17 oktober 2002
Wedergeboorte van het spoorstation en omgeving
De komst van de hogesnelheidstrein (HST) is voor veel steden een
belangrijke aanleiding om stationsgebieden te herontwikkelen. Dit kan
tot positieve uitstralingseffecten voor het omliggende stedelijk
gebied leiden. Het is daarbij wel cruciaal om dit op een evenwichtige
wijze te doen, rekening houdend met de soms divergerende belangen van
betrokken organisaties. Dit vraagt onder meer om een slagvaardig
leiderschap en het vormen van duurzame strategische netwerken.
Rotterdam zou veel baat kunnen hebben bij de geplande
stationsontwikkeling. Er is echter een reëel gevaar dat de geboden
kansen om de stad economisch aantrekkelijker te maken blijven liggen,
doordat teveel gesneden wordt in de eerdere vernieuwingsplannen voor
het Centraal Station. Peter M.J. Pol promoveert op 17 oktober 2002 aan
de Erasmus Universiteit Rotterdam op de dissertatie Een renaissance
van stations, spoorwegen en steden.
Peter Pol, werkzaam bij EURICUR (European Institute for Comparative
Urban Research), onderzocht de potentiële stedelijk-economische
effecten van de komst van de HST. Daarnaast analyseerde hij
strategieën voor stationsontwikkelingen en de organisatorische
aspecten hiervan. Zeven cases worden behandeld: Amsterdam, München,
Berlijn, Lille, Dortmund, Luik en Rotterdam.
De ontwikkeling van het HST-netwerk consolideert enerzijds de huidige
Europese stedelijke hiërarchie. De economisch belangrijke steden
worden namelijk als eerste op het netwerk aangesloten, waardoor zij
hun concurrentiepositie verder kunnen versterken. Anderzijds biedt
aansluiting op het HST-netwerk sommige kleinere of economisch zwakkere
steden nieuwe ontwikkelingskansen. De Noordfranse stad Lille is
daarvan een goed voorbeeld.
Bij de het onderzoek naar de situatie in Rotterdam constateert Peter
Pol dat er anticyclisch beleid wordt gevoerd met de herontwikkeling
van het station. In tegenstelling tot wat verwacht kan worden van een
stad die een betere positie in de stedelijke hiërarchie tracht te
verkrijgen, wordt in de havenstad een duurzame ontwikkeling
nagestreefd. Dit uit zich onder meer in de geplande ontwikkeling van
een gemengde stationswijk, het bevorderen van relatief
milieuvriendelijke transportmodaliteiten, het streven naar het
minimaliseren van overlast van transportstromen en veel aandacht voor
de kwaliteit van de omgeving. In Rotterdam is echter nog geen sprake
van een duurzaam strategisch netwerk dat slagvaardig deze
stationsherontwikkeling ondersteunt. Er kan daardoor het gevaar
ontstaan dat door concessies het ambitieniveau drastisch verlaagd moet
worden, waardoor de stad Rotterdam niet zoals in Lille zal profiteren
van de komst van de hogesnelheidstrein.
Promotor: prof.dr. L. van den Berg, Regionale economie en stedelijke
ontwikkeling
Noot voor de pers
Promotie: donderdag 17 oktober, 16.00 uur
Plaats: Woudestein, Senaatszaal
Info: bij de promovendus, tel. (010) 408 1845
e-mail: pol@few.eur.nl
zie ook www.euricur.nl
INLINE]
Erasmus Universiteit Rotterdam