Ministerie van Algemene Zaken

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Persbericht ministerraad
20 december 2002

MINISTERRAAD STEMT IN MET WETSVOORSTEL CAMERATOEZICHT IN DE OPENBARE RUIMTE

Gemeenteraden krijgen de mogelijkheid vaste toezichtcamera's te plaatsen voor het handhaven van de openbare orde en de veiligheid in de openbare ruimte. Dat mag alleen waar dat nodig is; er moet sprake zijn van een gebied waar zich in de praktijk onveilige situaties voordoen of met enige regelmaat wanordelijkheden plaatsvinden. Ook moet vaststaan dat het niet mogelijk is om met minder ingrijpende instrumenten de veiligheid te verbeteren. Het is de taak van de burgemeester om het besluit van de gemeenteraad uit te voeren. In overleg met de officier van justitie stelt de burgemeester de periode vast waarin de camera's daadwerkelijk gebruikt worden. De politie krijgt de operationele regie over het cameratoezicht. Dat er in een bepaald gebied cameratoezicht is, moet voor iedereen duidelijk zijn, bijvoorbeeld door borden. De camera's mogen niet in privé-vertrekken of op privé-terreinen kunnen filmen.

Dat staat in het wetsvoorstel over cameratoezicht in de openbare ruimte, waarmee de ministerraad op voorstel van minister Remkes van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, mede namens minister Donner van Justitie heeft ingestemd. Het wetsvoorstel heeft alleen betrekking op cameratoezicht door de overheid in openbare ruimtes als wegen, pleinen, parken en winkelpassages. Voor cameratoezicht door private organisaties in bijvoorbeeld winkels, postkantoren, parkeergarages of gemeentehuizen blijft de Wet bescherming persoonsgegevens van kracht.

De camerabeelden kunnen rechtstreeks worden bekeken door de politie of door ander personeel onder regie van de politie. De beelden mogen maximaal zeven dagen worden bewaard. Deze termijn wordt verlengd als de beelden nodig zijn bij de opsporing van strafbare feiten. De beelden vallen onder de Wet politieregisters. Dit betekent dat de beelden alleen onder voorwaarden getoond worden aan degenen die daar recht op hebben met het oog op opsporing nadat een strafbaar feit is gepleegd.

De ministerraad heeft ermee ingestemd dat het wetsvoorstel voor advies aan de Raad van State zal worden gezonden. De tekst van het wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State wordt pas openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.

RVD, 20.12.2002