Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

09-12-2003

Vergoeding Losec-Mups

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag

DBO-CB-U-2431210

9 december 2003

In uw brief van 11 november jl. vraagt u mijn reactie op een in een brief naar voren gebrachte aangelegenheid. Het betreft de verstrekking van het medicijn Losec-Mups. Volgens de schrijver kan zijn vrouw niet langer Losec-Mups krijgen van de apotheek, omdat daarop EUR 20,- toegelegd zou moeten worden door de apotheek. Hij vraagt of het juist is dat Losec-Mups van het ministerie van VWS niet meer verstrekt mag worden.

Uiteraard mag Losec-Mups, indien voorgeschreven door een arts, afgeleverd worden door de apotheek. De bewering van de apotheek dat op Losec-Mups toegelegd moet worden heeft te maken met de kortingsmaatregel die op 1 september van dit jaar van kracht is geworden. Vanaf die datum wordt via tariefbeschikkingen van het College tarieven gezondheidszorg (CTG) een groot deel van de kortingen en bonussen die apotheekhoudenden bedingen bij de inkoop van geneesmiddelen teruggehaald. Voor zogenaamde single-source geneesmiddelen (geneesmiddelen met één aanbieder) geldt een korting van 8 % op de apotheek-inkoopprijs (met een maximum van EUR 9,- ), voor multi-source geneesmiddelen (geneesmiddelen die door meerdere leveranciers worden aangeboden) een korting van 40 % t.o.v. de referentieprijs (met een maximum van EUR 20,- ). De kortingspercentages zijn gebaseerd op de uitkomsten van twee in opdracht van het ministerie uitgevoerd onderzoeken naar kortingen en bonussen bij apotheekhoudenden.

Losec-Mups is aangemerkt als multi-source geneesmiddel, en valt dus onder het kortingsregime van 40%. Gezien de prijs van Losec-Mups zal de apotheker vaak geconfronteerd worden met de maximale korting van EUR 20,-. Uit de brief kan worden afgeleid dat zijn apotheker bij de inkoop van Losec-Mups deze korting niet realiseert, en daarop moet toeleggen. De tariefmaatregel gaat echter uit van gemiddelde kortingspercentages. Het is derhalve mogelijk dat een apotheker op een individueel product moet toeleggen, maar dat maakt hij goed door extra korting te ontvangen op andere producten. Bovendien kent de tariefmaatregel een zogenaamd vangnet, waarmee gegarandeerd wordt dat een apotheekhoudende per saldo geen verlies zal lijden op de totale inkoop. Naar mijn mening is er dan ook geen reden waarom de apotheker in dit geval geen Losec-Mups af zou kunnen leveren. De apotheker is een professional waarvan verwacht mag worden dat hij niet zijn eigen financiële belangen stelt boven de gezondheid van de patiënten die zich tot hem wenden. Op grond van artikel 26a Besluit uitoefening artsenijbereidkunst (BUA) is hij gehouden het middel af te leveren dat op het recept staat. Als een arts op stofnaam voorschrijft, kan de apotheker het geneesmiddel (met dezelfde werkzame stof) afleveren dat voor de patiënt het goedkoopst is. Deze generieke substitutie is in overeenstemming met de wet- en regelgeving en wordt door het ministerie van VWS gestimuleerd. Indien de arts op medische gronden echter kiest voor een specifieke farmaceutische vorm of een specifiek merkgeneesmiddel, dient de apotheker dit middel af te leveren. Ik acht het onacceptabel en in strijd met de zorgplicht als apothekers in dergelijke gevallen weigeren geneesmiddelen af te leveren met als reden dat het afleveren van die geneesmiddelen verliesgevend zou zijn.

Zoals ik heb aangegeven in mijn brief van 17 september 2003, GMT/G 2412038, heb ik de Inspectie voor de Gezondheidszorg verzocht te onderzoeken of de kwaliteit van de farmaceutische zorg in gevaar komt door de handelswijze van apothekers en om in voorkomende gevallen passende maatregelen te nemen. Ik heb de brief van doorgestuurd naar de Inspectie met het verzoek deze melding mee te nemen in het onderzoek.

Ik vertrouw erop u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben over de verstrekking van Losec-Mups.

De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,