Universiteit van Amsterdam

Persbericht Universiteit van Amsterdam


dinsdag 6 januari 2004

Convenant tussen bètascholen en hoger onderwijsinstellingen

Amsterdamse onderwijsinstellingen maken bètavakken aantrekkelijker

Scholen uit de regio Amsterdam die zich als bètascholen willen profileren, gaan nauw samenwerken met Universiteit van Amsterdam (UvA), de Hogeschool van Amsterdam (HvA), de Vrije Universiteit (VU) en NEMO. Met het gezamenlijke project Bètapartners willen de scholen en instellingen het bètaonderwijs al in de onderbouw aantrekkelijker maken en de aansluiting op het hoger onderwijs verbeteren. Op termijn kunnen ook andere scholen gebruik maken van de onderzoeksresultaten en het studiemateriaal dat in het project wordt ontwikkeld. De samenwerkingsovereenkomst wordt vrijdag 9 januari 16.00 uur ondertekend.

Het bètaonderwijs moet al in de onderbouw spannender en uitdagender worden, vinden de Bètapartners. Potentieel talent moet immers vroegtijdig geïnteresseerd raken in bètavakken en techniek. En die belangstelling moet daarna worden vastgehouden. De uitgangspunten van het studiehuis ten spijt richten de bètavakken zich nu nog teveel op reproductie van kennis. Leerlingen moeten actiever worden aangesproken, meer zelf onderzoek doen en meer in aanraking komen met voorbeelden van alledaagse toepassingen van de natuurwetenschappen en techniek. Ook moet er meer ruimte komen voor lessen waarin de samenhang van bètavakken aan bod komt en vraagstukken multidisciplinair worden benaderd.

Behalve op een inhoudelijke verschuiving in het bètaonderwijs richten de bètapartners zich ook op buitenschoolse leertrajecten. De hoger onderwijsinstellingen bieden de leerlingen van de deelnemende middelbare scholen bijvoorbeeld de gelegenheid om in hun laboratoria te werken, onder begeleiding van docenten en studenten. Daarnaast steunen de hoger onderwijsinstellingen de scholen met gastcolleges, vakdidactische kennis en modules voor de nascholing van docenten in het voorgezet onderwijs. Ook zal er aandacht zijn voor specifieke doelgroepen als meisjes en allochtonen. Om het imago van beroepen in de bèta en technieksector te verbeteren, bieden de samenwerkende onderwijsinstellingen leerlingen verder de mogelijkheid om op een actieve manier kennis te maken met vervolgstudie en beroepspraktijk. Gedacht wordt aan pre-universitair onderwijs studentmentoren, leerlingenlabs en bedrijfsstages. Al deze initiatieven sluiten aan op het beleid van het kabinet en de Europese ministerraad, die streven naar 15 % meer afgestudeerden in de exacte vakken in 2010.

Coördinatie

Het AMSTEL Instituut van de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica van de UvA is verantwoordelijk voor de coördinatie van het project Bètapartners. Het AMSTEL Instituut is al jaren actief op het gebied van de vernieuwing van het bèta- en techniekonderwijs in Nederland en doet veel vakdidactisch onderzoek. Voor het ministerie van OC&W vervult het AMSTEL Instituut de rol van Expertisecentrum ICT voor het onderwijs in de natuurwetenschappen en techniek.

Convenant

Het convenant wordt op vrijdag 9 januari 16.00 uur ondertekend door de Bètapartners, lokatie Doelenzaal van de Universiteit van Amsterdam, Singel 425. Drs. Ankie Verlaan, lid van het college van Bestuur van UvA en HvA, houdt voorafgaand aan de ondertekening een welkomstwoord. Vertegenwoordigers van de scholen en de hoger onderwijsinstellingen zullen vervolgens kort het belang van het project Bètapartners toelichten.

Bètapartners

Scholen: Baken Park Lyceum, Almere; Bernard Nieuwentijt College, Amsterdam; Calandlyceum, Amsterdam; Dalton SG Spinoza Lyceum, Amsterdam; Fons Vitae Lyceum, Amsterdam; Gemeentelijk Gymnasium Hilversum, Helen Parkhurst Daltonschool, Almere; Montessori Lyceum Amsterdam;

Hoger onderwijsinstellingen: Faculteit Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica (FNWI), Universiteit van Amsterdam; instituten Techniek en ICT van de Hogeschool van Amsterdam, Faculteit Exacte Wetenschappen, Vrije Universiteit; NEMO.



Universiteit van Amsterdam