Vrije Universiteit Amsterdam
veb@dienst.vu.nl
---
Eindelijk eens een probleem dat zichzelf oplost
Bacteriën voorkomen verspreiding vuilstortverontreiniging
Het probleem van grondwaterverontreiniging door de vierduizend oude
vuilstortplaatsen in Nederland blijkt beter beheersbaar dan gedacht.
Dit komt doordat bacteriën en natuurlijke processen de verontreiniging
die uit een vuilstort lekt, opruimen. Tot die conclusie komt
milieuwetenschapper Boris van Breukelen, die op donderdag 12 juni
promoveert aan de Faculteit der Aard- en Levenswetenschappen van de
Vrije Universiteit.
Doordat bacteriën meehelpen de bodem te reinigen, helpen zij op veel
plekken de saneringsdoelstellingen te halen zonder dat wij actief de
bodem hoeven te saneren. Saneren met conventionele technieken is vaak
duur en weinig effectief. Het blijft wel noodzakelijk om in de gaten
te houden of de natuur erin slaagt verdere verspreiding van
verontreiniging tegen te gaan, maar verder zijn er alleen maar
voordelen.
Het verontreinigde water dat uit een vuilstort naar het grondwater
lekt, wordt gezuiverd door micro-organismen die mobiele organische
verontreinigingen biologisch afbreken. Dat leidt er, samen met
verdunning van de verontreiniging en binding van verontreiniging aan
bodemdeeltjes, toe dat het grondwater met toenemende afstand tot de
stort weer gezuiverd raakt. Zo ontstaat vaak een evenwichtssituatie
waarbij verdere verspreiding van de verontreinigingen uit de vuilstort
niet plaatsvindt. Dit verschijnsel heet ´natural attenuation´
(letterlijk: natuurlijke afneming).
Van Breukelen deed zijn onderzoek naar biogeochemische processen en
factoren die leiden tot een afname in concentratie van verontreinigd
grondwater rond de voormalige gemeentelijke huisvuilstort Banisveld in
Boxtel in Noord-Brabant. Met rekenmodellen van reactief
grondwatertransport kan hij de verspreiding in tijd en ruimte van de
pluim met verontreinigingen verklaren. Bacteriën die ijzer in plaats
van zuurstof gebruiken in hun ademhaling, zorgen voor de afbraak van
organisch materiaal in de pluim. Om de afbraak van vervuiling te
kunnen voorspellen en eventueel te beïnvloeden, is meer kennis nodig
over de factoren die de snelheid van bacteriële ijzer-ademhaling
bepalen en de gevolgen van het opraken van ijzer.