IP/03/1700
Brussel, 10 december 2003
De Commissie legt geldboetes op aan de leden van een peroxidekartel
In een vandaag goedgekeurd besluit heeft de Europese Commissie
geldboetes voor een totaal van 70 miljoen EUR opgelegd aan Atofina,
Peroxid Chemie, Laporte (thans bekend als Degussa UK Holdings),
Perorsa en AC Treuhand AG wegens de oprichting van een kartel op de
markt voor organische peroxideproducten, een chemische stof die
gebruikt wordt in de plastic- en rubberindustrie. Het betreft het
langst bestaande kartel dat ooit door de Commissie werd ontdekt en de
boete zou veel hoger liggen indien Akzo, dat eveneens deelnam aan de
prijsovereenkomst, geen volledige immuniteit had gekregen omdat dit
bedrijf als eerste aan de Commissie had toegegeven dat een dergelijk
kartel bestond. AC Treuhand is geen producent, maar een in Zwitserland
gevestigd consultancybedrijf. Het heeft vanaf eind 1993 een essentiële
rol gespeeld in het kartel door vergaderingen te organiseren en
bezwarende bewijzen te verbergen, maar moet wegens de nieuwe aanpak
enkel een symbolische geldboete betalen.
Volgens de bewijzen die de Commissie heeft verzameld, zijn de
belangrijkste producenten van organische peroxiden in Europa tussen
januari 1971 en eind 1999 overeengekomen de prijzen te verhogen en
onderling de markten te verdelen van organische peroxiden of van
organische chemische producten met dubbele zuurstofbinding die worden
gebruikt voor de productie van plastic en rubber. De markt is in de
Europees economische ruimte jaarlijks ongeveer 250 miljoen EUR waard.
Het kartel werd gevormd door Akzo, Luperox (later opgeslokt door
Atochem dat ondertussen werd omgedoopt tot Atofina) en Peroxid Chemie.
Peroxidos Organicos (Perorsa) in Spanje trad in 1975 toe tot het
kartel. Laporte (gekocht door Degussa en omgedoopt tot UK Ltd. in
2001) deed dit in 1992 na volledige zeggenschap te hebben verworven
over Peroxid Chemie.
Met een totale duur van 29 jaar is dit het langst bestaande kartel dat
ooit door de Commissie werd ontdekt.
Swiss consultancy AC Treuhand speelde vanaf 1993 een essentiële rol in
het kartel door, vaak in Zurich, vergaderingen te organiseren en
"roze" en "rode" documenten op te stellen waarop de afgesproken
marktaandelen waren vermeld en die het pand van AC Treuhand niet
mochten verlaten. Het bedrijf vergoedde zelfs de reiskosten van de
deelnemers om geen sporen te laten van de illegale bijeenkomsten.
De Commissie heeft vastgesteld dat het kartel een zeer ernstige
inbreuk vormde op artikel 81, lid 1, van het Verdrag betreffende de
Europese Unie en artikel 53 van de EER-Overeenkomst. Zij legde de
volgende geldboetes op:
* Atofina S.A. 43.47 miljoen EUR
* Peroxid Chemie GmbH & Co KG. 8.83 miljoen EUR
* Degussa UK Holdings Ltd. en Peroxid Chemie GmbH
* & Co KG (solidair) 16.73 miljoen EUR
* Peroxidos Organicos S.A (Perorsa) 0.5 miljoen EUR
* AC Treuhand AG 1000 EUR
* Akzo (Akzo Nobel Polymer Chemicals B.V,
* Akzo Nobel N.V, Akzo Nobel Chemicals International B.V) 0 EUR
De boetes voor Atofina, Degussa UK Holdings en Peroxid Chemie werden
aanzienlijk verhoogd omdat het niet de eerste keer was dat zij werden
betrapt op deelneming aan kartelafspraken.
Atofina was reeds eerder betrokken bij vier andere kartels:
peroxi-producten (besluit van 23 november 1984), polypropyleen
(besluit van 23 april 1986), LdPE (besluit van 21 december 1988), PVC
(besluiten van 21 december 1988 en 27 juli 1994). Laporte (thans
Degussa UK Holdings) en Peroxid Chemie namen eveneens deel aan het
peroxikartel.
De sanctie tegen AC Treuhand is wegens de nieuwe aanpak beperkt. Maar
de boodschap is duidelijk: bedrijven die kartels organiseren of de
vorming ervan vergemakkelijken, en dus niet alleen de leden van
kartels moeten weten dat zij kunnen worden betrapt en dat hen voortaan
zeer hoge boetes zullen worden opgelegd.
Akzo Nobel Chemicals, dat als eerste begin 2000 met de Commissie
contact heeft opgenomen om doorslaggevende informatie over het kartel
te verstrekken, is om die reden ontsnapt aan een boete overeenkomstig
de clementieregeling van de Commissie van 1996^(1)
. In februari 2002 versterkte de Commissie haar desbetreffend beleid
(2002 clementieregeling(2)) om beter kartels te kunnen destabiliseren
en uit te schakelen.
Ook Atochem (Atofina) benaderde de Commissie met informatie, maar
ontving geen volledige immuniteit omdat dit bedrijf niet het eerste
was om dit te doen. De boete werd, zoals ook voor andere deelnemers,
verlaagd omdat het bedrijf heeft meegewerkt aan het onderzoek van de
Commissie.
Achtergrond
Bij het berekenen van geldboetes op het gebied van kartels houdt de
Commissie rekening met de ernst van de inbreuk, de duur ervan en het
bestaan van eventuele verzwarende of verzachtende omstandigheden. Zij
houdt tevens rekening met het marktaandeel van het bedrijf en zijn
algemene omvang. De boete bedraagt echter nooit meer dan 10% van de
totale jaarlijkse omzet van het bedrijf zoals is vastgesteld in de
betreffende verordening.
Akzo en Atochem zijn de belangrijkste producenten van organische
peroxiden in de wereld. In Europa bedraagt het aandeel van Akzo
ongeveer 43%, van Atochem ongeveer 25% en van Laporte ongeveer 20%.
Perorsa heeft een marktaandeel van ongeveer 3%, maar is marktleider in
Spanje.
(1)
HYPERLINK
"http://europa.eu.int/comm/competition/antitrust/legislation/96c207_en
.html"
http://europa.eu.int/comm/competition/antitrust/legislation/96c207_en.
html
(2)
HYPERLINK
"http://europa.eu.int/comm/competition/antitrust/leniency/#cartel_leni
ency"
http://europa.eu.int/comm/competition/antitrust/leniency/#cartel_lenie
ncyPublicatieblad C 45 van 19 februari 2002.
European Commission