Provincie Noord-Holland

Provincie zet beleid voor schoon water voort

Provincie zet beleid voor schoon water voort
Gedeputeerde Staten (GS) van Noord-Holland willen de subsidieregeling voor het inbouwen van vuilwatertanks met twee jaar verlengen. Door de subsidieregeling kunnen eigenaren van pleziervaartuigen een tegemoetkoming in de kosten van 150 euro krijgen. De subsidie is een gezamenlijke regeling van waterschappen en de provincie, waarmee men de waterkwaliteit wil verbeteren.
Terwijl het toilet thuis keurig op het riool is aangesloten, lozen veel booteigenaren hun vuilwater nog gewoon op het oppervlaktewater. Hierdoor wordt het water vervuild met meststoffen en bacterien, dit is van invloed op de waterkwaliteit. In de zomermaanden kan dit voor problemen zorgen, waardoor mensen wegens gezondsheidsredenen niet kunnen zwemmen in het oppervlaktewater. De waterschappen en de provincie hebben de handen ineen geslagen om het lozen van vuilwater tegen te gaan. Door middel van een subsidieregeling, die in 2002 van kracht is geworden wilde men het inbouwen van vuilwatertanks stimuleren en stelden de overheden 80.000 beschikbaar voor de regeling. Twee jaar later zijn tientallen aanvragen voor subsidie gehonoreerd, maar is er nog steeds een bedrag beschikbaar. Na overleg tussen waterschappen en de provincie heeft men besloten de regeling nog twee jaar voort te laten duren en GS hebben hiermee ingestemd.

De Rijksoverheid is bezig met de voorbereiding van een wet, waarin het lozen van vuilwater op het oppervlaktewater verboden wordt. Het is nog onduidelijk wanneer de wet in werking zal treden, maar zodra het verbod van kracht is vervalt de subsidieregeling. Booteigenaren worden door middel van folders en informatiemateriaal gewezen op het bestaan van de subsidieregeling, in de hoop dat er zoveel mogelijk vuilwatertanks worden ingebouwd voordat de rijkswet in werking treedt. Hiermee willen de overheden het oppervlaktewater schoner maken en problemen met het water in de zomermaanden zoveel mogelijk voorkomen.

Elly Klut 13 januari 2004