Ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801
2509 LV Den Haag
der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4
Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44
2513 AA `s-GRAVENHAGE Telefax (070) 333 40 33
Uw brief Ons kenmerk
ASEA/LIV/2003/92764
Onderwerp Datum
Inkomensbeeld 2004 na aanvullende 8 december 2003
maatregelen
Het kabinet heeft zich op 5 december gebogen over het inkomensbeleid in het algemeen en de
inkomenspositie van chronisch zieken en gehandicapten in het bijzonder. Dit heeft geleid tot
een extra pakket voor 2004 ten bedrage van 111 miljoen. De toezeggingen aan de Tweede
Kamer van 3 december zijn daarmee geconcretiseerd. De maatregelen betreffen in de eerste
plaats:
1. Amendement Verburg c.s. op de begroting van SZW ( 50 miljoen)
2. Uitbreiding specifieke uitgaven in de aftrek buitengewone uitgaven ( 24 miljoen)
3. Aanpassing eigen bijdrage AWBZ ( 7 miljoen)
In het licht van de discussie met de Kamer heeft het kabinet, het geheel van maatregelen en
effecten overziende tot twee extra maatregelen besloten voor mensen met lage inkomens en
met name chronisch zieken en gehandicapten:
4. In 2004 komt nog 30 miljoen extra beschikbaar voor bijzondere bijstand. Het totaalbedrag
voor bijzondere bijstand in het gemeentefonds komt hiermee op 370 miljoen, naast de
53 miljoen voor de langdurigheidstoeslag op de SZW-begroting.
5. De Wet werk en bijstand wordt zodanig gewijzigd dat gemeenten de mogelijkheid krijgen
om voor de kosten van chronische ziekte en handicap niet alleen bestaande categoriale
regelingen voort te zetten, maar hiervoor - net als voor ouderen - ook nieuwe regelingen te
treffen.
Het Kabinet is van oordeel dat hiermee het inkomensbeleid voor 2004 evenwichtig wordt
vormgegeven inclusief de bijzondere aandacht voor de zwakste groepen.
Met deze brief beantwoord ik tevens de vragen van mevrouw Vos van 4 december
jongstleden. Voor zover haar vragen betrekking hebben op het actuele economische en
budgettaire beeld verwijs ik u naar de behandeling van de najaarsnota in de Tweede Kamer.
---
In de bijlage wordt inzicht gegeven in de samenhang in de verstrekte informatie over het
koopkrachtbeeld 2004.
Uitwerking op het algemene inkomensbeeld 2004
In figuur 1 worden de koopkrachteffecten van de maatregelen in de fiscale sfeer en de AWBZ
(bovengenoemde maatregelen 2 en 3) gepresenteerd. De effecten van de maatregelen in de
bijzondere bijstand (1, 4 en 5) zijn niet in deze figuur verwerkt. Ook in eerdere brieven is de
bijzondere bijstand steeds buiten de plaatjes gehouden, omdat de effecten per huishouden te
zeer afhankelijk zijn van individuele omstandigheden. Dat betekent dat negatieve effecten die
uit de figuur blijken, in individuele gevallen, afhankelijk van de persoonlijke situatie, via de
bijzondere bijstand kunnen worden verzacht.
Uit de figuur blijkt dat het aandeel huishoudens met een koopkrachtdaling afneemt. Binnen de
groepen is het positieve effect voor de chronisch zieken verhoudingsgewijs groter omdat zij
relatief meer te maken hebben met specifieke kosten en dus meer geraakt worden door de in
deze brief opgenomen maatregelen. Als gevolg van de hogere eigen bijdrage AWBZ geldt de
verbetering niet voor de ouderen met een boven modaal inkomen.
Figuur 1 Generieke+specifieke koopkrachtmutaties 2004 1)
meer dan -1% -1 tot 0%
0 tot +1% meer dan 1%
0% 20% 40% 60% 80% 100%
Minimum 65-
oorspronkelijk
na maatregelen
Minimum-modaal 65-
oorspronkelijk
na maatregelen
Modaal-1.5 modaal 65-
oorspronkelijk
na maatregelen
>1.5 modaal 65-
oorspronkelijk
na maatregelen
Minimum 65+
oorspronkelijk
na maatregelen
Minimum-modaal 65+
oorspronkelijk
na maatregelen
>modaal 65+
oorspronkelijk
na maatregelen
1) Exclusief zelfstandigen, studenten en bewoners van intramurale instellingen.
