CBS

Inflatie in november gedaald

De inflatie in Nederland is in november 2002 uitgekomen op 3,2 procent. Dit is 0,2 procentpunt lager dan in oktober. Dit blijkt uit het consumentenprijsindexcijfer van het CBS. De inflatie daalt vooral door de prijsontwikkeling van kleding, autobrandstoffen en fruit. De Nederlandse inflatie volgens de Europees geharmoniseerde index is in november 3,4 procent en daarmee eveneens 0,2 procentpunt lager dan in oktober.

Inflatie op laagste niveau sinds twee jaar
De inflatie is in november uitgekomen op 3,2 procent. Dit is het laagste niveau sinds december 2000. De daling van de inflatie in november is echter bescheiden. In de periode mei tot en met oktober schommelde het inflatiecijfer tussen 3,3 en 3,5 procent. Vooral de prijsontwikkeling van kleding, autobrandstoffen en fruit draagt bij aan de daling van de inflatie. De prijzen van deze drie artikelgroepen daalden van oktober op november 2002 iets sterker dan van oktober op november 2001.

Daling van prijzen in november
Van oktober op november 2002 zijn de prijzen gemiddeld 0,3 procent gedaald. Deze daling is wat sterker dan in dezelfde periode het jaar ervoor. Voedingsmiddelen werden deze maand goedkoper, vooral vers fruit. Ook kleding daalde in prijs. De prijzen van autobrandstoffen daalden naar het laagste niveau sinds maart van dit jaar. Er zijn deze maand geen belangrijke prijsverhogingen gemeten.

Afgeleide consumentenprijsindex
De inflatie volgens de afgeleide consumentenprijsindex voor werknemersgezinnen met een laag inkomen komt in november van dit jaar uit op 3,2 procent. Dat is even hoog als in oktober. Deze index wordt vaak gebruikt voor het aanpassen van overheidstarieven, CAO's en andere contracten. De samenloop van een ongewijzigd inflatiecijfer volgens deze afgeleide reeks en de daling van het inflatiecijfer in de reeks voor alle huishoudens is deze maand geheel toe te schrijven aan afrondingsverschillen.

Inflatie volgens Europese norm
Het CBS stelt niet alleen de nationale consumentenprijsindex samen, maar ook de Europees geharmoniseerde consumentenprijsindex voor Nederland (HICP). Deze index maakt deel uit van het inflatiecijfer van de Eurozone dat een officieel richtsnoer vormt voor het monetaire beleid van de Europese Centrale Bank. In november 2002 komt de inflatie in Nederland volgens de HICP uit op 3,4 procent. Dat is 0,2 procentpunt lager dan in oktober. In het afgelopen jaar is de inflatie volgens de geharmoniseerde HICP sneller gedaald dan volgens de nationale CPI. Dit verschil hangt samen met de verschillen in het artikelenpakket. De belangrijkste zijn de toegerekende huur voor eigen woningen en de tarieven voor medische zorg. De toegerekende huur voor de eigen woning maakt wel deel uit van het pakket van de CPI maar niet van de HICP. Tarieven voor medische verzorging voor particulier verzekerden dragen wel bij aan de HICP maar niet aan de CPI. De prijsontwikkeling van deze artikelen zorgt voor de snellere daling van de HICP.

Verschil tussen inflatie in Nederland en Eurozone neemt af In oktober bedroeg de inflatie in de Eurozone gemiddeld 2,3 procent. Dat was 0,2 procentpunt hoger dan in september. Eurostat verwacht dat de inflatie in de Eurozone als geheel in november zal teruglopen van 2,3 naar 2,2 procent. Sinds mei 2000 kent Nederland een inflatiecijfer dat voortdurend hoger is dan het gemiddelde in de Eurozone. Het verschil was het grootst in het najaar van 2001, toen de inflatie in Nederland gedurende enkele maanden 3,1 procentpunt hoger was dan gemiddeld in de Eurozone. In de loop van 2002 is het verschil duidelijk kleiner geworden. In januari ging de Nederlandse inflatie nog 2,2 procentpunt uit boven het gemiddelde van de Eurozone (Nederland 4,9 procent, Eurozone 2,7 procent). In november is het verschil afgenomen tot 1,2 procentpunt. In vier landen van de Europese Unie is de inflatie in oktober 2002 hoger dan in Nederland: Ierland, Portugal, Spanje en Griekenland. De uitkomst van de Nederlandse HICP over november is tot nu toe de laagste van het jaar 2002. In de totale Eurozone werd de laagste uitkomst in juni gemeten. Tussen juni en november is de inflatie in Nederland 0,5 procentpunt gedaald en in de Eurozone gemiddeld 0,4 procentpunt gestegen. De uitkomsten over november voor de afzonderlijke landen van de Eurozone en van de Europese Unie zullen op 16 december worden gepubliceerd door Eurostat, het Europese statistische bureau.

