OPEN UNIVERSITEIT NEDERLAND

Werkgroep: kleinere gemeenten gebaat bij SETA-model

Werkgroep 'De Kornuyten', verbonden aan de Open Universiteit Nederland, brengt maandag 9 december aanstaande het boek 'Samen en toch apart' (SETA) uit. Centraal hierin staat het organisatieontwerp waarbij gemeenten zelfstandig blijven bestaan, maar tevens het grootste deel van de ambtelijke apparaten wordt samengevoegd in een pool, 'facilitair bedrijf' genoemd. Deze pool werkt voor afzonderlijke gemeentebesturen, die opdrachten geven. De gemeentebesturen hebben elk ook ambtenaren ter beschikking, maar dat aantal is beperkt en vooral gericht op het formuleren van opdrachten aan het facilitair bedrijf. Volgens dit model behoudt het gemeentebestuur het politiek primaat en houden ze het gezag over de ambtenaren.
Het gaat in het SETA-model dus om de combinatie van schaalbehoud van de bestaande politiek en bestuur, dicht bij de mensen, en een bundeling van de ambtelijke kennis en competenties, ook wel opschaling genoemd. Daarmee is SETA een interessant nieuw menu op de menukaart van het binnenlands bestuur. Herindeling is immers 'uit'.

Vrijwilligheid
Volgens de werkgroep blijken veel gemeenten met een omvang van zo tussen de 70 en 140 ambtenaren ook na herindeling te klein om hun taken voor burgers op niveau te verwezenlijken. Ze schieten tekort omdat ze bepaalde thema's niet kunnen oppakken, besteden erg veel werk uit, maken juridische en andere fouten en zijn niet steeds slagvaardig. De pooling van ambtenaren maakt zowel de herschikking van personeel op functies mogelijk als de entree van nieuwe specialismen. Willen gemeenten een antwoord hebben op uitdagingen zoals de verdere juridisering van bestuur, de Europeanisering van bestuur, ict-toepassingen, meer interactieve beleidsvoering, en meer her-, bij- en omscholing van personeel (life long learning), dan is de schaalvergroting in de vorm van een ambtelijke pooling dringend geboden. Hierdoor kunnen de burgers betere producten en diensten krijgen dan nu, aldus de werkgroep, die onder leiding staat van hoogleraar Bestuurskunde prof. dr. A.F.A. Korsten.

Alternatief voor herindeling
SETA kan vermoedelijk geen alternatief zijn voor vraagstukken van de 'grote stad' maar wel voor gemeentelijke herindeling in grote delen van het platteland. Ook voor de niet steeds vlottende (gewestelijke) intergemeentelijke samenwerking is het SETA-model een oplossing. Bij gewestelijke samenwerking komen burgers er namelijk niet via directe verkiezingen aan te pas. Er is sprake van verlengd lokale bestuur. Het zijn de raadsleden die de gewestelijke organen bevolken. Bij SETA blijft de politiek juist dicht bij de burgers en kunnen kiezers bij verkiezingen 'afrekenen'. Het ontwerp van werkgroep sluit dan ook aan bij de tijdgeest die juist nieuwe bestuurlijke experimenten vraagt.

Lappendeken
Het SETA-model zou uitstekend de plaats in kunnen nemen van de lappendeken aan ad-hoc samenwerkingsverbanden die kleinere gemeenten aangaan voor bepaalde diensten (verstrekking van uitkeringen, openbare werken, huisvuilophaal, milieubeleid en -handhaving, etc.) Het model kent een grote gebruiksvriendelijkheid en krijgt vooral betekenis als gemeenten er vrijwillig toe overgaan. Het model is interessant voor die bestuurders en politici die niet wensen over te gaan tot herindeling of verlengd lokaal bestuur. Het heeft het grote voordeel dat het bestuur relatief dicht bij burgers blijft en kiezers kunnen 'afrekenen'. Het democratisch gehalte van dit voorstel is hoog terwijl toch ook de slagvaardigheid in en kwaliteit van het bestuur in het belang van burgers toeneemt.

Pre-test
Er blijkt in de praktijk grote behoefte aan dit nieuwe menu. De meeste leden van de werkgroep zijn ook in de praktijk werkzaam. Tot de groep behoren onder andere een burgemeester, enkele gemeentesecretarissen en enkele adviseurs. Het SETA-model is bovendien eerst uitgetest bij een aantal externe beoordelaars, waaronder een lid van de directie van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten.