Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 2509 LV Den Haag der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA `s-GRAVENHAGE Telefax (070) 333 40 33

Uw brief Ons kenmerk ABG/ESM/03/28733

Onderwerp Datum ESF 1994-1999

I. Algemeen

De VCSZW verzoekt in haar brief van 4 april jl. om informatie m.b.t. de afwikkeling van ESF 1994-1999. Via deze brief doe ik u deze informatie toekomen.

In de brief aan de TK van 15 januari jl. heb ik aangegeven dat Nederland de eindafrekeningen van alle ESF-programma's 1994-1999 uiterlijk 31 maart 2003 bij de Europese Commissie ter afwikkeling moest indienen.

Per 27 maart heeft Nederland de laatste eindafrekeningen over de periode 1994-1999 in Brussel ingediend. Het gaat hierbij om eindafrekeningen van in totaal 24 ESF-programma's. Waar vereist is eveneens een certificerende verklaring afgegeven door de Departementale Accountantsdienst. Hiermee is voldaan aan de Europese vereisten voor een tijdige indiening.

Zoals is aangegeven in mijn brief van 15 januari 2003 vindt de afwikkeling van ESF 1994-1999 plaats op twee niveaus: het niveau lidstaat-Europese Commissie en het niveau projecten-lidstaat (TK 2002-2003, aanhangsel bij handelingen, 1279-1280). Pas op het moment dat alle resterende activiteiten op beide niveaus zijn afgewikkeld, kan de definitieve balans worden opgemaakt van het eindbeeld ESF 1994-1999.

De verwachting is dat dit t.a.v. het niveau lidstaat-Europese Commissie in het voorjaar 2004 het geval zal zijn. Het is echter niet mogelijk aan te geven wanneer de resterende activiteiten op het niveau projecten-lidstaat afgerond zullen zijn. Dit is afhankelijk van het moment waarop de rechtbank beroepszaken ESF op `de rol' plaatst. Ook de doorlooptijd van een beroepsprocedure is ongewis, aangezien na uitspraak van deze rechter de mogelijkheid van hoger beroep openstaat.




---

Op dit moment kan daarom slechts een prognose van het eindbeeld worden gepresenteerd. Er kunnen derhalve afwijkingen optreden in de hieronder genoemde bedragen. Voordat ik onder II tot een cijfermatige prognose kom, ga ik hieronder eerst in op de factoren die van invloed zijn op het eindbeeld ESF 1994-1999.

I.a. Niveau lidstaat-Europese Commissie

1. Bepalen saldo eindafrekeningen
De Europese Commissie zal voor eind september t.a.v. elk van de eindafrekeningen het eindsaldo bepalen. Het eindsaldo is het verschil tussen het bedrag dat Nederland in de periode 1994-1999 per programma bij de Europese Commissie heeft gedeclareerd en het bedrag van ontvangen voorschotten vanuit Brussel op het betreffende programma.

Om tot dit eindsaldo te kunnen komen, bepaalt de Europese Commissie per eindafrekening de invloed van de koersverschillen die in de periode 1994-1999 zijn opgetreden in de verhouding ECU-NLG-EURO van zowel de in Brussel ingediende declaraties als de vanuit Brussel ontvangen voorschotten. Dit maakt dat op dit moment het eindsaldo niet definitief bepaald kan worden.

2. Controle op ingediende eindafrekeningen
In december 2003 zal de Europese Commissie zich een definitief oordeel vormen over de juistheid en rechtmatigheid van de door Nederland ingediende eindafrekeningen. Na het afronden van deze werkzaamheden zal de Europese Commissie elk van de 24 ESF- programma's afsluiten via een beschikking. Op het moment dat alle ESF-programma's zijn afgesloten kan de definitieve balans van de financiële gevolgen ESF 1994-1999 in de relatie lidstaat-Europese Commissie bepaald worden.

I.b Niveau projecten-lidstaat

3. Bezwaar- beroepsprocedures
Op dit moment loopt nog een groot aantal bezwaar- en beroepsprocedures. Ik heb u hierover via mijn brief van 15 januari 2003 geïnformeerd.

4. Terugvorderingen
Zoals de TK reeds eerder is meegedeeld, vordert het Agentschap SZW eventueel teveel verstrekte voorschotten terug bij aanvragers.

5. Arbeidsvoorziening
In de brief aan de TK van 29 november 2002 over de slotbalans Arbeidsvoorziening heb ik aangegeven dat de aard van de tekortkomingen maakt dat de onzekerheden in de financiële verhouding tussen SZW, de ESF-projecten en Arbeidsvoorziening slechts beperkt oplosbaar zullen zijn. Dit kan gevolgen hebben bij het bepalen van de uiteindelijke eindbeeld ESF 1994- 1999.




---

II. Prognose eindbeeld ESF 1994-1999

Met inachtneming van de onzekerheden zoals hierboven geschetst ontstaat op grond van de bij de Europese Commissie ingediende eindafrekeningen het volgende voorlopige eindbeeld ESF 1994-1999. De bedragen zijn afgerond op 10-tallen miljoenen euro.

