Ministerie van Buitenlandse Zaken

Verslag van de Ecofin Raad (begroting) van 24 november 2003

1. Presentatie Jaarverslag 2002 door Europese Rekenkamer
President Fabra Vallés lichtte kort de bevindingen van de Europese Rekenkamer (ERK) over het jaar 2002 toe. De betrouwbaarheidsverklaring bevat enkele verbeteringen. Toch kon over 2002 wederom geen goedkeurende verklaring (DAS) worden worden afgegeven. Verder ging Fabra Vallés in op de administratieve hervormingen en het begrotingsbeheer. De inhoudelijke bespreking zal door de Ecofin Raad van maart 2004 plaatsvinden en het advies aan het EP - de décharge autoriteit - zal bij deze gelegenheid worden vastgesteld. In voorbereiding hierop zal de Nederlandse regering een reactie op het ERK-rapport over het begrotingsjaar 2002 opstellen die de Kamer eind januari toe zal komen.

2. Ontwerpbegroting van de Europese Gemeenschappen voor het Begrotingsjaar 2004
De Raad heeft op 24 november 2003 zijn tweede lezing van de ontwerpbegroting voor 2004 afgesloten. Hierbij kunnen de definitieve bedragen voor de verplichte uitgaven als vastgesteld worden beschouwd, aangezien de Raad hier het laatste woord heeft. De niet-verplichte uitgaven zijn ook door de Raad ingeschreven, maar hierover moet nog door het Europees Parlement besloten worden, aangezien het Europees Parlement bij deze uitgaven het laatste woord heeft. Tijdens de zgn. conciliatie hebben de Raad en een vertegenwoordiging van het Europees Parlement een politiek akkoord bereikt over de begroting 2004. Wel is het de verwachting dat het EP - in plenaire zitting - zal afwijken van de tweede lezing Raad voor de niet-verplichte uitgaven.

Het Europees Parlement zal op 18 december tijdens de plenaire zitting de begroting voor 2004 vaststellen.

3. Compromis met het Europees Parlement

Hieronder volgen de belangrijkste elementen van de afspraken tussen Raad en EP-delegatie over de begroting voor 2004. Naast overeenstemming over de begroting voor 2004 voor EU-15 is ook een politiek akkoord bereikt over de begroting voor EU-25.

1.De stijging van de betalingskredieten voor de EU-25 is bepaald op 2,3% ten opzichte van 2003. De inzet van de Raad was 1,85%, die van het EP ongeveer 5,2%;
2.Nota van wijziging 1, 2 en 3 op het Voorontwerp Begroting 2004 zijn aangenomen;
3.Gewijzigde en Aanvullende begroting no.7 en no.8 voor 2003 zijn aangenomen;

4.In Categorie 4 (extern beleid) wordt het flexibiliteitsinstrument ingezet voor ¤ 95 mln. De inzet van de Raad was geen gebruik te maken van dit instrument, het EP wenste inzet voor 130 mln. In categorie 4 is eveneens afgesproken dat het budget voor het Gemeenschappelijk Buitenlands- en Veiligheidsbeleid (GBVB) het door de Raad gewenste niveau van ¤ 62,6 mln. bedraagt nadat het EP en de Raad overeenstemming hebben bereikt over data en niveau van consultaties over het GBVB;
5.In Categorie 5, administratieve uitgaven, is geen overeenstemming bereikt over het aantal nieuwe commissieposten. Het EP zal in tweede lezing waarschijnlijk alle door de Commissie gevraagde 780 posten toewijzen. Mede door een salaristegenvaller zal de door de Raad gewenste marge hiermee verdwijnen. Om de budgettaire krapte op te lossen is overeenstemming bereikt over vervroegde inzet van ¤ 21,9 mln (huren) in 2003. Hierdoor komt eenzelfde bedrag vrij in Categorie 5 voor 2004;

De conciliatie met het Europees Parlement, voorafgaand aan de vaststelling tweede lezing Raad, werd dit jaar gecompliceerd omdat naast een politiek akkoord over de begroting ook over een tweetal horizontale dossiers overeenstemming moest worden bereikt.

6.Over de ophoging van de referentiebedragen van de co-decisieprogramma's, samenhangend met de uitbreiding, is een politiek akkoord bereikt over de bedragen per individueel programma. Op verzoek van NL heeft de EP-delegatie bevestigd dat over de bedragen voor betrokken programma's niet opnieuw onderhandeld zal worden op het moment dat de Commissie met het formele voorstel komt om de referentiebedragen in de verordeningen aan te passen.
7.Overeenstemming over de omzetting van de voormalige A-30 lijnen in 7 rechtsgrondslagen voor Europese subsidies.

