VVD



8 jan 2004 - Vragen van het lid De Krom aan de Minister en Staatssecretaris van VROM

Vragen van het lid De Krom (VVD) aan de Minister en de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer over het gedoogbesluit luchtvervuiling van het College van B&W van Maastricht.

1. Zijn de bewindslieden op de hoogte van het besluit van het College van B&W van Maastricht om nieuwbouwprojecten wel aan het Besluit Luchtkwaliteit te toetsen maar geen sancties toe te passen?

2. Kunnen de bewindslieden inzicht verschaffen in de gezondheidsrisico's als op de bedoelde plekken in Maastricht wel wordt gebouwd?

3. Wat is het oordeel van de bewindslieden over dit besluit? Vinden de bewindslieden dit besluit aanvaardbaar vanuit hun verantwoordelijkheid voor de uitvoering van Rijksbeleid en hun verantwoordelijkheid voor het tweedelijns toezicht? Hoe verhoudt dit besluit zich met het beleid van de Regering om het gedogen terug te dringen?

4. Achten de bewindslieden het verenigbaar dat de gemeente Maastricht voorziet in de nieuwbouwbehoefte van de burgers, dit zoveel mogelijk wil doen binnen bestaand bebouwd gebied en zich hierbij houdt aan het Besluit Luchtkwaliteit? Zo niet, hoe denken de bewindslieden de gemeente te helpen de problematiek op te lossen?

5. Zijn de bewindslieden ervan op de hoogte dat ook andere gemeenten met het spanningsveld tussen ruimtelijke ordeningsbeleid en het Besluit Luchtkwaliteit kampen? Wat is de omvang en wat zijn de gevolgen daarvan, in het bijzonder voor het ruimtelijke ordeningsbeleid? Welke oplossingsrichtingen zien de bewindslieden?

6. Zou de gemeente Maastricht wel aan het Besluit Luchtkwaliteit kunnen voldoen wanneer de EU, conform het verzoek van de Nederlandse Regering, de normstelling voor NO2 naar 2015 verschuift en/of de normstelling aanpast?

7. Wanneer verwacht de Staatssecretaris een antwoord van de Europese Commissie op het verzoek van de Regering om uitstel en evaluatie van de criteria?