Aandacht voor de armen nodig bij leren lopen met beenprothese
Wanneer onderzoekers bestuderen hoe mensen lopen, kijken ze meestal
alleen naar de beenbewegingen. Maar volgens Stella Donker spelen de
armbewegingen ook een belangrijke rol in de kwaliteit van het lopen.
Op basis van een bestaand wiskundig model bracht zij in kaart hoe de
coördinatie tussen arm- en beenbewegingen in zijn werk gaat en met
name hoe die verandert als gevolg van loopsnelheid en asymmetrie. Op
basis van haar resultaten stelt zij een nieuwe kijk voor op de
revalidatie van mensen met loopproblemen, bijvoorbeeld door een
beenprothese. "Elke manier van voortbewegen, wandelen, rennen of
huppelen, heeft een eigen patroon waarin de armen en de benen ten
opzichte van elkaar bewegen", vertelt Donker. "Normaal verloopt de
overgang van het ene voortbewegingspatroon naar het andere heel
flexibel: de coördinatie tussen arm- en beenbewegingen past zich als
vanzelf aan veranderende omstandigheden aan. Bij mensen met een
handicap of met bepaalde neurologische aandoeningen gaat dat vaak
minder soepel." De promovendus keek met name naar de effecten van twee
factoren op de coördinatie tussen ledemaatbewegingen: de loopsnelheid
en de mate van (a)symmetrie tussen arm- en beenbeweging. Ze stelt
onder meer vast dat asymmetrische coördinatiepatronen minder stabiel
zijn. "Voor mijn onderzoek waren met name mensen met een beenprothese
interessant", zegt Donker, "Zij lopen asymmetrisch onder andere omdat
de benen verschillende mechanische eigenschappen hebben. En zij hebben
-met name bij het langzaam lopen- meer kans om te vallen. De
revalidatie is er tot nu toe altijd op gericht geweest om de symmetrie
zoveel mogelijk te herstellen. Uit mijn onderzoek blijkt onder meer
dat bij het zeer langzaam lopen met een prothesebeen de verhouding
tussen arm- en beenbewegingen 1:1 is, terwijl dat bij gezonde
proefpersonen 1:2 is. Dit wijst op een compenserende rol van de armen,
waarschijnlijk met als doel om de stabiliteit te bevorderen. Het lijkt
me daarom zeer waarschijnlijk dat mensen met een beenprothese kunnen
profiteren van een training die expliciet is gericht op vergroten van
het aanpassingsvermogen van de patiënt en daarbij gebruik te maken van
de armbewegingen." /ImK
Stella Donker (Utrecht, 1969) studeerde biologie in Utrecht. Ze
verrichtte haar promotieonderzoek bij de Sint Maartenskliniek-Research
bv te Nijmegen in samenwerking met de afdeling Biofysica van de
Universiteit van Nijmegen. NWO heeft het project gefinancierd.
Momenteel is Donker postdoc biomedische werktuigbouwkunde aan de
universiteit Twente.
Datum en tijd
woensdag 30 oktober, 2002, 14.15 uur
Promovendus
mw. S.F. Donker, tel. (053)489 53 52, fax (053)489 36 95, e-mail:
s.f.donker@ctw.utwente.nl (werk)
Proefschrift
Flexibility of human walking: a study on interlimb coordination
Promotores
prof.dr. T. Mulder, prof.dr. P.J. Beek en prof.dr. J. Duysens
Faculteit
medische wetenschappen
Plaats
Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Promotie