Effecten voor chronisch zieken en gehandicapten
In het Algemeen Overleg van 3 december heb ik de Tweede Kamer informatie gegeven over
aantallen chronisch zieken en gehandicapten met inkomenseffecten negatiever dan -1%.
Onderstaande tabel herhaalt deze informatie.
---
---
Tabel 1 Aantallen Chronisch Zieken en Gehandicapten met koopkracht 2003).
Koopkrachtontwikkeling Minimum Minimum-modaal Boven modaal
Bovenstaande gegevens waren in de brief van 28 november in een puntenwolk verwerkt.
Aangezien daar niet uit blijkt om welke aantallen het gaat, zijn deze hier in een tabel
gepresenteerd.
Na verwerking van de hierboven genoemde maatregelen in de fiscale sfeer en de AWBZ
(maatregelen 2 en 3) zijn deze cijfers veranderd. Onderstaande tabel geeft een overzicht van
de nieuwe cijfers. Hieruit blijkt dat de groep chronisch zieken met een inkomen tot modaal en
een koopkrachtmutatie negatiever dan -1% substantieel afneemt.
Tabel 2 Aantal Chronisch Zieken en Gehandicapten met koopkracht
Het kabinet heeft zich rekenschap gegeven van de kans dat, mede door noodzakelijke
bezuinigingen in de zorg, meer chronisch zieken en gehandicapten een beroep zullen doen op
bijzondere bijstand. De extra toevoeging van 30 miljoen (maatregel 4) is met name hierop
gericht, waarbij de doelgroep bestaat uit de in tabel 2 genoemde 28.000 huishoudens op
minimumniveau en de huishoudens vlak boven het minimum.
Toelichting op de additionele maatregelen
Bijzondere Bijstand (maatregelen 1, 4 en 5)
Als mensen met bijzondere kosten te maken krijgen, terwijl hun draagkracht tekort schiet,
hebben zij recht op bijzondere bijstand. Uit zorg voor inkomenspositie van minima voegt het
amendement van Kamerlid Verburg c.s. 50 miljoen toe aan het bedrag voor de bijzondere
bijstand in het gemeentefonds. Het kabinet heeft op mijn voorstel besloten om nog 30
miljoen extra hieraan toe te voegen. Deze 80 miljoen wordt gedekt uit terugontvangsten op
gemeentelijke budgetten in 2003. Dit geld komt ten goede aan huishoudens op of rond het
minimum: bijstandsgerechtigden, maar ook anderen met lage inkomens, zoals AOW-ers en
WAO-ers. Het aantal mensen dat hiervan gebruik maakt en het individuele effect zijn niet
nader te kwantificeren en als zodanig niet herkenbaar in de koopkrachtplaatjes.
Ik heb de Tweede Kamer op 3 december toegezegd om in de toelichting aan gemeenten
nadrukkelijk te wijzen op de mogelijkheid om voor minima een collectieve
ziektekostenverzekering af te sluiten. Zo kunnen mensen zonder keuring instappen in een
ziekenfonds en een aanvullende verzekering. Dit is juist nu van belang, omdat onder meer
fysiotherapie en tandarts voor volwassenen op 1 januari 2004 overgaan van het wettelijke
ziekenfondspakket naar de aanvullende verzekeringen. Ook zal meer aandacht worden besteed
aan voorlichting voor burgers die een beroep kunnen doen op bijzondere bijstand.
---
Uitbreiding specifieke uitgaven in de aftrek buitengewone uitgaven (maatregel 2)
In het Algemeen Overleg met de Tweede Kamer op 3 december is ook gesproken over een
wijziging in het belastingplan ten gunste van chronisch zieken en gehandicapten.