Als onderdeel van het compromis zijn tevens verklaringen over de Aanvullende Begroting voor de 10 nieuwe lidstaten, alsmede over belang en behoud van info-points (EU-informatievoorziening aan burgers) aanvaard. Verklaringen zijn ter informatie bijgevoegd.

4. Besluitvorming Raad per begrotingscategorie (tweede lezing Raad)

De Raad heeft een pakket aangenomen zoals hierboven beschreven waarin ten opzichte van de eerste lezing van de Raad een aantal wensen van het EP, de Gewijzigde en Aanvullende Begroting no. 7 en 8 op de begroting 2003 en de Nota van Wijziging 1, 2 en 3 op het Voorontwerp van de begroting 2004 zijn verwerkt.

De door de Raad vastgestelde tweede lezing komt voor de EU-15 op ¤ 99,4 mld. aan vastleggingskredieten en ¤ 94,3 mld. aan betalingskredieten (0,97% BNP) . Voor EU-15 nemen de betalingskredieten af met -3,27% ten opzichte van 2003.

Voor de EU-25 bedragen de vastleggingskredieten ¤ 111,1 mld. en de betalingskredieten ¤ 99,3 mld. Dit betekent ten opzichte van de begroting 2003 een stijging van 1,85 %. De stijging is dus vooral het gevolg van de uitbreiding. De EU-25-begroting komt uit op 0,98% van het EU-BNI (betalingskredieten). Het Europees Parlement zal conform de afspraken de betalingskredieten bij de niet-verplichte uitgaven kunnen ophogen tot het totale stijgingsniveau van 2,3%. Het EP zal de door de Raad gelaten marges in Categorie 3, 4 en 5 (vastleggingskredieten) waarschijnlijk gebruiken om alsnog een aantal eigen wensen op te nemen.

Categorie 1: landbouwuitgaven

Wijzigingsvoorstel 722 van het EP is voor wat betreft slachtpremies en premies voor extensivering overgenomen (16,49 mln.) Alle andere wijzigingsvoorstellen zijn afgewezen. De nota van wijziging no. 2 van de Commissie met een neerwaartse bijstelling van de raming van de landbouwuitgaven is zonder wijzigingen aangenomen. Deze nota van wijziging bevat ook een aantal voor het EP belangrijke aanpassingen op het gebied van milieu-indicatoren, kwaliteitsbeleid en verzekeringen dierziekten, die hiermee aanvaard zijn. Tot slot wordt met deze nota van wijziging ook tegemoet gekomen aan de Nederlandse wens ook enige EU-steun te verkrijgen ter bekostiging van uitgaven voor de economische gevolgen van vogelpest. De marge in Categorie 1a na de tweede lezing is ¤ 2,5 mld (voor EU-25). In categorie 1b is het totaal aan vastleggingen en betalingen ongewijzigd gebleven ten opzichte van de eerste lezing van de Raad. De marge is als gebruikelijk hierdoor op nul gebleven.

Categorie 2: structuur- en cohesie-uitgaven

De amendementen van het EP waarbij de betalingskredieten met in totaal ¤ 1,4 mld. waren opgehoogd, zijn niet overgenomen. Of het EP in tweede lezing de Raadspositie zal handhaven is de vraag. In overeenstemming met de uitgavendoelstellingen van de Commissie is er bij de vastleggingskredieten geen marge in Categorie 2.

Categorie 3: intern beleid

In deze categorie werd voornamelijk een aantal technische amendementen zonder financiële consequenties aangenomen. Zo werd de titel "justitie en binnenlandse zaken" conform de wens van het Parlement gewijzigd in "ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid". Ook werd het via co-decisie bepaalde bedrag voor de bescherming van de bossen geactualiseerd. Op verzoek van Spanje werd het amendement steun aan slachtoffers van terroristische acties voor een bedrag van 0,875 mln. overgenomen. De nota van wijziging nr. 1 betreffende het Europees Investeringsfonds is eveneens aangenomen (-25 mln). Voor de overige begrotingsonderdelen werd de door de Raad in eerste lezing opgestelde ontwerpbegroting gehandhaafd. Resultaat van de tweede lezing van de Raad is dat bij de vastleggingskredieten er sprake is van een marge van ¤ 74,4 mln voor EU-15 en 134,9 mln. voor EU-25. Bij de betalingskredieten heeft de Raad een verlaging van ¤ 408 mln ten opzichte van de eerste lezing van het EP doorgevoerd. Zowel bij de vastleggingkredieten als bij de betalingskredieten kan het EP tijdens de tweede lezing een aantal amendementen die door de Raad zijn afgewezen weer in de begroting opnemen. De grenzen hierbij zijn de beschikbare marge bij de vastleggingskredieten (onder het subplafond voor deze categorie van de Financiële Perspectieven) en de afspraak tussen Raad en EP inzake een maximale stijging van 2,3% bij het totaal aan betalingskredieten voor EU-25.

