Landelijk Bureau ter bestrijding van Rassendiscriminatie

LBR-bericht

Rotterdam, 3 november 2003

Geen steun voor dubbele keuring voor allochtonen in de WAO

Het Landelijk Bureau ter bestrijding van Rassendiscriminatie (LBR) meent dat het plan van Tweede Kamerlid Verburg (CDA) om Turkse en Marokkaanse werknemers een dubbele WAO-keuring te laten ondergaan geen steun verdient. Het dubbel keuren van allochtonen die in de WAO dreigen te raken, is een veel te grofmazig middel. Andere factoren die belangrijk zijn voor de WAO-instroom moeten ook in het beleid worden betrokken. De door Verburg voorgestelde maatregelen contrasteren bovendien met de begin oktober unaniem door de Tweede Kamer aangenomen uitbreiding van de Algemene Wet Gelijke Behandeling (AWGB) tot de sector sociale zekerheid.

Wanneer een tweede keuring voor alleen werknemers van Turkse en Marokkaanse werknemers wordt ingevoerd, is er sprake van wettelijk verboden onderscheid. Bij een andere formulering, zoals extra keuringen voor groepen die zijn oververtegenwoordigd in de WAO, kan er sprake zijn van indirecte discriminatie, wanneer door die maatregel voornamelijk Turkse en Marokkaanse werknemers worden getroffen. Indirecte discriminatie is alleen toegestaan wanneer er een objectieve rechtvaardiging voor is. Die zal dan nadrukkelijk moeten worden aangevoerd. Bij een extra keuring van jonge vrouwen in de WAO is er sprake van een dergelijke rechtvaardiging, gelegen in de wens om meer te weten te komen over de oorzaak van de oververtegenwoordiging. In het geval van allochtonen is reeds onderzoek verricht, waardoor over de oorzaak van de grote WAO-instroom gegevens voorhanden zijn.

In het rapport 'In de fuik' van het Verweij-Jonkerinstituut (april 2002) worden verschillende oorzaken voor de hoge instroom van allochtone werknemers in de WAO genoemd. Naast oorzaken die in de groepen zelf gevonden worden, zoals een gemiddeld lager opleidingsniveau en culturele verschillen in gezondheidsbeleving, spelen ook oorzaken mee die liggen bij de werkgever en bij de uitvoeringsorganen. Werkgevers onderkennen niet altijd dat conflicten op de werkvloer reden voor WAO-instroom zijn, conflicten die voor een deel zijn terug te voeren op discriminatie. Verder ondernemen werkgevers weinig actie om werk te maken van (verplichte) reĂŻntegratiemaatregelen. Ook het toezicht daarop door UWV's (Uitvoeringsorganen Sociale Zekerheid) is ontoereikend. Ten slotte dragen de formele regels en de informele uitvoeringspraktijk bij de UWV's bij tot een grotere instroom. Omdat het gaat om diverse oorzaken, schiet het middel van een alleen tweede keuring voor geselecteerde groepen zijn doel voorbij.

Daarnaast is opvallend dat begin oktober de Tweede Kamer unaniem stemde voor aanpassing van de Algemene Wet Gelijke Behandeling (AWGB). Daarin is als nieuw element opgenomen dat ook de sociale zekerheid gaat vallen onder de AWGB. Na invoering van de wet, die nu voor behandeling bij de Eerste Kamer ligt, kan de Commissie Gelijke behandeling klachten over uitvoering van de sociale zekerheidswetgeving in behandeling nemen. Een voorstel als dat van het CDA is moeilijk te rijmen met het wetsvoorstel.