Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen

persbericht

Nummer:
72

Directie:
voorlichting

03-11-2003

Status:
informatie

Rechten en plichten 18-jarigen mbo en hoger onderwijs gelijk getrokken

Het kabinet heeft ingestemd met het voorstel van staatssecretaris Nijs van onderwijs om de rechten en plichten van 18-jarigen en ouder in het mbo en hoger onderwijs gelijk te trekken. De rechten van deelnemers van 18 jaar en ouder in het middelbare beroepsonderwijs worden versterkt. Ook worden mbo-deelnemers gestimuleerd een diploma te halen door invoering van een prestatiebeurs.

Het kabinet vindt dat onderwijsdeelnemers meer op hun verantwoordelijkheid moeten worden aangesproken. Daar horen prikkels om te presteren bij. Het Nederlandse hoger onderwijs beschikt al over een dergelijk systeem met bijbehorende randvoorwaarden (studeerbaarheid en inspraak). Het mbo moet ook deze stap maken en daarom worden de rechten en plichten van de deelnemers meer in overeenstemming gebracht met die van studenten in het hoger onderwijs. Staatssecretaris Nijs verwacht dat door dit voorstel deelnemers meer invloed op het onderwijs krijgen, tot een beter beredeneerde studiekeuze komen en de ongediplomeerde uitval teruggedrongen wordt.

Versterking rechten

Het kabinet trekt jaarlijks 5 miljoen euro extra uit om de rechten van de mbo-deelnemers te versterken. Na overleg met de Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs (JOB) stelt Nijs onder meer de volgende maatregelen voor:

* Verbetering loopbaanoriëntatie en begeleiding door onder meer verbeterde intake en meer maatwerk in de begeleiding op BVE-instellingen;

* Betere voorlichting aan deelnemers over inhoud en opbouw van mbo-opleidingen, onder meer door het ontwikkelen van een keuzegids voor leerlingen in het VMBO en HAVO;

* Versterking medezeggenschap, het kabinet dient eind van dit jaar een wetsvoorstel medezeggenschap in. Dit wetsvoorstel zorgt er onder andere voor dat iedere BVE-instelling een instellingsraad voor deelnemers krijgt.

* Om een goede vertegenwoordiging van deelnemers mogelijk te maken wordt de bestuursfunctie bij het JOB aantrekkelijker gemaakt. Net als bestuursleden van studentenbonden in het hoger onderwijs krijgen de JOB-bestuursleden voortaan een financiële vergoeding in de vorm van een bestuursbeurs.

* Het kabinet overweegt een campagne te starten om het imago van het beroepsonderwijs te verbeteren.

* Studenten in het hoger onderwijs hebben de mogelijkheid om in grenslanden een studie te volgen met behoud van studiefinanciering. Ook op dit punt worden de rechten van mbo-deelnemers versterkt. Er komt een pilot om met behoud van studiefinanciering in Vlaanderen, Duitsland en Engeland mbo-opleidingen te volgen in de sectoren Gezonheid en Welzijn, Metaal en Elektro, en Economie en Administratie.

Prestatiebeurs

Om het accent op het behalen van een diploma te versterken wordt er in het mbo een prestatiebeurs ingevoerd. Net zoals in het hoger onderwijs zullen daar de basisbeurs, aanvullende beurs en de OV-studentenkaart onder vallen. Het beursdeel van studiefinanciering is voor mbo-ers momenteel een gift met alleen een aanwezigheidsplicht. Door invoering van de prestatiebeurs worden de basisbeurs, aanvullende beurs en OV-studentenkaart verstrekt als een lening en omgezet in een gift als de deelnemer een diploma behaalt. De prestatiebeurs gaat alleen gelden voor deelnemers in de niveaus 3 en 4, omdat zij het beste in staat zijn hun eigen onderwijsloopbaan te managen.

Voor deelnemers die hun diploma niet halen gelden dezelfde draagkrachtregelingen als in het hoger onderwijs. Wie niet alles kan betalen, hoeft niet alles te betalen. De prestatiebeurs voor het mbo wordt vanaf augustus 2005 ingevoerd. Jongeren die voor dat tijdstip al studiefinanciering ontvangen blijven vallen onder de huidige regels.

Ministerie van OCW
Rijnstraat 50
Postbus 16375
2500 BJ Den Haag
T: 070 412 34 56
F: 070 412 34 50
E: info@minocw.nl