Basisverlegging in januari 2003
In januari 2003 start het CBS met een nieuwe reeks van de consumentenprijsindex (CPI) met als basisjaar 2000. De eerste publicatie van deze reeks zal plaatsvinden op 6 februari 2003. Vanaf deze datum zal het tijdstip van publicatie op donderdag zijn in plaats van op vrijdag. Informatie over de wijzigingen is te vinden op de website van het CBS Basisverlegging van de consumentenprijsindex.

Technische toelichting
De inflatie in Nederland wordt gemeten als de stijging van de consumentenprijsindex ten opzichte van de overeenkomstige periode in het voorgaande jaar. De consumentenprijsindex (CPI) geeft het prijsverloop weer van een pakket goederen en diensten, zoals dit in 1995 gemiddeld werd aangeschaft door huishoudens in Nederland. De gemiddelde prijsverandering heeft betrekking op het consumptiepakket van alle huishoudens. De geharmoniseerde indices dienen speciaal voor het vergelijken van de inflatie tussen de lidstaten van de Europese Unie. Zie hiervoor ook de persmededeling 'Geharmoniseerde Index van Consumentenprijzen' van 7 maart 1997. De consumentenprijsindex voor de monetaire unie (EURO-12, CPIMU) geeft de gemiddelde prijsontwikkeling weer in de landen die deelnemen aan de Economische en Monetaire Unie, ofwel de Eurozone. Tot december 2000 waren dat 11 lidstaten. Vanaf januari 2001 heeft de CPIMU betrekking op de Eurozone inclusief het nieuw toegetreden Griekenland. De EU-15 geeft de gemiddelde prijsontwikkeling weer in de 15 lidstaten van de Europese Unie. Het belangrijkste verschil tussen de geharmoniseerde index en de nationale consumentenprijsindex betreft de consumptiepakketten waarop zij betrekking hebben. Wonen in een eigen huis (huurwaarde), consumptiegebonden belastingen (onroerendezaakbelasting, motorrijtuigenbelasting e.d.) en contributies aan sportverenigingen, maatschappelijke organisaties e.d. worden bijvoorbeeld wel meegenomen in de nationale index, maar niet in de geharmoniseerde. Anderzijds is in de geharmoniseerde index een groter deel van de kosten van de gezondheidszorg inbegrepen dan in de nationale index. Een ander verschil tussen beide indices is dat in de nationale index de prijsstijgingen van de particuliere consumptie van Nederlanders in het buitenland wordt meegenomen. Daarentegen weegt in de geharmoniseerde index de particuliere consumptie van buitenlanders in Nederland mee. In de afgeleide consumentenprijsindices van het CBS is het effect van veranderingen in de tarieven van de productgebonden belastingen en subsidies en van de consumptiegebonden belastingen uit de prijsontwikkeling geëlimineerd. De consumentenprijsindex voor werknemersgezinnen met een laag inkomen is gebaseerd op het pakket goederen en diensten dat in 1995 werd aangeschaft door werknemersgezinnen met een bruto gezinsinkomen beneden de mediaan van de inkomensverdeling van de werknemersgezinnen.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de persdienst van het CBS. Tel. (070) 337 58 16 Fax (070) 337 59 71 E-mail: persdienst@cbs.nl

PB02-249
6 december 2002
9.30 uur
Centraal Bureau voor de Statistiek
Persbericht