Voor de periode 1994-1999 was in totaal voor de lidstaat Nederland een ESF-bedrag van 1.510 mln beschikbaar voor projecten voor reïntegratie- en scholingsprojecten. Per 27 maart 2003 heeft Nederland bij de Europese Commissie een ESF-bedrag gedeclareerd van 1.020 mln. De Europese Commissie heeft over de periode 1994-1999 een bedrag van 1.100 mln aan voorschotten aan Nederland verstrekt.

II.a Niveau lidstaat Europese Commissie

Een eerste voorlopige berekening is dat Nederland een bedrag van ongeveer 80 mln aan teveel ontvangen voorschotten moet terugbetalen aan de Europese Commissie (1.100 mln minus 1.020).

Het Agentschap SZW verwacht dat op het moment dat de financiële afwikkeling tussen de aanvragers en het Agentschap volledig gereed is er -als gevolg van de ingezette terugvorderingen bij aanvragers- een positief saldo van 25 mln zal resteren. Dit bedrag kan worden ingezet ter dekking van het voorlopige eindsaldo van ongeveer 80 mln. Resteert een te dekken bedrag van 55 mln. Voor de afwikkeling ESF 1997-1999 is geen separate dekking voorzien. Wel is bij voorjaarsnota 2002 een voorziening getroffen op de aanvullende post Suwi/Arbvo/ESF ter bedrage van in totaal 95 mln.

II.b Niveau projecten-lidstaat

Voor de periode 1994-1999 was in totaal voor de lidstaat Nederland een ESF-bedrag van 1.510 mln beschikbaar voor projecten voor reintegratie- en scholingsprojecten. Per 27 maart 2003 heeft Nederland bij de Europese Commissie een ESF-bedrag gedeclareerd van 1.020 mln

Het verschil van 490 mln valt uiteen in twee delen: onderrealisatie en onregelmatigheden.

Onderrealisatie +/- 250 Onregelmatigheden 157 '94 ­ `96
Onregelmatigheden +/- 77 '97 ­ `99

+/- 490
Onderrealisatie
Onderrealisatie is ESF-geld dat niet tot besteding is gekomen. Van het beschikbare bedrag van 1.510 mln is een bedrag van ongeveer 120 mln nooit beschikt op aanvraag. Dit bedrag is geheel




---

ongebruikt gebleven. Daarnaast is een bedrag van ongeveer 130 mln wel beschikt op aanvraag maar niet gedeclareerd door aanvragers. Een aanvrager begrootte bijvoorbeeld de instroom van 100 deelnemers maar wist uiteindelijk de instroom van 80 deelnemers te realiseren. De einddeclaratie die de aanvrager bij de subsidieverstrekker indient is navenant lager.

Onderrealisatie leidt derhalve niet tot financiële schade, het is ESF-budget dat niet is gebruikt.

Onregelmatigheden
Onregelmatigheden zijn het verschil tussen de som van door aanvragers ingediende einddeclaraties en door de subsidieverstrekker vastgestelde eindbeschikkingen t.b.v. deze aanvragers. Onregelmatigheden leiden niet tot financiële schade voor Nederland voor zover deze onregelmatigheden op individuele projectaanvragers kunnen worden verhaald. De enige uitzondering op deze regel betreffen de projecten van Arbeidsvoorziening. Volledigheidshalve zij verwezen naar de brief aan de TK van 1 juli 2002.

In zijn rapport over ESF 1994-1999 merkt de onderzoeker, de heer Koning, op "dat het begrip onregelmatigheid, samen met allerlei misverstanden rond dat begrip heeft bijgedragen aan de negatieve beeldvorming rond ESF 1994-1999." De heer Koning heeft met zijn rapport vastgesteld dat "de geconstateerde onregelmatigheden in feite in verreweg de meeste gevallen voorstelbare, onopzettelijke misverstanden over de ­soms complexe en naar Nederlandse maatstaven niet altijd voor de hand liggende regels van de EU, danwel reële meningsverschillen van met de EU over ESF-regels betroffen." Onregelmatigheid is derhalve niet synoniem aan (vermoedens van) fraude.

Het bedrag van ongeveer 240 mln is samengesteld uit twee delen: onregelmatigheden 1994-1996 en onregelmatigheden 1997-1999.

Zoals de TK gemeld is het bedrag aan onregelmatigheden bij projecten ESF 1994-1996 door de Europese Commissie vastgesteld op 157 mln. Deze onregelmatigheden ESF 1994-1996 waren niet verhaalbaar op individuele projectaanvragers en leidden derhalve tot financiële schade. Dit bedrag van 157 mln is in juni 2002 terugbetaald aan de Europese Commissie. Het beroep dat Nederland hiertegen heeft ingesteld is eind 2002 ingetrokken.

De onregelmatigheden 1997-1999 bedragen volgens onze berekeningen 77 mln. Dit bedrag is niet bij Brussel gedeclareerd. Het Agentschap SZW vordert teveel verstrekte voorschotten terzake terug bij aanvragers.

Tot besluit
Zodra een meer definitieve uitkomst van het eindbeeld ESF 1994-1999 bekend is, zal ik u hierover nader informeren. Ik verwacht het eerst volgende bericht in oktober te kunnen versturen als de Europese Commissie het eindsaldo heeft bepaald (zie onder I.a).

De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,



5

(mr. A.J. de Geus)