Partij van de Arbeid



PERSBERICHT



Den Haag, 8 december 2003


PvdA pleit voor één beschermingsregime voor alle natuur in Nederland


De natuurbeschermingswet zoals die vandaag besproken wordt in de Tweede Kamer regelt wel de bescherming van Europees aangewezen gebieden, maar niet van de ecologische hoofdstructuur. Al in 1992 is de bescherming van de ecologische hoofdstructuur vastgelegd in het structuurschema Groene Ruimte, maar de regering heeft tot nu toe verzuimd deze bescherming in wetgeving te implementeren. Nu is de natuurbeschermingswet aan de orde, nu moet het dan ook geregeld worden.


Een ander punt van zorg voor de Partij van de Arbeid betreft het voorstel van de regering om de toetsing van natuureffecten uit te laten voeren in het kader van allerlei verschillende vergunningen. De natuur wordt niet meer serieus genomen. Het opnemen van natuur als criterium bij andere vergunningen betekent dat gemeenten, waterschappen en provincies opgezadeld worden met een taak waarvoor zij niet zijn ingericht. De Partij van de Arbeid vreest voor grote ongelijkheid in beoordelingen en veel zaken waarin belanghebbenden naar de rechter zullen stappen.


Voor beschermde natuurmonumenten als de Waddenzee betekent de nieuwe wet een verslechtering van de bescherming: waar vroeger alle waarden beschermd waren, zijn dat nu alleen nog de beschermde vogels, planten en dieren. De openheid van het landschap wordt dus niet meer beschermd in dit voorstel van de regering.


De PvdA pleit dan ook voor één beschermingsregime voor alle natuur in Nederland.
De PvdA stelt voor de wet te wijzigen zodat provincies de afwegingen over natuur maken en niet de toevallige vergunningverlener.
De PvdA pleit ervoor waarden als landschappelijke openheid te beschermen.