Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van

uw kenmerk

ons kenmerk
VVA. 2003/2604
datum
09-09-2003

onderwerp
DNA-onderzoek Kootwijkerbroek
TRC 2003/6832

bijlagen

---

Geachte Voorzitter,

Hierbij bericht ik u over de uitslag van het DNA-onderzoek dat plaats heeft gevonden in het licht van de mond- en klauwzeeruitbraak in Kootwijkerbroek.

In mei dit jaar heeft een veehouder uit Kootwijkerbroek de rechtbank verzocht om een deskundigenonderzoek naar de monsters van het besmette bedrijf in Kootwijkerbroek. De rechtbank heeft dit verzoek toegewezen. Het verzoek tot het onderzoek vloeide voort uit de twijfel bij de betreffende veehouder of de monsters, waarin MKZ is aangetroffen, daadwerkelijk afkomstig zijn van hetzelfde dier, en of dit dier verwant is met het door hem aangewezen moederdier. Om dit te onderzoeken is een onafhankelijke deskundige gevraagd eiwit- en DNA-bepalingen te doen op vijf monsters (vier bloedmonsters en één monster van materiaal van de kop) afkomstig van het besmette dier, en deze te vergelijken met het eiwit en DNA van het moederdier.

datum
09-09-2003

kenmerk
VVA. 2003/2604

bijlage

De uitslag van bovengenoemd onderzoek is 28 augustus jl. beschikbaar gekomen (zie bijlage). De hoedanigheid van de monsters heeft ertoe geleid dat op één monster alleen de eiwitbepaling, en op één monster alleen de DNA-bepaling kon plaatsvinden. Op de overige monsters zijn zowel DNA- als eiwitbepalingen uitgevoerd. De combinatie van de uitslagen maakt het mogelijk de volgende conclusies te trekken: * De vijf onderzochte monsters zijn afkomstig van één en hetzelfde dier.
* In de vier monsters waarin een DNA-profiel gevisualiseerd kon worden heeft géén vermenging met bloed van een ander dier plaatsgevonden.
* De verwantschap tussen het kalf en het moederdier is met 99,6% zekerheid vastgesteld.

Deze uitslag ondersteunt mijn eerdere stellingname dat er geen redenen zijn om te twijfelen of er zich in Kootwijkerbroek daadwerkelijk een MKZ-besmetting heeft voorgedaan.

Ik spreek de hoop uit dat de genoemde conclusies ook in Kootwijkerbroek afdoende antwoord zullen geven op de daar levende vragen omtrent de juistheid van de gestelde MKZ-diagnose.

De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,

dr. C.P. Veerman

Bijlage:
De uitslag van het onderzoek
(Niet in elektronische vorm beschikbaar)


---