Categorie 4: extern beleid

De Raad heeft vrijwel alle door het EP voorgestelde amendementen afgewezen. Een aantal amendementen is in tweede lezing gewijzigd. De Raad heeft namelijk proportioneel gekort op de regionale programma's (Tacis, Meda, Latijns-Amerika, Azië en zuidelijk Afrika) om zo middelen voor Irak vrij te spelen, de inzet van het flexibiliteitsinstrument te voorkomen en ook nog enige marge voor onvoorziene gebeurtenissen te houden. De Raad heeft de nota van wijziging nr. 1 betreffende de wederopbouw van Irak voor een bedrag van 160 mln. overgenomen en nota van wijziging nr. 2 betreffende de internationale visserijovereenkomsten aanvaard. De Raad heeft de nota van wijziging nr. 1. voor wat betreft de inzet van het flexibiliteitsinstrument afgewezen, maar in conciliatie met het EP werd overeengekomen dit instrument toch in te zetten en wel voor een bedrag van ¤ 95 mln. Dit vergt nog een apart besluit van Raad en EP.

Het resultaat van de tweede lezing van de Raad is dat er bij de vastleggingen nog een marge is gelaten van 9,9 mln. Bij de betalingskredieten is er ¤293 mln. gekort ten opzichte van de eerste lezing van het EP. Zowel bij de vastleggingskredieten als bij de betalingskredieten kan het EP tijdens de tweede lezing een aantal amendementen die door de Raad zijn afgewezen weer in de begroting opnemen. De grenzen hierbij zijn de beschikbare marge bij de vastleggingskredieten (onder het plafond voor deze categorie van de Financiële Perspectieven) en de afspraak tussen Raad en EP inzake een maximale stijging van 2,3% bij het totaal aan betalingskredieten.

Categorie 5: administratieve uitgaven

Het amendement 791 van het EP over de additionele Commissieposten is gewijzigd overgenomen. Van de door het EP in de reserve opgenomen 272 nieuwe posten heeft de Raad er 150 aanvaard. De overeenkomstige kredieten worden van de reserve overgeheveld naar de begrotingslijnen.

Resultaat van de tweede lezing van de Raad in Categorie 5 is dat er bij de vastleggingskredieten een marge is van 117,6 mln. en dat bij de betalingskredieten een korting van ruim 30 mln. is doorgevoerd vergeleken met de eerste lezing van het EP. Het EP zal in tweede lezing nog een aantal tegenvallers verwerken, waaronder een salaristegenvaller van ongeveer ¤77 mln., waardoor de marge lager uit zal komen. Bovendien is tijdens conciliatie met het EP geen overeenstemming bereikt over het aantal commissieposten en het EP heeft aangegeven de 272 posten ten volle te zullen honoreren. Mede door de genoemde salaristegenvaller zal de door de Raad gewenste marge hiermee verdwijnen. Om de budgettaire krapte op te lossen is overeenstemming bereikt over vervroegde inzet, het zogenaamde frontloading, van ¤ 21,9 mln in 2003 (huren, Gewijzigde en Aanvullende begroting nr.8, begroting 2003). Hierdoor komt eenzelfde bedrag vrij in Categorie 5 voor 2004. Tevens is een verklaring van de Commissie opgenomen dat de financiering van nieuwe posten en de salaristegenvaller binnen de Financiële Perspectieven van 2005 en 2006 zal passen, zoals ook door Nederland bepleit. Ook nam de Raad ten behoeve van de nieuwe lidstaten een verklaring aan over geografische toedeling van Commissieposten.

Categorie 6: reserves

Raad en EP hebben geen wijzigingen aangebracht ten opzichte van het Voorontwerp van de Begroting van de Commissie.

Categorie 7: pre-accesiessiesteun

De amendementen van het EP waarmee het totaal aan beschikbare betalingskredieten werd verhoogd met 340 miljoen zijn niet overgenomen. De Raad heeft zich hierbij gebaseerd op een zo realistisch mogelijke inschatting van het absorptievermogen van de kandidaat-lidstaten. Indien gedurende het jaar mocht blijken dat de daadwerkelijke uitvoering additionele betalingskredieten nodig maakt, dan kan de Commissie daartoe de nodige maatregelen nemen.

===