Middelburg, 27 november 2002
Snelheidsovertreding Veerse huisarts
Het instellen van Hoger Beroep door het OM tegen het ontslag van alle
rechts-vervolging van de Veerse huisarts door de kantonrechter heeft
in de Zeeuwse samenleving en in de pers veel beroering teweeg
gebracht.
Nu de zaak in tweede instantie door de rechter is beoordeeld wil het
OM graag haar achterliggende motivering van het Hoger Beroep nader
uitleggen.
Het is aan het OM om wel of niet te vervolgen. Niet voor niets zijn er
snelheids-beperkingen ingesteld. Deze zijn er voor de veiligheid van
de medeweg-gebruikers. Forse snelheidsovertredingen zoals deze, te
weten 102 km binnen de bebouwde kom, kunnen levensgevaarlijke
situaties opleveren, waarbij (dodelijke) verkeersslachtoffers kunnen
vallen.
De vraag is of een huisarts de maximum snelheid in forse mate mag
overschrijden. Voor artsen is geen wettelijke regeling van kracht. Dit
in tegenstelling tot de zgn. voorrangsvoertuigen van politie,
brandweer en ambulance. Die voertuigen mogen onder omstandigheden de
maximum snelheid overtreden. Zij voeren daarbij zwaailicht en sirene.
Bestuurders van voorrangsvoertuigen worden getraind in het rijden
onder die omstandigheden. Het rijden met zwaailicht en sirene is
tevens aan strikte interne regels gebonden. Dat houdt in, dat met de
grootst mogelijke voorzichtigheid dient te worden gereden en dat onder
alle omstandigheden de verkeersveiligheid gewaarborgd moet blijven.
In deze specifieke zaak was sprake van een zeer forse overschrijding
van de maximaal toegestane snelheid. De arts reed namelijk 102 km (na
correctie) binnen de bebouwde kom. Hij was onderweg naar een persoon
die onmiddellijke medische hulp nodig had. Bovendien, zo bleek ter
zitting, waren er ook nog twee ambulances onderweg die reden met
zwaailicht en sirene. De vraag is of onder die omstandigheden een
beroep gedaan kan worden op noodtoestand. Gelet op de forse
snelheidsovertreding binnen de bebouwde kom heeft het OM gemeend deze
zaak voor te moeten leggen aan de rechter. Zowel door de kantonrechter
als door de rechtbank is de arts ontslagen van alle rechtsvervolging.
De rechter heeft in dit specifieke geval geoordeeld, dat de arts onder
die omstandigheden zo hard mocht rijden.
Telkenmale zal het OM soortgelijke overtredingen dienen te toetsen.
Daarbij dient een afweging te worden gemaakt tussen de dringende
noodzaak en de verkeersveiligheid. Bij dit soort forse
snelheidsovertredingen zal de lat hoog worden gelegd door het OM en is
rechterlijke toetsing in voorkomende gewenst.
Immers blijft de vraag onder welke omstandigheden waar de grens ligt.
Mag 150 km per uur dan ook nog? Het OM heeft de zaak aan de rechter
voorgelegd om hier duidelijkheid over te krijgen. Zou het OM dit soort
zaken zonder meer seponeren, dan zou dat voorshands een vrijbrief zijn
voor diegene die (oprecht) menen te hard moeten rijden.