Op grond van de zesde nota van wijziging op het belastingplan 2004 gaven (wat betreft de
eigen bijdragen AWBZ) alleen eigen bijdragen voor intramurale AWBZ-zorg en voor
gezinshulp (huishoudelijke hulp in de AWBZ) recht op het chronisch ziekenforfait en op
toepassing van de vermenigvuldigingsfactor voor de aftrek buitengewone uitgaven. Het
overige deel van de eigen bijdrage AWBZ viel daarbuiten. In het overleg heeft
Staatssecretaris Wijn toegezegd om alle eigen bijdragen voor de extramurale AWBZ-zorg
(dus inclusief psychotherapie, persoonlijke verzorging, verpleging en begeleiding) ook onder
de specifieke uitgaven te brengen. Daarnaast komen ook medicijnen hieronder te vallen. Dit is
van belang omdat met ingang van 2004 de zogenaamde "zelfzorgmedicijnen" (pijnstillers en
andere algemeen verkrijgbare medicijnen) uit het ziekenfonds gaan. Deze uitbreidingen kosten
17 mln. Verder wordt de genoemde vermenigvuldigingsfactor die geldt bij de aftrek van
buitengewone uitgaven voor ziekte aangepast van 1,60 naar 1,65 (kosten 7 mln).
De dekking voor deze maatregelen wordt verkregen door een verlaging van de algemene
heffingskorting met 2 per jaar (opbrengst 24 mln). Deze verlaging zal in de
loonbelastingtabellen per 1 april 2004 worden doorgevoerd.
Deze veranderingen helpen chronisch zieken en gehandicapten, omdat zij meer dan andere
burgers de gevolgen ondervinden van de genomen maatregelen in de zorg. Door deze uitgaven
in grotere mate aftrekbaar te maken kunnen mensen met veel uitgaven op dit gebied via de
fiscus een tegemoetkoming krijgen. De effecten zijn per huishouden sterk verschillend. Om
toch een indruk te geven: bij een gemiddeld gebruik van thuiszorg en medicijnen stijgt de
koopkracht van alleenstaande ouderen met alleen AOW met 21.
Aanpassing eigen bijdrage AWBZ (maatregel 3)
Om de chronisch zieken en gehandicapten met de laagste inkomens extra tegemoet te komen is
in het Algemeen Overleg met de Tweede Kamer op 3 december ook gesproken over een
eventuele wijziging in de eigen bijdrageregeling voor extramurale zorg. Minister Hoogervorst
heeft uitgelegd dat hier geen grote veranderingen mogelijk zijn. De bijdragen zijn al sterk
inkomensafhankelijk: de laagste inkomens zitten al op lage bijdragen; de sterkste schouders
dragen reeds de zwaarste lasten. Toch heeft het kabinet op voorstel van de minister van VWS
besloten tot nog een kleine aanpassing ten gunste van de laagste inkomens. De eigen bijdrage
AWBZ wordt niet langer gemaximeerd op 12,5% van het inkomen minus 104,60 per vier
weken, maar op 15% van het inkomen minus 140 per vier weken. Hierdoor gaan lagere
inkomens minder eigen bijdrage betalen en hogere inkomens meer. Ook hier verschillen de
effecten sterk per huishouden. Om een indruk te krijgen: het voordeel voor een alleenstaande
oudere met een aanvullend pensioen van 2500 euro per jaar bedraagt 91 op jaarbasis.
Hogere inkomens gaan er tot 1,25% op achteruit. Deze "solidariteitsschuif", waarmee 7
miljoen is gemoeid, is budgettair neutraal.
Evenwicht in beleid
Op verschillende terreinen is het nodig om de eigen verantwoordelijkheid van burgers aan te
---
Spreken. Het kabinet is van oordeel dat de genoemde aanvullende maatregelen het vereiste
maatwerk naar draagkracht voor de minima kunnen bieden. Het kabinet gaat ervan uit dat de
gemeenten hun verantwoordelijkheid zullen nemen om de extra middelen te doen toekomen
aan degenen voor wie het kabinet deze beschikbaar heeft gesteld.
De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(mr. A.J. de Geus)
---
Bijlage: Samenhang in de verstrekte informatie over het koopkrachtbeeld 2004.
Het Centraal Planbureau heeft in september een overzicht van het koopkrachtbeeld voor 2004
gepresenteerd (pagina 109-113 van de Macro Economische Verkenning).
Tabel 4.7. uit MEV 2004; Koopkracht standaard huishoudens (exclusief incidenteel), 2000-2004