Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 2509 LV Den Haag der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA `s-GRAVENHAGE Telefax (070) 333 40 33

Uw brief Ons kenmerk
10 december 2003 SV/V&V/03/95308
nr. 203040500
Onderwerp Datum
Kamervragen van de leden Omtzigt en Mosterd 13 januari 2004

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de leden Omtzigt en Mosterd (beiden CDA) over mogelijke uitbetaling van AOW-uitkering door de Nederlandse overheid aan personen woonachtig in Australië.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(M. Rutte)

2

2030404500

Vragen van de leden Omtzigt en Mosterd (beiden CDA) aan de minister van Buitenlandse Zaken en de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over mogelijke uitbetaling van AOW-uitkering door de Nederlandse overheid aan personen woonachtig in Australië. (Ingezonden 9 december 2003)

Vraag 1
Bent u op de hoogte van het feit dat (voormalig) Nederlanders, die naar Australië geëmigreerd zijn, vaak recht hebben op een Nederlandse AOW-uitkering en een Australisch `Age Pension'?

Antwoord 1
Ja. Het gaat om personen die na 1 januari 1957 (de dag waarop de AOW in werking trad) naar Australië zijn geëmigreerd, en daardoor nog enige tijd in Nederland verzekerd zijn geweest op grond van de AOW. Zij kunnen bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd aanspraak maken op een gedeeltelijk AOW-pensioen, waarvan de hoogte evenredig is aan de duur van de verzekerde periode ten opzichte van de volledige verzekeringsloopbaan van 50 jaar.

Vraag 2
Hoeveel AOW-uitkeringen worden jaarlijks door de Nederlandse overheid uitbetaald aan personen, woonachtig in Australië?

Antwoord 2
Op dit moment betaalt de Sociale verzekeringsbank (SVB) ca. 10.360 AOW-pensioenen aan in Australië wonende gerechtigden.

Vraag 3
Bent u ervan op de hoogte dat de Australische overheid een inkomenstoets toepast op het `Age Pension'en dat de Nederlandse AOW meetelt als inkomen in deze? Hoeveel geld bespaart de Australische overheid door deze korting op het `Age Pension'?

Antwoord 3
Ja. Dit heeft te maken met het feit dat de Australische ouderdomsvoorziening wezenlijk verschilt van de Nederlandse. De Australische overheid garandeert iedere pensioengerechtigde die ten minste 25 jaar ingezetene van Australië is geweest, een bestaansminimum (de zogenoemde superannuation). Hiertegenover staat dat deze ouderdomsvoorziening, die wordt gefinancierd uit de algemene middelen, een inkomens- en vermogenstoets kent. Het AOW-pensioen wordt echter slechts ten dele op de superannuation in mindering gebracht, omdat er een vrijlatingregeling geldt. Het AOW-pensioen van gerechtigden die reeds vroeg naar Australië zijn geëmigreerd en waarvan de hoogte daardoor slechts gering is, wordt hierdoor in het geheel niet op de superannuation in mindering gebracht. Omdat de hoogte van de superannuation globaal gesproken van hetzelfde niveau is als het Nederlandse AOW-pensioen bij een volledige verzekeringsloopbaan, kan de naar Australië geëmigreerde Nederlander, vanwege de vrijlatingregeling, in beginsel beter af zijn dan de AOW- gerechtigde die in Nederland is blijven wonen en uitsluitend een volledig AOW-pensioen heeft opgebouwd. De hoogte van de korting krachtens de Australische wetgeving hangt ook af van de overige inkomensbestanddelen. Daarom kan niet worden aangegeven welk bedrag met deze Australische anticumulatieregeling is gemoeid.

