Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut

Het weer nader verklaard

Zon-eclips op 4 december 2002 (Afrika en Australië)

Meteorologie speelt steeds grotere rol bij het bepalen van de juiste waarnemingsplaats

Door Jacob Kuiper, KNMI

Op 11 augustus 1999 beleefde Europa een bijzonder moment, gedurende korte tijd scheerde de schaduw van de maan over ons continent. Een totale zonsverduistering die miljoenen Europeanen in beweging bracht. Sommigen hadden geluk, er waren ook velen die door het bewolkte weer dat korte bijzondere moment van de totaal verduisterde zon misten. De rol die de meteorologie speelt bij het bepalen van de beste waarnemingslocatie wordt steeds groter. Naarmate er meer weergegevens, met name satellietfoto's, beschikbaar zijn, wordt de factor 'weer' belangrijker. Dat blijkt onder andere uit de reisprogramma's van de eclipsreizen naar Australië en Afrika voor de zonsverduistering van 4 december 2002. De Nederlandse Vereniging voor Weer- en Sterrenkunde (NVWS) organiseert een aantal speciale eclipsreizen. Een blik op de voorbereidingen.

Na de '99-eclips bleek dat de belangstelling om zoiets nog eens mee te maken behoorlijk toegenomen. In 2001 werd een aantal reizen naar de totaliteitszone in Afrika georganiseerd. Daar zat het de eclipstoeristen goed mee. Op 21 juni 2001 was de hemel in grote delen van de eclipszone vrijwel wolkenloos. Die eclips viel er in een klimatologisch zeer gunstige periode, waarin gemiddeld weinig bewolking boven het Afrikaanse binnenland verwacht mocht worden.

Het droge en natte seizoen

Totaliteitszones van zonsverduisteringen liggen per definitie steeds weer op andere plaatsen. De eerste totale zonsverduistering in de 'nabije' omgeving vindt plaats in het voorjaar van 2006 in Turkije. Wilt u daar niet op wachten dan moet er de komende jaren soms flink worden gereisd om op de plaats van bestemming te komen. Bij de komende totale zonsverduistering op 4 december 2002 komen zelfs twee continenten in beeld, opnieuw Afrika maar ditmaal valt ook Australië in de prijzen!

In Afrika viel de eclips vorig jaar dus in het 'droge' seizoen, gemiddeld gekenmerkt door weinig bewolking. De 2002-eclips valt daar nu in een heel andere tijd en dus zijn er ook andere weersomstandigheden. Australië staat aan het begin van de zomer en daar spelen de zonshoogte en tijdstip van de dag een extra belangrijke rol bij de aarnemingsomstandigheden. Om de kans op een succesvolle eclipswaarneming zo groot mogelijk te maken is een studie van het weer in de totaliteitszones dus van groot belang.

Satellietfoto-analyses

In Afrika en Australië worden op veel plaatsen weerkundige metingen verricht, soms al gedurende vele decennia. Op grond van die meetreeksen is al een redelijk beeld van de gemiddelde bewolkingsgraad te verkrijgen. De laatste decennia is er echter een mooi hulpmiddel bijgekomen... de weersatelliet. Het grote voordeel van dit instrument is dat het door middel van foto's een compleet beeld van de bedekkingsgraad door wolken geeft en dat over grote gebieden. Juist in afgelegen streken, waar nauwelijks waarnemingsreeksen van reguliere weerstations bestaan, zijn die satellietbeelden een enorme uitkomst. Van voorgaande jaren kan nu in het bewuste seizoen worden bekeken wat de wolkensamenstelling was gedurende de weken rond eclipsdatum. Die informatie vormt dan een klimatologische vingerafdruk voor eclips-day zelf. Zo ontstaat een beeld van de gemiddeld minst en de gemiddeld meest bewolkte locaties. Nog meer zekerheid op een succesvolle eclipswaarneming biedt het gebruik van actuele satellietbeelden. Hooguit 12 tot 24 uur van tevoren wordt dan bekeken of de oorspronkelijk geplande locatie inderdaad de beste is of dat misschien moet worden uitgeweken naar een reserveplek.

