Partij van de Arbeid

PERSBERICHT

Den Haag, 12 december 2002

Eerste reactie van de PvdA-fractie op het enquêterapport 'De bouw uit de schaduw'

Met 'De bouw uit de schaduw' heeft de enquêtecommissie een omvattend rapport geproduceerd waarvoor door de commissie en haar medewerkers veel werk is verzet. Daarvoor past waardering. Die waardering geldt ook het feit dat het rapport veel op de toekomst gerichte aanbevelingen bevat. De PvdA-fractie waardeert dat zeer.

Deze aanbevelingen verdienen een diepgaand politiek debat en een politieke beoordeling.

Uit het rapport komt het beeld naar voren dat op grote schaal gehandeld is in strijd met elementaire eisen die het Europese recht en ons nationale recht aan een gezond economisch verkeer stellen. Ook blijkt er sprake te zijn van een wijdverbreide cultuur van smeren en fêteren. Dat er aanwijzingen zijn dat dit alles zich niet beperkt tot de GWW -sector maar veel wijder verbreid is maakt het beeld nog ernstiger. De schade voor de samenleving van deze handelwijzen is aanzienlijk, zo heeft de commissie berekend.

Het is verbijsterend dat dit alles zo lang heeft kunnen bestaan. De PvdA-fractie stelt op basis van het enquêterapport vast dat er in feite sprake is geweest van 2 werelden. In de ene wereld wist iedereen van onderlinge en verboden afspraken. In de andere wereld werden signalen, die op het bestaan van deze wereld wezen, genegeerd of niet serieus genoeg genomen.

Als individuele mensen (de klokkenluiders) hun verantwoordelijkheid niet hadden genomen was een en ander waarschijnlijk nog later - zo al ooit - naar buiten gekomen.

De PvdA-fractie onderschrijft op basis van het rapport van de enquêtecommissie de ernst van het feit dat velen te laconiek zijn geweest en te weinig hun verantwoordelijkheid hebben genomen. Ook de weinig alerte houding van juist die organisaties die verantwoordelijk zijn voor het bewaken van de naleving van regels is zeer ernstig. Het oordeel over het Openbaar Ministerie is helaas wederom negatief. Ook de Nma is tekort geschoten.

Dat accountants evenmin misstanden aan de kaak hebben gesteld verergert het beeld alleen nog maar. De verwachting t.a.v. accountants is immers dat wat zij hebben gecontroleerd "deugt".

Corruptie is voorgekomen maar bepaalt - gelukkig - niet het beeld. Dat deze corruptiezaken zo voortvarend mogelijk door het O.M. moeten worden aangepakt staat voor de PvdA-fractie vast.

De commissie heeft vervolgens vastgesteld dat minister Korthals de kamer onjuist heeft geïnformeerd. De PvdA-fraktie vindt dat een ernstig te nemen bevinding. Evenzeer is het ernstig dat de communicatie tussen minister en het O.M. en binnen het O.M. zo gebrekkig is verlopen.

Dat minister Jorritsma met Koop naar Inzell is geweest was al langer bekend. Achteraf bezien had ook de Kamer hier destijds alerter op moeten reageren, Het is immers van groot belang dat politici de schijn van belangenverstrengeling weten te vermijden.

Minister Netelenbos heeft nooit bewijs gezien voor illegale praktijken als het ophogen van de inschrijfprijs, onderlinge afspraken en onderlinge verrekeningen. Het rapport van de enquêtecommissie constateert dat haar visie kennelijk mede was gebaseerd op groot vertrouwen in haar ambtenarenapparaat. Daarmee verkeerde ook zij in de wereld van hen die wel hadden moeten weten maar niet wisten dat er veel mis was.