---

Ministerie van Defensie



---

Geen explosieven in bommenwerper Papendrecht

17-10-2002

Bij de berging van de Lancaster-bommenwerper in Papendrecht zijn geen bommen aangetroffen. Dit heeft de bergingsofficier van de Koninklijke Luchtmacht bekend gemaakt. De berging van het toestel, dat op 20 juli 1944 werd neergeschoten, begon begin oktober dit jaar. Op basis van rapporten en ooggetuigenverklaringen kon niet uitgesloten worden dat de bommenlast van één 4000 ponds "high capacity" bom en zestien 500 ponds "high explosive" bommen zich op het moment van de crash nog aan boord van het vliegtuig bevond. Dit was dus niet het geval.

Eerder werd al aangenomen dat het toestel destijds op de terugweg was van Duitsland naar zijn basis in Engeland. Gezien de korte vluchtduur van 2 uur en 15 minuten bleef de mogelijkheid bestaan dat de Lancaster juist op weg was naar zijn doel in Duitsland en dat de bommenlast zich derhalve nog in het bommenruim van het toestel bevond. Ook waren er geen rapporten dat de bemanning kort voor de crash had besloten de bommenlading alsnog af te werpen. De mogelijke aanwezigheid van de bommen vormde een reden voor de gemeente Papendrecht om opdracht te geven tot de berging van het toestel. Deze werd uitgevoerd door de Bergingsdienst van de luchtmacht in samenwerking met de Explosieven Opruimingsdienst KLu en verschillende andere instanties. Nu duidelijk is dat er geen bommen aan boord van het verongelukte toestel waren, worden de werkzaamheden afgerond.