Afrika versus Australië

Uit analyses, gebaseerd op een enorm aantal satellietfoto's, blijkt dat de gemiddelde bewolkingsgraad rond 4 december (op eclipstijd) langs het totaliteitspad in Afrika groter is vergeleken met dat in zuid-Australië. De kans op weinig of geen bewolking ligt in Afrika rond de 40%, in Australië op 60 tot 70%. Kijken we echter in detail naar beide continenten apart dan is er nog weer duidelijk onderscheid te vinden binnen de langgerekte stroken land. Dat heeft uiteraard te maken met de aanwezige vegetatie en de ligging van de locaties t.o.v. eventuele kusten, bergruggen etc. De gemiddelde cijferwaarden zijn natuurlijk een goed hulpmiddel bij de planning, maar ze geven geen absolute zekerheid voor de weer (lees=bewolkings) situatie op eclipsdag zelf.

Een voorbeeld hiervan levert de satellietfoto van 3 december 2001. Op de foto is het eclipspad boven zuidelijk Afrika ingetekend. De foto is gemaakt in de ochtend en levert een wolkenbeeld dat nogal varieert binnen de langgerekte strook. Zo is de zone tussen de kust van Mozambique en Zuid-Zimbabwe zwaar bewolkt, terwijl verder noordwestwaarts de Caprivistrook in Namibië volledig onbewolkt is. Deze momentopname is eigenlijk op veel plaatsten behoorlijk in tegenspraak met de klimatologisch gemiddelde bedekkingsgraad. Dit geeft aan dat interpretatie van actuele satellietfoto's vlak voor het moment suprème een extra hulp kan zijn als men de mogelijkheid heeft om nog te verkassen.

In detail is de wolkenverdeling op 3-12-2001 boven Zuidelijk Afrika te zien. De twee parallelle lijnen begrenzen de plaats waar de zon op 4 december 2002 geheel wordt verduisterd. Lees verder de toelichting over deze foto in de tekst. (Foto: Indisat/KNMI/Eumetsat).

Eclips in het continent down-under

In Australië loopt de smalle totaliteitszone door één van de droogste gebieden, maar ook daar zijn nog wel verschillen in bewolkingsgraad aanwezig. De stuwende invloed van de Flinders Range (ten noorden van Adelaide) levert soms extra bewolking terwijl de kustplaats Ceduna soms geplaagd wordt door laaghangende bewolking die binnendrijft vanaf de Great Australian Bight. Die wolkenvelden lossen soms enkele kilometers noordoostelijker al weer op, maar af en toe reiken ze veel verder landinwaarts. Uit de satellietbeeldanalyse blijkt dat de omgeving van Woomera gemiddeld één van de meest onbewolkte locaties is. Toch moet naast bewolking, ook de zonshoogte op eclipstijd worden meegenomen in de beschouwing. In Australië is de bewolkingsgraad gemiddeld wel veel minder dan in Afrika, maar staat de zon wel lager boven de horizon, waardoor het zogenaamde 'coulisseneffect' weer een rol gaat spelen.

Eclipstoerisme

Van oudsher is de NVWS betrokken geweest bij eclipsexpedities. Het reizen naar totaliteitszones werd vroeger vooral uitgevoerd door wetenschappers, met als voornaamste doel meer van zonnecorona en fotosfeer te weten te komen. Een eclips was één van de weinige mogelijkheden waarbij dat gedurende korte tijd bestudeerd kon worden. Ook nu worden eclipsen nog benut voor onderzoek, maar de grootste groep eclipsgangers bestaat uit mensen die het gewoon geweldig mooi vinden om het natuurverschijnsel te ervaren. De plotse duisternis, die majestueuze gitzwarte bol met de zilverwitte stalenkrans, het is zo'n buitengewoon indrukwekkende ervaring dat het velen een flinke reis waard is.

