Gemeente Utrecht


2004 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
2 Vragen van de heer drs. J.H. Scheffer
(ingekomen 8 januari 2004)


Enkele jaren geleden heeft de gemeente Utrecht het zogenaamde DELA-terrein aan de Maliesingel aangekocht van een uitvaartvereniging. Op dit terrein staan een aantal garageboxen waarvan de huur door de toenmalige verhuurder is opgezegd en die, voor zover bekend, leeg zijn opgeleverd. Mogelijk worden enkele boxen nog wel gebruikt/verhuurd.
Mede gegeven de financiële situatie van de gemeente Utrecht leidt het bovenstaande tot de volgende vragen:

Sinds wanneer is de gemeente Utrecht eigenaar van het DELA-terrein?
Hoeveel garageboxen bevat het terrein (en heeft de gemeente derhalve in bezit)?
Maakt de gemeente zelf gebruik van (een deel van) de garageboxen?
Worden er momenteel garageboxen verhuurd aan derden? Zo ja, hoeveel en tegen welke prijs?
Wat zou, uitgaande van een marktconforme prijs, de huuropbrengst van de garageboxen geweest zijn indien de boxen m.i.v. de aankoop verhuurd zouden zijn?
Wil de gemeente, hangende een eventueel besluit het terrein te bebouwen, de garageboxen verhuren teneinde daaruit revenuen te verkrijgen, die vervolgens voor bijvoorbeeld maatschappelijke of culturele doelen aangewend kunnen worden? Zo nee, waarom niet?
Zijn er meer, soortgelijke situaties als die van het DELA-terrein waar de gemeente Utrecht momenteel potentiële inkomsten uit verhuur e.d. misloopt?
Welke stappen is het College voornemens te nemen om dergelijke situaties in de toekomst te voorkomen?
Wie is er verantwoordelijk te houden voor het niet (optimaal) verhuren van de garageboxen?


Antwoord van Burgemeester en Wethouders
(Verzonden 3 februari 2004)

Het Dela terrein is door de gemeente aangekocht op 26 januari 2000 met het doel een parkeergarage te ontwikkelen.

Het Dela terrein bestaat uit de volgende opstallen:
- twee woonhuizen met erf en ondergrond;
- een garage met werkplaats gelegen achter het pand Maliesingel 74;
- 47 garageboxen achter de panden Maliesingel 75 en 76.

In de koopovereenkomst staat aangegeven dat de verkoper er voor zorg draagt dat het onroerend goed bij de feitelijke levering geheel vrij is van huur en/of gebruik, leeg, ontruimd en ongevorderd. Het is de verkoper niet gelukt aan deze voorwaarde te voldoen. In afwachting van de feitelijke levering is een deel van het bedrag betaald. Bij de ambtelijke afronding van de planidentificatie begin vorig jaar ontstond discussie over de conclusies. Voordat echter duidelijkheid ontstond over het gewenste programma in relatie tot opbrengst van de grondexploitatie heeft de verkoper zich gemeld en aangegeven dat zij niet in staat blijkt te zijn het door de gemeente aangekochte Dela terrein leeg te leveren. Op basis daarvan wordt sindsdien op verzoek van de verkoper onderhandeld over de ontbinding van de koopovereenkomst. Inzet bij de onderhandelingen is niet alleen de feitelijke aankoopprijs terug te krijgen maar ook de door de gemeente gemaakte kosten.

De verkoper is in overleg met een projectontwikkelaar over de herontwikkeling van het terrein, inclusief het op termijn leeg krijgen van de garageboxen. De gemeente beziet de mogelijkheden om hierop mee te liften en een parkeergarage te ontwikkelen. Tevens onderzoekt de gemeente op dit moment de mogelijkheden om de parkeergarage ook in te zetten ten behoeve van een kort parkeerfunctie.


D.d. 26 januari 2000 is er schriftelijk overeenstemming bereikt m.b.t. aankoop van het onroerend goed aan de Maliesingel 74 t/m 76. D.d. 22 februari 2000, Kenmerk OGU 00.100472 heeft ons college besloten over de aankoop. D.d. 4 mei 2000 heeft er een juridische levering plaats gevonden en een betaling van een deel van de koopsom (circa 50%). Dit betekent dat, tot aan alle voorwaarden is voldaan, het resterende geld bij de gemeente in depot staat.
Het terrein bevat 47 garageboxen. Er zijn slechts 2 garageboxen leeg aan de gemeente opgeleverd, welke in bruikleen zijn gegeven aan de huurder van het hoofdgebouw.
Nee.
Zoals aangegeven heeft de verkoper niet aan de voorwaarde van een lege levering voldaan. Of er op dit moment nog formeel sprake is van een huurcontract en zo ja tegen welke prijs de garageboxen verhuurd worden is bij de gemeente niet bekend.
Omdat het huurcontract (en daarin opgenomen voorwaarden) niet bij de gemeente bekend is, kunnen wij geen potentiële huuropbrengst aangeven.
Nee, omdat de gemeente niet over de garageboxen beschikt.
Alle aankopen die de gemeente doet in het kader van planontwikkeling worden gedurende de (korte) termijn waarop de betreffende panden nog niet gesloopt worden op een zo goed mogelijke basis verhuurd of in bruikleen gegeven. In principe worden deze objecten dus tijdelijk beheerd, in afwachting van de definitieve bestemming. Flexibiliteit ten aanzien van o.a. huurtermijnen is noodzakelijk om uiteindelijk tijdig te kunnen beschikken over het pand. Dit heeft natuurlijk invloed op de condities waaronder deze contracten worden gesloten.
Het college is van mening dat het afgesloten contract met daarin opgenomen de voorwaarden voor levering afdoende is.
De verkoper.


---- --