Vraag 4
Deelt u de opvatting dat de Nederlandse staat, c.q. belastingbetaler benadeeld wordt ten opzichte van de Australische staat, aangezien de Australische autoriteiten wel een korting kunnen toepassen en daar de opbrengst van in zijn geheel houden? 1)

3

Antwoord 4
Nee, deze opvatting deel ik niet. Naar mijn mening dienen de voor- en nadelen van het verdrag in zijn totaliteit te worden bezien. Een van de belangrijkste voordelen voor Nederland van het verdrag met Australië is namelijk dat de superannuation in Nederland kan worden uitbetaald. Dit is opmerkelijk, omdat het, zoals in het antwoord op vraag 3 uiteengezet, om een bijstandachtige voorziening gaat die zich uit zijn aard niet leent voor uitbetaling buiten het grondgebied van Australië. De hoogte van het bedrag van de superannuation die op grond van het verdrag in Nederland wordt uitbetaald, hangt af van het aantal jaren dat de pensioengerechtigde in Australië heeft gewoond. Het verdrag bepaalt dat bij een verblijf van 25 jaar of meer recht bestaat op het volledige bedrag; heeft het verblijf in Australië korter geduurd, dan bestaat recht op een evenredig deel. Deze exportmogelijkheid is in het bijzonder van belang voor geëmigreerde Nederlanders die willen terugkeren naar Nederland of die inmiddels naar Nederland zijn teruggekeerd. Omdat zij de superannuation kunnen meenemen hoeven zij in de regel geen beroep te doen op de Nederlandse bijstand. Dit komt de Nederlandse staat c.q. de belastingbetaler ten juist goede. Op dit moment ontvangen ca. 4.100 personen in Nederland op grond van het verdrag met Australië de superannuation.

Vraag 5
Hoeveel mensen, die in het verleden zowel een Nederlandse AOW-uitkering aangevraagd hebben alsook een `Age Pension'genoten, hebben te maken met een schuld aan de Australische regering, c.q. Centrelink, omdat hun uitkering niet gekort werd volgens de Australische regels? Hoe groot is deze schuld gemiddeld? Welke betalingsregelingen worden er in de regel met deze mensen getroffen en acht u deze regeling verantwoord?

Antwoord 5
Australië heeft enige tijd geleden zijn handhavingsbeleid aangescherpt. Vanaf 2002 wordt door middel van gegevensuitwisseling met de SVB onderzocht of betrokkenen het Australische uitvoeringsorgaan (Centrelink) juist hebben ingelicht over de hoogte van hun inkomsten. Deze handhavingsactiviteiten concentreren zich niet specifiek op de Nederlandse AOW-gerechtigden, maar richten zich ook op personen uit de landen met wie Australië eveneens een verdragsrelatie heeft, waaronder Oostenrijk, Spanje, Canada en Amerika. Uit informatie van Centrelink komt naar voren dat een belangrijk deel van de AOW-gerechtigden in Australië in de afgelopen jaren verzuimd heeft Centrelink op te hoogte te stellen van de ontvangst van een AOW-pensioen of van de periodieke aanpassing van het AOW-bedrag, waardoor tot een te hoog bedrag aan supernanuation aan hen is uitbetaald. Naar ik begrijp heeft dit in ca. 3.000 gevallen (dat wil zeggen ca. 30% van de AOW- populatie) tot teveelbetalingen en dus tot terugvorderingen geleid. Het gemiddeld terug te vorderen bedrag bedraagt ca. Aus $ 1.400,- (= ca. 865,-). Centrelink heeft in een aantal individuele gevallen de hoogte van de vordering teruggebracht in verband met de individuele omstandigheden van de betrokkenen. Verder heeft Centrelink in al deze gevallen besloten zijn algemene invorderingsbeleid te versoepelen door maximaal Aus $ 50,- (= ca. 30,-) per tweewekelijkse termijn in te houden op de superannuation ter verrekening van de schuld. Tegen de terugvorderingsbeslissing staat overigens beroep open bij de Australische socialezekerheidsrechter. Deze rechter heeft in een aantal gevallen de hoogte van de vordering eveneens gemitigeerd in verband met de individuele omstandigheden.
Ik acht het niet aangewezen een standpunt in deze kwestie in te nemen, nu het gaat om de toepassing van het interne Australische recht.

Vraag 6
Welke stappen zal u nemen om te bevorderen dat AOW-gerechtigden in Australië niet langer onevenredig worden gekort op hun Age Pension?

Antwoord 6
Zie het antwoord op vraag 5.


1) Het betreft hier AOW-uitkeringen. Volgens het verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Australië inzake sociale zekerheid met Administratief Akkoord zijn bijvoorbeeld uitkeringen aan vervolgingsslachtoffers (artikel 16) uitgezonderd van deze bepaling. Deze worden niet beschouwd als inkomen bij de inkomenstoets.

4