in zijn belang wordt getroffen, binnen zes weken na de dag van bekendmaking een bezwaarschrift indienen bij de Juridische Dienst van de Nederlandse mededingingsautoriteit, Postbus 16326, 2500 BH Den Haag.
4
Bijlage behorende bij besluit nummer 101042/15
5.6.12.1a Partijen aan wie importcapaciteit is toegewezen in de dagveiling zijn verplicht
een met de hoeveelheid in de dagveiling verkregen importcapaciteit
overeenstemmende hoeveelheid elektriciteit aan de Nederlandse zijde in te
bieden op de Amsterdam Power Exchange Spotmarket B.V. (hieronder: APX).
5.6.12.1b Dat deel van de in de dagveiling toegewezen importcapaciteit waarvan de
elektriciteit niet wordt verkocht op de APX, vervalt aan de netbeheerder van het
landelijk hoogspanningsnet en kan derhalve door de partij aan wie het is
toegewezen niet op een andere wijze worden benut.
---