Professor Bleeker

In 1954 werd een eclipsreis naar Zuid-Scandinavië georganiseerd. Destijds werd al de hulp van het KNMI ingeroepen m.b.t. de locatieplanning. Op advies van professor Bleeker werd de zuidkust van Gotland in de Oostzee gekozen. In het eclipsverslag over die uiteindelijk succesvolle missie was de volgende zin te lezen: "Na het advies van professor Bleeker bleef ons niets anders over dan de zuidkust van Gotland te kiezen. Wat betekent voor ons eclipswaarnemers hiertegenover een toevallig eens wat minder geslaagde weersverwachting op een willekeurige dag in Nederland? Bravo de Bilt! Wij rekenen een volgende keer opnieuw op je voorlichting. " De omstandigheden zijn ondertussen wel veranderd. De groeiende belangstelling voor eclipsen 'ver van huis' wordt steeds meer gestimuleerd door de beschikbaarheid van het vliegtuig. Tegenwoordig is dit hét transportmiddel om de reiziger snel op de plaats van bestemming te brengen. Reisorganisaties bieden daarom steeds vaker in hun assortiment speciale 'eclipsreizen' aan.

Eclipsreizen naar Australië en Afrika

Op dit moment worden een aantal eclipsreizen naar Australië en Afrika aangeboden. Er zijn groepsreizen naar Namibië en naar Zuid-Afrika en er is een 23-daagse groepsreis naar Australië. NVWS-bestuurslid Jacob Kuiper is nauw betrokken geweest bij de voorbereidingen voor de eclipsreis naar Australië. Die reis, waar voorlopig maximaal 20 personen aan deel kunnen nemen wordt daarmee de verste eclipsreis die de NVWS in haar 100-jarig bestaan heeft helpen organiseren. In de jaren '20 van de vorige eeuw werden al expedities uitgerust naar eclipsen in Indonesië (toen nog Ned. Indië) maar ditmaal ligt de afstand tot de thuisbasis nog weer verder weg.

Deze NVWS-reis naar Australië begint 26 november en bevat, naast de eclips, een bezoek aan enkele astronomisch zeer interessante locaties. Zo is een trip gepland naar een aantal inslagkraters (Henbury, Goss Bluff en Boxhole) en een bezoek aan de grote Parkes radiotelescoop ten westen van Sydney. Ook wordt een aantal bijzondere Australische hoogtepunten in de route opgenomen, zoals de Uluru (Ayers Rock), de Olga's en een bezoek aan enkele natuurreservaten. Om de ligging van wolkenformaties op 4 december a.s. zo goed mogelijk in te schatten zal op deze reis m.b.v. actuele satellietfoto's worden beslist welke waarnemingslocatie de beste papieren heeft.

Wilt u minder ver weg dan zijn de groepsreizen naar Afrika een mogelijkheid, eventueel ook individuele arrangementen.

Meer informatie over alle eclipsreizen is te vinden op de volgende websites:

Specifieke info voor met name de NVWS-reis naar Australië Reisinfo over eclipsreizen naar Afrika
Reisinfo over eclipsreizen naar Australië

MilesTravel biedt NVWS-leden een korting op haar eclipsreizen naar Afrika en Australië en kan op verzoek een fraaie eclipsbrochure toezenden aan geïnteresseerden.

Gedetailleerde satellietfoto's van Australië zullen worden gebruikt om op 4 december 2002 de beste waarnemingslocatie voor de eclipstoeristen uit te zoeken. Voorlopig heeft locatie Woomera (rode stip) de voorkeur. (Foto: GMS-5/KNMI/Eumetsat).

Zon-en maansverduisteringen in het weer nader verklaard

Index het weer nader verklaard

Laatste wijziging: 5 juli 2002

Vragen en reacties:
Harry Geurts, PR & Voorlichting KNMI
Copyright © KNMI