Dienstenbond CNV

Levensloop is geen gelopen race!
15-01-2004

Op 14 oktober van het afgelopen jaar hebben sociale partners en het kabinet het najaarsakkoord gesloten. Het kabinet was voornemens om met ingang van 1 januari 2004 de fiscale faciliëring van vut en prepensioen af te schaffen. Samen met de de invoering van een levensloopregeling is dit voornemen uitgesteld.

Op 1 januari 2006 moet er een nieuw stelsel van fiscale faciliëring van vut, prepensioen en levensloop ingaan. Het kabinet reserveert hiervoor (te weinig!) financiële middelen. Sociale partners en kabinet hebben tot 1 april 2004 de tijd om tot overeenstemming te komen over de invulling van dit nieuwe stelsel en eventuele overgangsregelingen. Het tweede jaar van loonmatiging is verbonden aan overeenstemming op deze onderwerpen. Geen overeenstemming: geen loonmatiging!

CNV en levensloop
Al op 25 oktober 2001 werd de SER om advies gevraagd over een levensloopregeling. De discussies die toen gevoerd werden hebben nooit geleid tot verdere invulling van het levensloopbeleid. Het CNV heeft sindsdien wel nagedacht over levensloop. Het CNV heeft zich tot nu toe opgesteld als voorstander van een brede levensloopregeling. Deze regeling moet:

de participatie van mensen bevorderen en mogelijk maken. Ook moet de regeling mensen de mogelijkheid bieden en aansporen om hun talenten in te zetten en te onderhouden.

Participatie in brede zin houdt in dat de regeling niet alleen tot doel moet hebben om de arbeidsparticiaptie te bevorderen, maar dat de regeling het ook mogelijk moet maken dat mensen bijvoorbeeld zorgtaken makkelijk kunnen combineren met werken. Het gaat dus om maatschappelijke participatie en het mogelijk maken dat mensen hun maatschappelijke verantwoordelijkheid kunnen dragen! Natuurlijk geldt hierbij dat het CNV eist dat de regeling niet alleen voor hoge inkomens aantrekkelijk is, maar voor alle lagen in de beroepsbevolking.

Waarom levensloop?
De reden waarom het kabinet gekomen is met levensloop en de reden waarom levensloop gekoppeld wordt aan vervroegd uittreden, heeft alles te maken met vergrijzing. Vergrijzing houdt in dat er steeds meer ouderen (gepensioneerden) ten opzichte van het aantal werkenden komen. Een relatief steeds kleinere groep werkenden moet financieel gezien allerlei collectieve voorzieningen (waaronder gezondheidszorg) in stand houden. Tenslotte heeft de vergrijzing tot gevolg dat de beroepsbevolking kleiner wordt, waardoor er een tekort op de arbeidsmarkt ontstaat. Dat lijkt vreemd omdat we nu juist te maken hebben met een groeiende werkeloosheid. Toch zal op langere termijn sprake zijn van een toenemend tekort aan arbeidskrachten. Bovendien bestaat er bij veel werknemers het ideaal om eerder te stoppen met werken. Hierdoor wordt het probleem van de vergrijzing extra voelbaar.

Levensloop heeft tot doel dat werknemers tijdens hun werkzame leven in de drukste fase van hun leven toch beschikbaar blijven voor de arbeidsmarkt. Bovendien worden zij op deze manier ontlast, waardoor (zo is de bedoeling) zij langer beschikbaar blijven voor de arbeidsmarkt. Levensloop en vervroegd uittreden hebben daarom alles met elkaar te maken.

Levensloop voor jong en oud
Omdat levensloop iets anders is dan uitsluitend de mogelijkheid voor vervroegd uittreden, kan deze regeling (mits goed vorgegeven) juist ook voor jongeren heel aantrekkelijk zijn. De regeling kan de mogelijkheden voor loopbaan- en carrièreplanning aanzienlijk doen toenemen.

Hoe werkt levensloop?
Over hoe de levensloopregeling gaat werken is nu nog weinig te zeggen. De onderhandelingen gaan nu pas beginnen... Zoals het er nu naar uitziet is het de bedoeling dat werknemers een deel van hun brutoloon kunnen sparen op een levenslooprekening. Mogelijk kan ook een werkgeversdeel van de premie afgesproken worden. In ieder geval zal er een fiscale faciliteit komen die het sparen op de levenslooprekening aantrekkelijk maakt.

Werknemers kunnen het tegoed op verschillende manieren aanwenden. Bij een brede vormgeving van de levensloopregeling kan gedacht worden aan het aanwenden van het tegoed voor:

* Het oudergedeelte van de kinderopvang, exta thuiszorg of andere zorgbehoeften.

* Scholing gericht op het verbeteren van de positie op de arbeidsmarkt.

* De financiëring van de aankoop van de eerste woning.
* Aanvulling van het inkomen indien bij werkeloosheid of arbeidsongeschiktheid men alleen recht heeft op een bijstandsuitkering.

* Het aanvullen van het ouderdomspensioen indien dit nog niet maximaal gespaard is, of als er na 65 jaar nog een saldo op de levenslooprekening staat.

* Het aanwenden van het tegoed om voorafgaand aan het pensioen te stoppen met werken (vervroegd uittreden).

De weergegeven bestedingsmogelijkheden zijn slechts mogelijkheden. Het is dus maar zeer de vraag welke mogelijkheden werkelijk gerealiseerd kunnen worden. Zoals eerder gezegd: de onderhandelingen gaan nu pas beginnen.

Overgangsregelingen
Hoe de levensloopregeling eruit gaat zien (en of er sowieso wel overeenstemming bereikt wordt over levensloop en vervroegd uittreden) is nog maar zeer de vraag. Het is dan natuurlijk al helemaal lastig om aan te geven hoe bijvoorbeeld overgangsregelingen eruit gaan zien. Dat is vervelend, omdat veel werknemers tot voor kort het vooruitzicht hadden dat zij over enkele jaren konden stoppen met werken. Zij vragen zich terecht af of dit straks nog allemaal mogelijk zal zijn. CNV Dienstenbond vindt daarom dat er goede overgangsregelingen moeten komen. Zeker wanneer het vervroegd uittreden betreft, gaat het hier om lange termijn planning van mensen. Het past de overheid daarom niet om elke 4 jaar de regelgeving aan te passen. Wanneer het aanpassen van regels dan echt nodig is, zijn goede (en langlopende) overgangsregelingen geen overbodige luxe!

Uw mening
CNV Dienstenbond is benieuwd naar uw mening. Discussieer mee op het forum en nodig ook anderen (vrienden en collegas) uit om ook hun mening te geven in deze discussie!