Gemeente Utrecht

L.S.,

hierbij schriftelijke vragen van mevrouw drs. M.C. Mos inzake het voornemen de bijstandsuitkering in te trekken bij agressie aan de balie van de Sociale Dienst (nr. 113).

2002 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
113 Vragen van mevrouw drs. M.C. Mos
(ingekomen 5 december 2002)

Dinsdag 3 december maakten diverse media melding van agressie aan de balie van de sociale dienst in Utrecht. Het intrekken van de uitkering of dreigen daarmee voor een periode van drie maanden, zou dé oplossing zijn. GroenLinks is hierover geschokt. Dreigen met het ontnemen van bestaanszekerheid is inhumaan en net zo afkeurenswaardig als dreigingen van de klant aan het personeel van de sociale dienst. Het zal ook averechts werken. Het vergroot de macht van de consulent, werkt willekeur in de hand en ondermijnt de rechtspositie van de klant. Het zal alleen maar leiden tot nog meer agressiviteit. De roep om extra maatregelen komt voor GroenLinks als een konijn uit een hoge hoed. Tijdens een werkbezoek in juni aan de sociale dienst heeft GroenLinks begrepen dat sommige klanten het gebouw van de sociale dienst niet meer in mogen. Zij kunnen hun uitkering halen via een tussenpersoon of op het politiebureau op de Plantage. Volgens de geluiden toen werkte dat redelijk goed. GroenLinks vraagt zich af wat er in de tussentijd veranderd is. Bovendien is het van belang om het probleem in zijn totaliteit in beeld te brengen alvorens radicale maatregelen te bepleiten. Derhalve heeft de fractie van GroenLinks de volgende vragen:


1. Kan het college bevestigen dat het van mening is dat bijstandsgerechtigden die zich agressief gedragen de uitkering voor drie maanden ontzegd kan worden?
2. Is het college met ons van mening dat in een dergelijke maatregel het gevaar van willekeur schuilt en de rechtspositie van de bijstandsgerechtigde wordt geschaad?
3. Is het college met ons van mening dat een dergelijke maatregel inhumaan is omdat het de bestaanszekerheid weghaalt, een straf die voor geen enkel (gewelds)delict in het Nederlands rechtssysteem wordt gehanteerd?
4. Is het college met ons van mening dat tijdelijke intrekking van de uitkering leidt tot meer onrust, boosheid en agressiviteit?
5. Van wat voor soort agressiviteit is sprake ten aanzien van de medewerkers van de sociale dienst? Kan het college de raad informeren over frequentie, oorzaken en context? En is er sprake van een toename van agressiviteit?
6. Welke veiligheidsmaatregelen zijn er tot nu toe getroffen door de sociale dienst? Wat zijn de ervaringen ermee?
7. Is het college bereid met ons na te denken over een meer humane, transparante aanpak van dit probleem?
Met vriendelijke groet,
Bestuurscommunicatie Stadhuis.