De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
Datum Uw brief Ons kenmerk
(Kenmerk)
5 juni 2003/ DGB 2003-3134 U
2020312550
Onderwerp
Vragen van de leden Koopmans en Van
Vroonhoven-Kok over de opbrengst van de
Wbm-heffing 2002
Mede namens de staatssecretaris van Financiën,
doe ik u hierbij de antwoorden toekomen op de
schriftelijke vragen van de leden Koopmans en
Van Vroonhoven-Kok over de opbrengst van de
Wbm-heffing 2002.
DE MINISTER VAN FINANCIËN
Vraag 1
Kent u de antwoorden van de staatssecretaris van
Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer (d.d. 27 mei jl.) op de vragen van
de vaste commissie voor Volkshuisvesting,
Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer over het
Landelijk Afvalbeheerplan 2002-2012 en het
antwoord op de vraag over de Wbm-heffing in het
bijzonder?
Antwoord
Ja
Vraag 2
Kan een verklaring worden gegeven voor het feit
dat blijkens het jaarverslag 2002 de
afvalstoffenbelasting (Wbm-heffing) 90 miljoen
euro minder heeft opgebracht dan begroot?
Antwoord
In het Financieel Jaarverslag van het Rijk 2002
(FJR) (kamerstukken 2002 - 2003 28 800, nr 1)
zijn de belastingontvangsten op EMU-basis in
2002 opgenomen. Voor de Afvalstoffenbelasting is
het verschil tussen de Ontwerpbegroting (OB)
2002 en de uitkomsten van het FJR 90 mln euro.
Dit verschil kan deels worden verklaard uit het
feit dat de raming voor de OB 2002 is gebaseerd
op de vermoedelijke realisatie 2001 vermeerderd
met autonome mutaties en endogene groei. De
vermoedelijke realisatie over 2001 was 239 mln
euro, terwijl de uiteindelijke realisatie over
het jaar 2001 219 mln euro is gebleken. Deze
lagere realisatie werkt door naar 2002. Om die
reden moet de raming met 20 mln euro naar
beneden worden bijgesteld. Het andere deel van
het verschil kan worden verklaard door de afname
van de hoeveelheid gestort brandbaar afval. Deze
afname is het resultaat van de toegenomen
nuttige toepassing van afvalstoffen in Nederland
en export van afvalstoffen die in het buitenland
nuttig kunnen worden toegepast.
Vraag 3
Is uw departement betrokken bij de opsporing,
het voorkomen en bestrijden van ontwijking en
ontduiking van de Wbm-heffing bij de door de
VROM-inspectie geconstateerde onregelmatigheden
ten aanzien van de export van afval? Zo neen,
waarom niet?
Antwoord
De VROM-Inspectie en de Belastingdienst hebben
bij uitvoering en handhaving van
milieubelastingen regulier overleg, waarbij ook
het onderwerp export van afval aan de orde is
geweest. De VROM-Inspectie is verantwoordelijk
voor de controle en handhaving van de
exportbeschikkingen. Als de VROM-Inspectie
onregelmatigheden zou vaststellen bij export van
nuttig toepasbare afvalstoffen zouden dat
overtredingen zijn van de
afvalstoffenregelgeving, in casu de Europese
Verordening betreffende toezicht en controle op
de overbrenging van afvalstoffen binnen, naar en
uit de Europese Gemeenschap (EVOA). De
Belastingdienst heeft daarin geen rol.
---
Vragen van de vaste commissie voor VROM over
het Landelijk Afvalbeheerplan 2002-2012,
Kamerstuk 27 664/28 600 X!, nr. 14.
Ministerie van Financiën